Toonaangevende steden: Memphis


Loe Beerens | 27 augustus 2010 | Fotografie Loe Beerens

Sommige steden zijn geliefd om hun bouwwerken (Rome, Athene, New York), andere omdat ze het centrum zijn van producten of trends (Milaan, Parijs). Maar er zijn ook steden die bekend zijn omdat ze de bakermat van een muziekstijl zijn. In de serie Toonaangevende Steden bezoekt Loe Beerens, fotograaf en muziekkenner, zulke steden. Hij gaat op zoek naar wat er over is van die muziek en beoordeelt of de stad nu ook nog interessant is voor een bezoek. Dit keer reist hij af naar Memphis, Tennessee, home of the blues, birthplace of rock and roll.

Memphis is misschien wel de belangrijkste muziekstad die er bestaat. In ieder geval voor de moderne muziek. Dat wordt al duidelijk op het moment dat je op het vliegveld aankomt. Elvis, BB King en Isaac Hayes houden een controlerend oog op je koffers als ze op de band de bagageclaimruimte binnenkomen. Wat Wenen is voor de klassieke muziek, is de hoofdstad van Tennessee voor de blues, de rock ‘n’ roll, de southern soul, en in iets mindere mate voor de jazz. De toeristische trekpleisters binnen de stad en binnen een straal van honderd kilometer eromheen zijn nagenoeg allemaal muziek gerelateerd. Temeer omdat het centrum van de stad zelf weinig anders te bieden heeft dan kantoorgebouwen.

Memphis is economisch echter totaal niet afhankelijk van toerisme en muziek. Sinds de stichting in 1819 is de stad het belangrijkste handelscentrum van de staat Tennessee. Door de gunstige ligging aan de Mississippi River is het ook de belangrijkste doorvoerhaven voor de regio, en dankzij de hoofdvestiging en een verdeelcentrum van FedEx een hub voor de gehele wereld. In de beginjaren van Memphis (genoemd naar de hoofdstad van het oude Egypte) beheerste katoen van de plantages uit de nabijgelegen Mississippidelta de lokale handel. Er werd veel geld verdiend, voornamelijk doordat gebruik werd gemaakt van zeer ‘goedkope arbeidskrachten’. Met het afschaffen van de slavernij in 1865 kwam ook een einde aan de productie van grote volumes katoen. De ex-slaven verspreidden zich over het continent, maar een fors deel bleef in de stad achter, waardoor Memphis nog steeds een hele grote Afro-Amerikaanse gemeenschap heeft: ruim zestig procent van het totaal aantal inwoners. De beste tijd om deze stad te bezoeken is in mei als de zomerzon nog mild is, of in september als de warmte zijn hoogtepunt gehad heeft. Het kan behoorlijk fris zijn in de winter en erg heet in de zomer.

Memphis vanuit Nederland bereiken is niet zo moeilijk, want er is meerdere keren per week een rechtstreekse verbinding vanaf Schiphol. Ter plekke is een auto onmisbaar, zoals overal in Amerika. Al was het alleen maar voor de grote hoeveelheid radiostations waarmee je de perfecte soundtrack voor je trip kunt kiezen. Elke muziekstijl heeft een eigen kanaal. En ook artiesten hebben soms een eigen station. Er is Elvis-radio en Sinatra-radio, maar ook E Street-radio met de hele dag Springsteen en twee live concerten per dag. ‘There is only one thing better than a Springsteen song. To hear it live.’ Daar word je blij van als liefhebber… Maar er zijn ook meerdere soul-, rock- en countryzenders. Je bepaalt het helemaal zelf met de keuze uit meer dan tweehonderd nichekanalen. En voor toeristen die ondanks dat toch niet willen rijden, is er een uitstekende minibusdienst die naar alle belangrijke plekken voert. Maar hoe dan ook, een aantal ‘niet te missen attracties’ ligt toch buiten de stad.

Om een goed beeld van de stad en de omgeving te krijgen, kun je het beste de muziek als leidraad nemen. Beginnen waar alles eindigt is dan de beste optie. Dat is dus Beale Street. Dit is wat men noemt ‘The home of the blues’: hét entertainmentcentrum van de regio in de vorige eeuw. En dat trok uiteraard muzikanten aan. Bluesmuzikanten uit de Delta die in de vele restaurants, nachtclubs, cafés, ‘juke joints’, of gewoon in de open lucht hun kunsten konden laten horen. En, geloof mij, als je de muziek in Beale Street hoort, valt alles meteen op zijn plek. Bij de smaak van bier en de geur van soulfood en barbecue klinkt alles echt zoals het bedoeld is. Alle instincten worden hier op scherp gezet: beeld, geluid, geur en smaak komen tot één gevoel samen.

Oorsprong van de blues

Overigens is het goed om heel even stil te staan bij de oorsprong van de blues. Deze ligt honderd mijl vanaf Memphis in de Delta op de katoenvelden, en dan voornamelijk in de buurt van Clarksdale en Greenwood. Het gebied waar de legendarische Robert Johnson (zie kader) geboren en vermoord werd, en… zijn ziel aan de duivel verkocht! Volgens de overlevering was dat op de wereldberoemde crossroads van highway 49 en 61, die nu gemarkeerd zijn met drie gitaren. Maar niemand weet dit echt zeker. Evenals niemand voor honderd procent zeker weet welke van de drie graven in de buurt het echte graf van Johnson is. Het doet er ook niet zoveel toe, de mythe is prachtig en inspirerend voor een dagtrip.

Robert Johnson

Robert Johnson werd geboren in Hazlehurst, Mississippi op 8 mei 1911 als zoon van Julia Dodds en Noah Johnson. Het was een gezin dat als seizoensarbeiders veel door de Delta verhuisde. Rond 1918 arriveerden ze in het katoencentrum Robinsonville, ongeveer twintig mijl ten zuiden van Memphis, waar ze zich voor langere tijd vestigden.

Als tiener groeide bij Johnson al de liefde voor muziek en begon hij met het spelen van harmonica. Hij zocht veelvuldig oudere muzikanten op die hem de fijne kneepjes konden leren. Zodoende kwam hij in contact met blueslegendes als Willie Brown, Charlie Patton en Son House. En vooral het rauwe gitaarspel van laatstgenoemde haalde Johnson over om de harmonica te verruilen voor de gitaar. Johnson verliet Robinsonville en keerde terug naar zijn geboorteplaats Hazlehurst. Hier leerde hij ene Ike Zimmerman kennen, die zijn muzikale coach en mentor werd. Ondanks de recessie in die jaren werd er in Mississippi hard aan de infrastructuur gewerkt. De wegenbouwers waren een dankbaar publiek in de tentenkampen en ‘juke joints’, ook wel ‘barrelhouses’ genaamd. Dit waren kleine kroegen waar de drank rechtstreeks van de barrels (vaten) getapt werd.

Door het vele spelen en de strakke hand van zijn mentor, groeiden de kwaliteiten van Johnson met de dag. Hij voegde shuffleritmes en slidetechnieken aan zijn eigen stijl toe. Ook begon hij eigen liedjes te componeren, met daarin thema’s als eenzaamheid, isolatie en paranoia. Toen hij terugkeerde naar Robinsonville waren zijn oude maatjes zodanig onder de indruk van zijn muzikale groei, dat ze dit vertelden aan wie het maar horen wilde. Johnsons populariteit verspreidde zich als een inktvlek over de Delta. Het kwam zover dat in november 1936 de American Record Company Johnson meenam naar San Antonio, Texas, om enkele van zijn songs op te nemen. Uit deze sessie kwam ook meteen zijn meest bekende song Terraplane Blues. In juni 1937 vond er nogmaals een sessie plaats. In totaal werden er 29 songs opgenomen: het gehele oeuvre van Johnson. Veel bekende artiesten, zoals Eric Clapton, Led Zeppelin en The Rolling Stones, adoreren zijn songs, of speelden ze zelf. Hij wordt genoemd als de meest invloedrijke gitarist uit de bluesgeschiedenis

Een jaar na de sessies deed Johnson een vier maanden durende tournee naar St. Louis, Chicago, Detroit en New York, om daarna te belanden in Greenwood, Mississippi voor een optreden in de juke joint op het kruispunt van highways 82 en 49, door de lokale bevolking aangeduid als Three Forks. Rokkenjager Johnson maakte hier de fatale fout om de vrouw van de eigenaar te versieren. De jaloerse echtgenoot stuurde op een avond een open fles whisky naar de nietsvermoedende gitarist. Kort daarna kreeg Johnson vergiftigingsverschijnselen, waarschijnlijk door strychnine. Enkele weken vocht hij voor zijn leven totdat een longontsteking hem alsnog velde, op 16 augustus 1938. Hij werd 27 jaar. Volgens het laatste onderzoek ligt hij begraven bij de Little Zion Missionary Baptist Church in Greenwood.

Deze plek is ook bevestigd door een ooggetuige van de begrafenis. Dit is van belang omdat er nog twee andere graven zijn waarvan de echtheid betwijfeld wordt.

De legende van de Crossroads

‘I went to the crossroads and fell down on my knees, asked the Lord up above for mercy, save poor Bob if you please.’ (Crossroad Blues, Robert Johnson).

‘You may bury my body down by the highway side so my old devil spirit can get a Greyhound bus and ride.’ (Me and the Devil Blues, Robert Johnson).

Volgens de legende begaf Johnson zich op een avond naar de Crossroads om daar rond middernacht de duivel te ontmoeten en zijn ziel te verkopen. In ruil daarvoor stemde de duivel zijn gitaar zodanig dat hij een onaards geluid uit zijn gitaar kon halen. Hierdoor is zijn ongelooflijke vooruitgang ontstaan. Uiteraard is deze legende ontstaan door het feit dat hij de duivel regelmatig in zijn teksten liet terugkomen, wat men in de zwaar gelovige Delta niet echt kon waarderen.

In Memphis stad wil men je laten geloven dat W.C. Handy, orkestleider uit de stad, de eerste was die de bluesmuziek ten gehore bracht. Hij was echter de eerste die het bluesschema in notenschrift op papier zette, maar dus vooral geen uitvinder. Het Handy Museum staat in Beale Street en is een kort bezoekje meer dan waard.

Wie wel een muziekstijl uitvond was Ike Turner. Zijn song Rocket 66 wordt gezien als eerste rock ‘n’ roll-single. Deze werd opgenomen in de Sun Studio. Diezelfde studio waar Elvis Presley, Jerry Lee Lewis, Carl Perkins en Johnny Cash hun eerste opnamen maakten en die de Sun Studio zijn legendarische naam en faam bezorgden. Dit is de plek waar de rock ‘n’ roll is ontstaan. De studio waarvan Bob Dylan de grond kuste toen hij er voor het eerst kwam en die de leden van U2 voor hun legendarische album Rattle and Hum in 1987 nog gebruikten en er met drie songs de laatste historische Sun Studio-opnamen maakten. Het pand staat sinds kort op de Amerikaanse monumentenlijst, evenals het woonhuis van Elvis.

Graceland is ongetwijfeld de grootste toeristische attractie van Memphis. Het is na het Witte Huis wellicht het meest bekende huis ter wereld. Alles van The King is hier bij elkaar gebracht: zijn woonhuis, zijn graf, zijn gouden platen, kostuums, auto’s en vliegtuigen. Het ultieme museum voor een rockster waar jaarlijks honderdduizenden een kijkje komen nemen. Een klein gedeelte daarvan rijdt door naar het negentig mijl verderop gelegen Tupelo, de stad waar Elvis geboren werd. Hier staat zijn geboortehuis, dat in afmetingen in schril contrast staat tot het - voor die tijd - luxueuze Graceland. Maar om het plaatje compleet te maken moet je het eigenlijk wel allebei gezien hebben. Als je dan vanaf het huis van Elvis richting Tupelo-centrum rijdt, moet je zeker even stoppen bij de ‘hardware-store’ waar Presleys moeder, Gladys, de eerste gitaar kocht voor haar zoon. De winkel ziet er nog steeds uit zoals in de jaren ‘50 en er wordt alle moeite voor gedaan om dat zo te houden. Dus met een beetje fantasie zie je het tafereeltje zo voor je.

 

Meest bezongen stad

Memphis claimt de meest bezongen stad ter wereld te zijn en dat zou best kunnen kloppen. De stad dankt haar bekendheid vooral aan de liedjes waarin de naam genoemd wordt. Bij een telling in 2008 waren dat er 899, dus met Down to Memphis op de nieuwste JJ Cale-cd Roll on zijn we zeker over de negenhonderd. Voor de echte muziekliefhebber is hier heel veel te beleven. Want ook de gospel en country vinden hier hun wortels: muziek die afkomstig was van de landbouwboeren in de jaren ‘30 en ‘40. Deze muziek vermengde zich daarna weer met de klanken van Beale Street (blues en rock) waaruit weer countryrock, rhythm & blues en soul ontstonden. En in het bijzonder de Memphis-soul werd groot naast de Detroit-soul van Motown.

Topsongs met een hoofdrol voor Memphis

Graceland (Paul Simon) Memphis Tennessee (Chuck Berry) Memphis in June (Nina Simone) Memphis Pearl (Lucinda Williams) Walkin in Memphis (Mark Cohn) Black Velvet (Alannah Myles) All the Way from Memphis (Mott The Hoople) Stuck Inside of Mobile with the Memphis Blues Again (Bob Dylan) Memphis, Where the Hell is Memphis? (Joe Jackson) Proud Mary (Ike and Tina Turner) Memphis Lives in Me (Bon Jovi) Going back to Memphis (Muddy Waters)

 

Stax is het legendarische label waarop artiesten als Otis Redding, Isaac Hayes Booker T. & the MG’s, Sam and Dave, Rufus, Staple Singers en Carla Thomas hun plaatjes uitbrachten. De veelvuldig gebruikte blazerssectie The Memphis Horns is het beste toeterensemble dat ooit bij elkaar gebracht is. Ook Stax heeft zijn eigen museum, waar je met gemak een ochtend, middag of dag in kunt verdwalen. Dit is gelegen in Zuid-Memphis in de wijk Soulsville. Een knipoog naar het Motown-label dat Detroit, waar het gevestigd was, Hitsville noemde. Fotograferen is overigens in bijna alle musea ten strengste verboden. ‘Vanaf de heup moeten schieten’ geldt hier dus niet alleen voor cowboys.

Een ander museum dat ook erg de moeite waard is, is het Memphis Rock and Soul Museum, dat door het Smithsonian-instituut werd ingericht. Dit vlakbij Beale Street gelegen museum geeft in een bredere maatschappelijke context een algemener beeld van de muzikale groei in Memphis, daar waar de andere musea zich meer op eigen artiesten en repertoire richten. Aan de overkant van de straat ligt dan ook nog eens de Gibsonfabriek, waar je voor een paar dollar een rondleiding kunt krijgen. Je ziet hoe de roemruchte Gibson E 335 gemaakt wordt, want dat is het type waarin deze vestiging gespecialiseerd is. Hier wordt ook B.B. Kings ‘Lucille’ gefabriceerd. En daarmee zijn we terug in Beale Street, want Riley B. King mag wel gezien worden als de belangrijkste artiest die in en door deze straat groot geworden is.

Zijn naam B.B. King staat voluit voor ‘Bealestreet Boy King’. Hij heeft er zelfs zijn eigen restaurant: B.B. King’s Blues Club (overigens ook te vinden in Orlando, Nashville en New York). Eén keer per jaar treedt de 82-jarige nog op in zijn clubs, maar om één van de vijfhonderd kaartjes te bemachtigen is voor ons niet weggelegd, vrees ik. Wat wel kan is een ritje naar Indianola, de geboorteplaats van deze levende blueslegende. In september 2008 is daar het B.B. King-museum geopend. De gemeente, en voornamelijk de burgemeester, is de grote initiator achter dit project geweest om zo de beroemdste burger van het dorp te eren. Het is één van de mooiste musea die ik op mijn trip ben tegengekomen. Elke fase van B.B. Kings carrière wordt verbeeld met foto’s van gebeurtenissen uit die periode. En in de periode van zestig jaar die B.B. Kings carrière omvat, is er veel gebeurd en veranderd in het door Pussycat ooit zo bejubelde Mississippi.

 

 

Niet alleen muziekgeschiedenis

Eén museum van Memphis mag absoluut niet onvermeld blijven: het Lorraine Motel. Dit heeft niets met muziek te maken, maar alles met het absolute dieptepunt in de geschiedenis van de stad. Op 4 april 1968 werd strijder voor rassengelijkheid dominee Dr. Martin Luther King vermoord op het balkon van dit hotel, toen hij de stad bezocht voor een van zijn inspirerende toespraken. Voor de deur staan nog altijd de Dodge (uit 1959) en de Cadillac (uit 1968) waarmee hij en zijn medewerkers naar Memphis gekomen waren, zodat het lijkt alsof er niets veranderd is. In werkelijkheid is het hotel omgebouwd tot het Civil Rights Museum, met uiteraard de kamer van de dominee als hoogtepunt. Kamer 306 is nog precies zoals King hem heeft achtergelaten. Rommelig, onopgemaakt bed, papieren, tafeltje met etensresten, een leeg blikje cola. Aan de overkant van de straat is het tweede gedeelte van het museum, dat begint in de ruimte waar de aanslagpleger James Earl Ray gestaan moet hebben. Op de hoek van de straat zit nog steeds Jacqueline Smith. Sinds ze in 1988 als laatste huurder uit het hotel werd gezet, heeft ze zich ten doel gesteld om, zonder enig zinnig argument, tegen het museum te protesteren. Inmiddels zit ze daar al twintig jaar, onafgebroken, 24 uur per dag in weer en wind. Op zichzelf dus ook een bezienswaardigheid.

Nog meer levende bezienswaardigheden zijn te zien in het Peabody Hotel. Hier betreft het The Peabody Ducks: vijf eenden die in een fontein in de lobby van dit hotel zwemmen. Op zich niets bijzonders, maar de ceremonie die om elf uur ‘s ochtends en vijf uur in de middag plaatsvindt, is dat weer wel. De vijf verhuizen dan van of naar hun marmeren verblijf op het dak. Over een rode loper, die door de Duckmaster wordt uitgerold, waggelen ze achter elkaar naar de lift die hen naar boven brengt. Het gaat nergens over, is heel erg grappig en gratis, dus waarom zou je niet gaan kijken? Kun je meteen bij Lansky naar binnen lopen. Lansky is de kledingzaak waar Elvis zijn kleding kocht en waar naast mooie hemden, truien en jassen een prachtige en unieke collectie gesigneerde gitaren aan de muur hangt, waaronder een exemplaar van The King zelf. De straten rondom Beale Street kun je overigens gerust ‘Guitar city’ noemen, want in elke kroeg en restaurant hangt het vol met gitaren van de meest bekende snarenplukkers van de afgelopen decennia. Elvis, Tom Petty, Stevie Ray Vaughan, John Lee Hooker, George Thorogood, Buddy Holly, je kunt het zo gek niet bedenken of het hangt er. Over de echtheid valt soms te twijfelen, maar dat doet er niet echt toe. Als liefhebber geniet je er niet minder van. Living the dream…

Memphis is een toonaangevende stad en zal dat ook voor altijd blijven. Dit is de bakermat van alle moderne muziek, dat zie en voel je hier overal. De bewoners zijn zich daarvan bewust en doen hun uiterste best om dit te behouden, zowel uit culturele als commerciële motieven. Met de Mississippi Delta en muziekstad Nashville in de achtertuin is de stad een bezoek meer dan waard. Los van het feit dat er veel te genieten valt is er nog veel meer te leren over de muziek die je altijd leuk gevonden hebt.