AudioQuest, Irvine CA


Marc Brekelmans | 24 februari 2012 | Fotografie Marc Brekelmans | AudioQuest

`AudioQuest, AudioTruth` prijkt er op de vlaggen die her en der door het bedrijfspand van de kabelfabrikant hangen. AudioTruth is een merknaam die niet meer gebruikt wordt, maar op deze manier heeft het iets van een slogan. AudioQuest gaat voor het echte geluid, kun je erbij denken.

"We zijn hier allemaal echte muziekliefhebbers, en gaan voor niets minder dan het hoogst haalbare", zegt Bryan Long, Vice President Operations bij AudioQuest. "Kabels moeten het originele signaal zo min mogelijk aantasten, en om dat te bereiken gaan we erg ver."

Tijdens mijn bezoek aan het hoofdkantoor van AudioQuest in Irvine, Californië - een stadje dat letterlijk `onder de rook` van wereldstad Los Angeles ligt - word ik door Bryan en Sales Manager Andrew Kissinger meegenomen door het verrassend grote bedrijfspand.

"Toen ik 17 jaar geleden bij AudioQuest kwam werken zaten we nog vlak bij het strand," vertelt Bryan, die een Ierse vader en een Nederlandse moeder blijkt te hebben, "kon ik in m`n korte broek en op flipflops naar het werk. Als het lekker weer was deden we gewoon de deur op slot om te gaan surfen. Nu hebben we zo`n vijftig man in vaste dienst en hebben daarnaast nog een Europese vestiging in Roosendaal."

Als eerste neemt hij me mee naar de ruimte waar een zestal mensen kabels monteren. "wat we hier maken dient als `golden standard` voor al onze producten! Een aantal goedkopere kabels laten we in Azië maken. Dat moet wel om concurrerend te blijven. Maar we pakken dat wel anders aan dan de meeste fabrikanten. Alle geleiders kopen we hier in Amerika in en ze voldoen aan onze hoge eisen. De rollen komen hier binnen, en van iedere rol knippen we een meter af waarvan we een kabel maken.

Joe Harley, een man die zijn sporen in de audio-industrie ruimschoots verdiend heeft, beluistert de kabel en bepaalt op het gehoor de juiste richting van de kabel. Die richting wordt op de spoel aangegeven, zodat de fabrikant de juiste signaalrichting op de kabel kan drukken. Van iedere afgeleverde productie-run testen we hier in Irvine een groot aantal kabels op zaken als het gebruik van de juiste geleiders en de kwaliteit van de verbindingen. Het is daarom belangrijk dat de mensen in Azië, maar zeker ook onze Nederlandse collega`s, dezelfde kwaliteitsstandaard als de mensen in Irvine hanteren. Een AudioQuest kabel moet perfect zijn, mensen betalen er ten slotte voor."

Speciale orders

In Irvine worden, net als in Roosendaal overigens, speciale orders gemaakt. Een van de werknemers bewerkt een zojuist afgemonteerde Redwood luidsprekerkabel met een verfstripper. Bryan merkt mijn verwonderde blik meteen op en verklaart: "de gevlochten buitenmantel van een kabel heeft soms wat losse draadjes. Door de kabel te verwarmen smelten deze draadjes een beetje, en kan de monteur ze daarna simpelweg van de mantel vegen."

Aan een ander werkstation worden pluggen aan een kabel gelast: koudgelast wel te verstaan. De pluggen worden met een speciaal ontwikkelde machine zonder verhitting aan de kabel geklonken, waardoor een perfecte verbinding ontstaat. De verschillende soorten metaal komen door dit proces zo dicht tegen elkaar te liggen dat ze als het ware op moleculair niveau versmelten, wat veel minder problemen oplevert met de overgang van elektronen van het ene metaal naar het andere.

"We worden hier wel eens gek van de hoeveelheid artikelen in ons assortiment: iedere kabel heeft zijn eigen geleider, zijn eigen plug en zijn eigen mantel. Zo komen we uit op zo`n 5000 verschillende artikelnummers," vertelt Bryan. "Voor onze topkabels zoals de WEL Signature (WEL staat voor William E. Low oftewel Bill Low, eigenaar en oprichter van AudioQuest en nog steeds de drijvende kracht achter het merk (zie interview Bill Low), red.) gebruiken we een zeer hoogwaardig 99,9999% puur zilver.

De pluggen van deze kabels worden in een zilverbad gedoopt, waardoor er een dikke laag zilver op de connectoren komt. Daardoor oxideren deze pluggen minder snel en blijven ze hun glanzende uiterlijk behouden. Ook in de andere topkabels gebruiken we zilveren pluggen, maar die laag wordt elektrolytisch aangebracht en is dunner, waardoor de pluggen ook een iets mattere uitstraling hebben. Onze instapmodellen hebben vergulde pluggen. Al is zilver een betere geleider dan goud, in die prijsklasse wil de consument nou eenmaal graag vergulde pluggen zien.”

Vervolgens neemt Bryan me mee naar het - naar later blijkt - enorme magazijn. Aan de rechterzijde een indrukwekkende voorraad kabels en accessoires. Tientallen gangen zijn tot de nok gevuld met allerlei soorten kabels, klaar voor verzending over de hele wereld. Aan de linkerzijde zijn in AudioQuest kleding gestoken medewerkers druk doende met het klaarmaken van verzendingen.

Zelfs in dit stadium vindt er nog een kwaliteitscontrole plaats: steekproefsgewijs worden er kabels uit de voorraad genomen ter controle. Een speciale kwaliteitsmanager blijkt daar een dagtaak aan te hebben. Daarnaast worden er ook nog regelmatig kabels beluisterd. “We willen dat iedere AudioQuest kabel aan de hoogste kwaliteitsnormen voldoet,” zegt Bryan, “daarom schenken we zoveel aandacht aan detail.”

Via een achterdeur in het magazijn komen we op de binnenplaats met picknicktafels en een verrijdbare basketbal-paal. “Hier organiseren we regelmatig een picknick voor het voltallige personeel,” vertelt Bryan. “en het vlees betalen we van het oud-ijzer en het karton dat we verzamelen.”

Even ben ik ervan overtuigd dat ik de complete voorraad wel gezien heb, maar Bryan loopt stug door naar een even verderop gelegen magazijn. En ook dat magazijn staat vol met voorraad. Ik bedenk me hoeveel kabels je fysiek op een pallet kunt plaatsen - dat moeten er een hoop zijn - en probeer een voorstelling te maken van de omvang en waarde van de voorraad. Zinloos natuurlijk.

Luisteren

In de enorme demoruimte word ik uitgenodigd om te luisteren naar een vergelijk tussen de standaard Apple iPod-kabel en zijn AudioQuest Forest equivalent. Mijn eigen iPad dient als bron. Enkele klassieke tracks en een fraaie opname van Eva Cassidy worden afwisselend met beide kabels beluisterd, maar eigenlijk is het al na een paar seconden duidelijk. Alsof je naar het verschil tussen een transistorradio en een Bowers & Wilkins Zeppelin aan het luisteren bent.

En die B&W Zeppelin kan ik een paar minuten later ook echt gaan beluisteren. De permanente demo-opstelling met de Zeppelin moet het verschil in netsnoeren laten horen. Nu weet ik uit ervaring dat netsnoeren in het algemeen, en die van AudioQuest in het bijzonder (aangezien ik die thuis gebruik), een significant verschil kunnen maken. Maar toch heb ik vooraf mijn twijfels of je dat verschil ook op een Zeppelin kunt horen. Ik had natuurlijk kunnen weten dat het verschil overduidelijk moet zijn, anders zou er geen permanente demo opgesteld staan in de AudioQuest luisterruimte.

Ondertussen is Andrew Kissinger - inderdaad, verre familie van - aangeschoven. Hij vertelt dat de vertegenwoordigers van AudioQuest altijd een Zeppelin in de auto hebben liggen. “Het is een ideale manier om te laten horen hoeveel verschil een netsnoer kan maken op zelfs een relatief eenvoudig apparaat. Als dealers dit horen verdwijnen alle twijfels als sneeuw voor de zon. Er zijn zelfs dealers die nu zelf een Zeppelin demo-opstelling in de winkel hebben gemaakt.”

Mocht je ondertussen nieuwsgierig zijn geworden wat het netsnoer voor effect heeft op een Zeppelin; het geluid wordt vloeiender en vooral het middengebied rijker. Niet omfloerster of wolliger, maar juist natuurlijker. Stemmen worden personen, de klankkast die de borst voor de stem vormt is duidelijker hoorbaar.

Als uitsmijter mag ik luisteren naar een absolute topset: Ayre elektronica aangesloten met een Furman netfilter op de ruim 135 kilogram per stuk wegende Rockport Technologies Aquila luidsprekers. De bekabeling is uiteraard volledig AudioQuest...en dan bedoel ik ook echt volledig. De interne bekabeling van de luidsprekers is door AudioQuest vervangen door AudioQuest Redwood en de luidsprekerkabel zelf is natuurlijk ook Redwood. Als bron dient een Macbook Pro met de Pure Music player daarop geïnstalleerd. De verbinding met de Ayre QB-9 gaat via de USB-uitgang.

Deze keer geen vergelijk tussen kabels, dus kunnen we onderuitgezakt genieten van muziek. In eerste instantie nog audiofiel verantwoord materiaal, maar al snel verschuift de aandacht naar heftiger genres: Metallica, Porcupine Tree en Tool toveren een grijns van oor-tot-oor op onze gezichten. Bryan en Andrew blijken echte metalheads en al snel vechten we om de iPad om elkaar nog meer geweldige nieuwe muziek te laten horen.

En zo hoort het natuurlijk te zijn: muziek luisteren gaat niet over het lokaliseren van een schuivende stoel linksachter of het rinkelen van munten in een kassa-lade. En dat snappen ze blijkbaar erg goed bij AudioQuest. Of zoals Bryan in de inleiding van dit artikel al vertelde: “We zijn hier allemaal echte muziekliefhebbers.”

Meer weten over AudioQuest?

Wil je meer weten over het merk AudioQuest of ben je nieuwsgierig hoe je Computer Audio optimaal kunt toepassen, neem dan eens een kijkje op de AudioQuest Special Page op HiFi.nl. Onder het kopje `brochures` vind je een paar interessante en leerzame artikelen zoals `Computer Audio Ontrafeld` en `Computer Audio Nu: Muziek zonder grenzen`.

AudioQuest heeft momenteel ook een tweetal vacatures.