Pioneer PDP427XD


Patrick van den Bergh | 25 januari 2007 | Fotografie Patrick van den Bergh | Pioneer

De televisie mag weer gezien worden! Waren de eerste zwart-wit televisies uit de jaren ‘50 van vorige eeuw nog een ware blikvanger voor de trotse bezitter, de decennia’s die erop volgden stonden toch volop in het teken van het wegmoffelen van de “lelijke” kijkkast.

Groter was zeker niet altijd populairder en de grote behuizingen die nodig waren om de beeldbuis te huisvesten, werden dan ook vaak lelijk gevonden. Het prominent aanwezig zijn van een grote televisie in een woonkamer werd vaak geschuwd, in een hoekje of TV-kast plaatsen was toch vaak het motto. Maar de tijden veranderen en nieuwe technologieen brengen ons nieuwe elektronische apparatuur die de status van weleer weer kunnen opeisen.


Noem mij ouderwets of conservatief maar ik ben nog altijd een fervent liefhebber van de oude, alom bewezen CRT techniek. “Halsstarrig” blijf ik vasthouden aan mijn Sony CRT televisie, wetende dat vele grote merken hun tube-fabrieken deels of geheel hebben gesloten en dus hopende dat mijn CRT televisie het nog even uit houdt. Dat het ooit tijd zal gaan worden om de grote overstap naar de andere zijde te maken, is een feit en dat realiseer ik mij zeer goed.

Veel LCD’s en plasma schermen heb ik, sinds ze op de markt zijn, dan ook al bekeken maar tot nu toe altijd met hetzelfde resultaat. De eerste generaties schermen leden aan allerlei kwalen waar ik zelfs met een niet-videofiele insteek bedroefd van werd. Een belabberde zwartgave, beroerde videoprocessor en om van een enigszins correcte kleurweergave nog maar te zwijgen. De tijd heeft echter ook niet stil gestaan en ook op het gebied van beeldweergave is er een hoop veranderd de laatste jaren. Toen HiFi.nl mij vroeg om een 7de generatie plasmascherm van Pioneer aan een kritische blik te onderwerpen, was mijn interesse dan ook snel gewekt. Was de zwartwaarde bij de 6de generatie Pioneer plasmaschermen al sterk verbeterd, met deze nieuwe generatie zou ook de kleurenweergave verbeterd moeten zijn. Benieuwd of de huidige generatie voldoening zou geven, was de afspraak met Pioneer tot levering van de PDP427XD dan ook snel gemaakt.


De Pioneer PDP427XD, design en features

De PDP427XD is zonder enige twijfel een elegante verschijning welke in menig huiskamer niet zou misstaan. Het 42”, beelddiagonaal van 106cm, breedbeeldscherm heeft een afmeting van b*h*d 104x68x12cm en is, mede door zijn geringe diepte, zeker niet grotesk te noemen wanneer het om volume gaat. Sterker nog, ondanks zijn forse afmetingen in de breedte en hoogte ten opzichte van de vele conventiele CRT beeldbuizen, blijft het uiterlijk slank en stijlvol. Het Pioneer plasmascherm werd geleverd met een draaibare voet, de PDK-TS25, waarmee het scherm op een Aldenkamp AV-meubel in de huiskamer werd geplaatst. Deze robuuste voet, met zijn behoorlijke massa, biedt een goede steun aan het plasmascherm waardoor deze veilig geplaatst kan worden zonder dat de eigenaar zich zorgen hoeft te maken over enig wankelen, ook niet tijdens het draaien van het scherm.

Het scherm heeft een horizontale resolutie van 1024 pixels en een verticale resolutie van 768 pixels. Mede door het aantal verticale pixels en de acceptatie van 720P en 1080i, beide met een ‘refreshrate’ van 50 en 60Hz signalen op zowel de component alsook HDMI ingangen mag de Pioneer PDP427XD zichzelf officieel ‘HDReady’ noemen, geheel volgens de standaard zoals opgesteld door het ‘European Information, Communications and Consumer Electronics Technology Industry Associations’ (EICTA). Dit wil overigens nog niet direct zeggen dat het scherm dan ook High Definition videoweergave in zijn volledige resolutie zal weergeven, enkel dat de HD signalen geaccepteerd worden en de volledige verticale resolutie van ten minste 720 pixels wordt getoond.

Aan aansluitingen geen gebrek bij deze Pioneer PDP427XD. Is de voorkant sierlijk ontzien van knoppen of aansluitingen, aan de zijkanten en achterkant vinden we vele verschillende aansluitingen om de meeste gebruikers tevreden te stellen. Aan de achterzijde van het scherm zijn de meest gebruikelijke aansluitingen geplaatst. Een drietal Scart aansluitingen en een component video ingang, voor bijvoorbeeld het aansluiten van een DVD-speler of videorecorder, waarbij de degelijke kwaliteit opvalt. Zowel de cinch alsook de Scart aansluitingen hebben een hoge contactdruk waardoor een goede signaalverbinding gewaarborgd is. Het plasmascherm kan tevens via cinch uitgangen analoog aangesloten worden op externe AV-apparatuur maar u kunt er ook voor kiezen om het geluid digitaal naar een externe AV-versterker te transporteren middels een optische verbinding. Een PC of bijvoorbeeld MediaCenter kan aangesloten worden middels een standaard DDC2B kabel waarbij resoluties tot 1360x768@60Hz worden geaccepteerd. Via een tweetal HDMI 1.1 aansluitingen, beide zijn overigens HDCP compatible, kunt u zowel beeld als geluid digitaal naar het scherm transporteren. Vooral voor de huidige generatie upscale DVD-spelers alsook externe decoders en toekomstige HD-DVD en Blu-ray spelers een nuttige aansluiting waarbij zelfs 1080P@24Hz wordt geaccepteerd. Naast de antenne aansluiting vinden we, in tegenstelling tot de Pioneer PDP427AX, ook nog een interface en tuner voor digitale televisie. Door het installeren van een CA-module samen met de smartcard welke u via uw kabelexploitant kunt verkrijgen, kunt u de kabel zonder tussenkomst van decoder rechtstreeks aan de Pioneer plasmascherm aansluiten. Hierbij kunt u tevens gebruik maken van de elektronische programmagids welke standaard met het DTV wordt meegestuurd. Aan de zijkant van het plasmascherm vinden we nog een aansluiting voor een hoofdtelefoon en een S-video en composiet ingang, samen met de bijbehorende audio-aansluiting, welke gebruikt kunnen worden met bijvoorbeeld een spelcomputer of camcorder.

Installatie en instellingen

De installatie van het scherm verloopt intuïtief door de duidelijk opgezette menustructuur en duidelijke handleiding. Wanneer het scherm voor de eerste maal aangezet wordt, start een automatische installatie waarin u de taal en het land kunt invoeren. Hierna kunt u de televisiekanalen handmatig gaan instellen wanneer u analoog kijkt of een automatische set-up laten doen wanneer u voor digitale televisie kiest. Kijkt u via een externe decoder dan hoeft u deze stap niet te doorlopen en enkel aan te geven op welke ingang de decoder is aangesloten. Het doorlopen van deze stappen verloopt soepel en al snel is het scherm gereed voor dagelijks televisiegebruik en hoeft men zich verder nergens meer om te bekommeren. Echter het hoeft tegenwoordig geen geheim meer te zijn dat de beeldkwaliteit van een televisie af-fabriek vaak beneden de maat is. Veelal staan instellingen zoals helderheid, contrast en kleur foutief afgesteld en eerder gericht op een presentatie in een overbelichte kamer welke, voor wat betreft de kijkcondities, nauwelijks overeenkomt met de gemiddelde woonkamer.

Pioneer heeft ruimschoots aandacht geschonken aan de mogelijkheden om het beeld te optimaliseren, zo vindt u bij de professionele instellingen bijvoorbeeld de optie om de kleurentemperatuur aan te passen waarbij u kunt kiezen uit een aantal vooraf ingestelde waardes of een volledig handmatige afstelling. Ook kunt u bij de kleuromgeving aangeven of de kleurweergave geoptimaliseerd moet worden voor een sterk verlichte kamer of niet. Waar bij de doorsnee CRT televisie al snel in het beveiligde servicemenu allerlei aanpassingen gedaan moesten worden om de beeldkwaliteit voor de huiskamer te optimaliseren, biedt dit Pioneer plasmascherm de gebruiker al veel meer mogelijkheden. Het verdient dus zeker ook de voorkeur dat er van al deze mogelijkheden gebruik gemaakt wordt om de beeldkwaliteit te optimaliseren.
Wilt u er echter zeker van zijn dat het scherm gekalibreerd wordt zoals het volgens de ‘ISF’ normering hoort dan zult u of aan de slag moeten met een ‘color analyzer’ of een ‘ISF’ kalibrateur in moeten schakelen. Ondanks de aandacht welke geschonken is om een goede beeldkwaliteit te garanderen, blijken bijvoorbeeld de verschillende lichtsterktes in het ‘chromacity’ rapport te zeer naar rood te neigen en kent blauw in het ‘color tracking’ rapport een te grote afwijking terwijl rood en groen voor het grootste gedeelte netjes binnen de referentiewaardes valt. Een veel voorkomende instelling volgens een ervaren ISF kalibrateur.

Naast instellingen zoals de kleurentemperatuur of de gamma instelling vinden we ook een tal van mogelijkheden om de kwaliteit van de beeldweergave te verbeteren. Het gebruik van deze digitale filters dient echter met enige voorzichtigheid benaderd te worden aangezien er altijd een ‘trade-in’ effect bestaat. Waar bijvoorbeeld het algoritme voor ruisonderdrukking inderdaad ruis uit het beeld haalt, worden er tevens fijne details aan het beeld onttrokken. Pioneer is niet over een nacht ijs gegaan en biedt bij haast elk algoritme verschillende gradaties in sterkte van werking. Zo kent de ‘digital noise reduction’ (DNR) wat een veelgebruikte algoritme voor ruisonderdrukking is, een drietal gradaties naast de optie om het algoritme uit te zetten. Het grote voordeel van het aanbieden van verschillende gradaties is uiteraard het gegeven dat de eindgebruiker voor zijn persoonlijke situatie, of zelfs per geval, kan beslissen tot welk punt hij het verlies aan detail acceptabel vindt ten opzichte van de winst die geboekt wordt. Het aanbod van digitale beeldverbeteraars is uitgebreid en ik kan mij zeer goed voorstellen dat sommige gebruikers, zelfs met de handleiding erbij, door de bomen het bos niet zullen zien.

Standaard wordt de Pioneer PDP427XD geleverd met allerlei digitale beeldverbeteraars geactiveerd, zoals blijkt na een ‘factory reset’ toen ik het scherm binnen kreeg. Een goed begin voor hen die door de bomen het bos niet zien, is het handmatig uitschakelen van alle beeldverbeteraars. Om daarna, wanneer blijkt dat bepaalde aspecten in de beeldweergave als storend worden ervaren, per instelling te bekijken wat het effect is. Uiteraard zal de betere leverancier u hierbij ook kunnen helpen en wanneer u een ‘ISF’ kalibrateur heeft ingeschakeld dan hoeft u haast al helemaal geen kopzorgen meer te hebben.

Objectieve en subjectieve kijkervaring

Voor deze test ben ik uitgegaan van een alledaagse situatie, namelijk het gebruik van het Pioneer plasmascherm als plasmatelevisie in de woonkamer. De kijkcondities in een doorsnee woonkamer zijn doorgaans niet ideaal, onder andere te veel verlichting door lichtinval en/of reflecties van de muren welke de contrastwaarde van een televisietoestel drastisch kunnen beperken. Ondanks dat de kijkcondities niet ideaal zijn, is het wel de realiteit waarin het gros van dit soort plasmaschermen gebruikt zal worden. En juist dit gegeven is bepalend geweest voor het uitgangspunt van deze testopstelling. Niet direct videofiel pur sang, maar dagelijks gebruik zoals het merendeel van de consumenten een dergelijk plasmascherm zal gaan gebruiken. Er is met divers bronmaterialen gekeken, standaard DVD via een ‘Marantz’ DV8400 speler, analoog en digitale televisie-uitzendingen via het kabelaanbod van ‘Essent’ en natuurlijk ook High Definition materiaal in de resoluties 720P, 1080i en 1080P via een HTPC. Bekabeling varieert van ‘Qed’ tot en met ‘Belden’.

De Pioneer PDP427XD is op diverse kijkafstanden geplaatst om een goede indruk te krijgen van het scherm, het oplossend vermogen en hoe de grootte van het scherm zich vertaald naar kijkplezier. Feit is dat veel televisietoestellen vaak te ver weg worden geplaatst, of simpelweg vaak te klein zijn voor de afstand waarop gekeken wordt. Niet alleen de grootte maar ook de resolutie van het scherm is van belang bij de bepaling van de kijkafstand. Voor deze 42” Pioneer plasmascherm, met een resolutie van 1024*768 pixels, is een kijkafstand van pakweg 2,5 meter een meer dan prima afstand om ervoor te zorgen dat alle details in het beeld waargenomen kunnen worden. Men kan rustig nog iets dichterbij gaan zitten, het oplossend vermogen van de Pioneer is hoog genoeg om de afzonderlijke pixels niet als zodanig waar te laten nemen maar het detailniveau stijgt er natuurlijk niet evenredig mee. Dit is min of meer bepaald door ons waarnemingsvermogen dat niet oneindig is. Tot een afstand van 1,8 meter is zeker, ook met deze afmeting, nog goed te doen en laat ons eigenlijk al zien dat schermen met een beelddiagonaal kleiner dan 42”, bij deze resoluties, voor de meeste huiskamers al snel “te klein” zijn.

Een belangrijk aspect bij de objectieve kijkervaring is de rol welke de videoprocessor van de Pioneer PDP427XD speelt in het genereren van een beeldweergave welke overeenkomt met de ‘native’ resolutie van het scherm. Bij elke andere resolutie dan de ‘native’ resolutie van het scherm zal de videoprocessor aan het werk moeten om de resolutie van het aangeboden signaal passend te maken. Standaard definitie signalen zoals de huidige televisie-uitzendingen in het PAL formaat of een PAL DVD, beide met een horizontale resolutie van 720 beeldpunten of pixels en een verticale resolutie van 576 beeldlijnen of pixels, zullen worden geconverteerd naar een beeldsignaal met een resolutie welke gelijk is aan de ‘native’ resolutie van de Pioneer, namelijk horizontaal 1024 pixels en verticaal 768 pixels.

Bij het uitvergroten van een standaard definitie signaal wordt de kwaliteit van de videoprocessor ontzettend belangrijk, het beeld wordt immers uitvergroot en storing dus ook, laat staan de fouten die door de videoprocessor zelf nog kunnen worden geïntroduceerd zoals scalingfouten. Veel consumenten realiseren zich niet voldoende welke rol een videoprocessor speelt binnen het converteren van een standaard definitie ‘interlaced’ signaal naar een ‘progressive’ signaal met een resolutie gelijk aan de resolutie van het scherm, doch zullen er vaak mee geconfronteerd worden wanneer er naar een standaard definitie televisiesignaal, videorecorder of DVD beeld gekeken wordt. De kwaliteit van de videoprocessor bepaalt in zeer belangrijke mate de kwaliteit van het uiteindelijke beeld wanneer het signaal eerst “gedeinterlaced” wordt, daarna naar de ‘native’ resolutie wordt “gescaled” en eventuele digitale ‘artifacts’ weer worden verwijderd. Het aanbod van dergelijke videoprocessors is zeer divers, van simpele chips welke maar een fractie van de complete kostprijs kosten tot complete systemen welke tot 75.000 euro kunnen kosten.

Kritische test

Met de ‘HQV Benchmark’ DVD is de prestatie van de videoprocessor bekeken. Deze DVD bevat een aantal testpatronen welke behoorlijk wat rekenkracht van de DSP vragen en is goed in staat om fouten in de processing aan het daglicht te brengen. Het mag op voorhand al gezegd worden dat ik nog geen videoprocessor ben tegengekomen welke met vlag en wimpel slaagt bij al deze testpatronen! De prestaties van de Pioneer PDP427XD zijn vergeleken met de prestaties van de DSP’s van de ‘Marantz’ DV8400 en een ‘Lumagen’ videoprocessor.

Tijdens het testen van de ‘deinterlace’ capaciteiten van de Pioneer DSP bleek dat van de drie aanwezige ‘deinterlace’ algoritmes er een naar behoren werkt in zowel het detecteren van stilstaande beelden of bewegende beelden - beide dienen anders bewerkt te worden - en het weergeven van de volledige signaalbandbreedte, in tegenstelling tot het weghalen van details. Dansende lijnen bij een stilstaand testpatroon waren volledig afwezig wat erop duidt dat het stilstaande beeld goed werd herkent en de volledige resolutie werd getoond zoals het hoort. ‘Jaggies’ en dansende lijnen bij bewegende testpatronen waren minimaal aanwezig, een zeer acceptabele prestatie op het gebied van ‘deinterlacing’ want mijn ‘Marantz’ DV8400 DVD-speler presteert bij deze testen net een stukje minder. Onder andere de ‘detail enhancement’ en ‘motion adaptive noise reduction’ testbeelden laten zien dat de algoritmes voor ruisonderdrukking, zoals ‘MPEG NR’ en ‘DNR’ behoorlijk zwaar filteren, zelfs in de laagste stand waarbij het algoritme het minst doet. Duidelijk is zichtbaar dat ruis wordt geëlimineerd maar ten koste van de detailweergave, de ‘entropy’ van het beeld wordt aangetast.

De ‘PureCinema’ functie is een 3:2 detectie welke op film gebaseerde bronsignalen herkent. Wanneer de 3:2 cadence goed wordt herkent zal deze functie ervoor zorgen dat het additionele, voor DVD bijvoorbeeld, filmframe wordt verwijdert zodat er weer de oorspronkelijke 24 filmbeelden per seconde, of een veelvoud naar 72 beelden per seconde, wordt getoond. De cadence wordt niet geheel zonder moeite herkent door de videoprocessor van de Pioneer PDP427XD. Enige vertraging leidt ertoe dat een fractie van een seconde een flink gedeelte van het detail in het beeld wordt genegeerd alvorens het beeld stabiel en met volledige detail wordt getoond. Wanneer het bronsignaal een mix van video en film gebaseerde bronsignalen bevat heeft de videoprocessor het ogenschijnlijk moeilijker, ‘jaggies’ en ‘combing artifacts’ worden zichtbaar.

Overall presteert de videoprocessor zeker goed wanneer je de aanschafprijs van het Pioneer plasmascherm bekijkt. Wat betreft ‘deinterlacing’ een niveau beter dan de ‘Marantz’ DV8400 maar in totaliteit minder dan de externe ‘Lumagen’ videoprocessor. Het niveau van de beeldweergave van de Pioneer PDP427XD kan met een externe videoprocessor zeker nog naar een hoger niveau worden getild maar dit betekent uiteraard een meerprijs.

Middels de eerder genoemde test-DVD heb ik de instellingen van de Pioneer gemaakt om verder te kunnen gaan naar de subjectieve kijkervaring. Het televisie kijken met een dergelijk scherm is werkelijk een genot, de grootte van het scherm draagt sterk bij aan de beleving van eender welk televisieprogramma en is zeker niet te groot te noemen. Sterker nog, persoonlijk zou ik voor dagelijks televisiegebruik zeker niet voor een kleiner scherm kiezen mocht ik voor de keuze staan! Net zoals bij films is de beeldcompositie bij televisieseries of televisiefilms afgestemd op een bepaalde beeldgrootte gerelateerd naar de kijkhoek. Wanneer men binnen deze kijkhoek blijft dan neemt de beleving van het beeld enorm toe, terwijl een grotere kijkafstand nog altijd zorgt voor een goede waarneming van de kleinere details en een ontspannen televisiekijken garandeert.

Conclusie

Iets wat goed opvalt is dat de kwaliteit van het bronsignaal belangrijk is voor de uiteindelijke beeldkwaliteit. Het digitale televisiesignaal zoals ik het aangeboden krijg is nagenoeg vrij van storing en dit zie je dan ook terug op het beeldscherm, een schoon plaatje met een goede kleurverzadiging in vooral rood en groen. Overschakelen naar het analoge signaal laat duidelijk zien dat de beeldkwaliteit een paar stappen terug gaat. De videoprocessor krijgt naast het beeldsignaal ook een hoop storing te verwerken wat onherroepelijk terug te zien is. De kleurverzadiging is een stuk minder en het beeld is lang niet meer zo schoon als tijdens het digitale signaal. Afrondingsfouten door de videoprocessor, welke immers per definitie beperkt wordt door zijn bits, worden zichtbaar als een doorzichtige, met willekeurige structuur, waas die over het beeld wordt gelegd.

De ‘Marantz’ DVD speler was aangesloten via de component ingang met hoogwaardige Belden bekabeling. Tijdens films met veel donkere passages, zoals bijvoorbeeld “Hostel”, viel op dat de zwartweergave nog niet is wat ik verwacht. De helderheid van het scherm stond goed afgesteld maar de allerdiepste zwartdetails waren niet aanwezig. ‘Blacklevel’ is altijd een sterk punt geweest van CRT en de huidige toestellen zoals een plasmascherm of LCD hebben het moeilijk om deze zwartwaardes te evenaren of overtreffen. Met instellingen zoals het dynamisch contrast of het zwartniveau is de ‘APL’, de gemiddelde wit waardes in een beeldsignaal, bij te regelen maar dit is veelal gericht op het verkleinen van het daadwerkelijke dynamische bereik. Ondanks dat de zwartwaarde niet op het niveau is zoals door de betere CRT’s kan worden weergegeven is het contrast tijdens heldere beelden van een goed niveau zodat er een levendig beeld met een goede dieptewerking ontstaat.

Kleurweergave is bij deze 7de generatie Pioneer plasmaschermen enorm verbeterd ten opzichte van de oudere generaties. Alhoewel de RGB waardes nog enigszins afwijken van de gestandaardiseerde waardes, is de PDP427XD in staat om een kleurechte weergave te bieden met een goede saturatie bij voornamelijk rood en groen. Door het betere bronsignaal van de DVD speler ten opzichte van het televisiekanaal profiteert het scherm enorm, dat het echter nog een stuk beter kan bewijst de HTPC en de weergave van High Definition filmmateriaal. Het beeld wordt behoorlijk schoner, nagenoeg vrij van ‘processing artifacts’ en laat een diepe doortekening zien in allerlei kleurcontouren en details. Dieptewerking van het beeld neemt door de hoge resolutie beeldmateriaal enorm toe en de detailweergave is van hoog niveau wanneer het bronsignaal van hoogwaardig niveau is. Pas hier laat de Pioneer PDP427XD zijn ware kracht zien, het weergeven van hoogwaardig beeldmateriaal op een niveau zoals veel consumenten het waarschijnlijk nog niet gewend zijn. De PDP427XD smeekt om High Definition beeldmateriaal, maar weet standaard definitie bronsignalen afkomstig van bijvoorbeeld de DVD-speler ook nog behoorlijk neer te zetten indien de transfer van hoog niveau is.


Conclusie

Met deze 7de generatie plasmaschermen bevestigt Pioneer haar goede naam op het gebied van plasmaschermen en weet het een product neer te zetten dat als maatstaf kan dienen binnen dit segment. De gestelde adviesprijs van 2.999 euro is een reële prijs voor het scherm, de mogelijkheden welke het biedt om de beeldkwaliteit tot een optimum in te stellen en de overall kwaliteiten van de interne videoprocessor. De PDP427XD is gevoelig voor de kwaliteit van het bronsignaal en mocht men dit als nadeel willen aanmerken dan dient men ervoor te zorgen dat enkel hoogwaardige bronsignalen worden gebruikt. Helaas zijn we nog altijd afhankelijk van de kwaliteit van het televisiesignaal, zodat zeker hier een grote variëteit aan beeldkwaliteit op te merken valt. Een digitale aansluiting is al haast een must en een abonnement op een High Definition zenderpakket is zeker aan te raden om alvast te proeven van wat dit plasmascherm daadwerkelijk kan weergeven mocht u over geen andere High Definition bronnen beschikken.

Aan het begin van deze test had ik al vermeld nieuwsgierig te zijn of een 7de generatie plasmascherm mij dan eindelijk voldoening zou kunnen geven in alledaags gebruik. Ondanks het gegeven dat de zwartwaarde nog niet is wat ik verwacht, of dat bijvoorbeeld de blauwsaturatie nog beter kan, kan ik hier toch positief op antwoorden. De PDP5000EX heeft het mij al eerder laten zien maar nu ook de PDP427XD. De 7de generatie plasmaschermen van Pioneer sneuvelen in een vergelijk met de CRT techniek niet meer direct, kunnen de concurrentie aan en weten op bepaalde punten zelfs te overtreffen.