Linn Radikal & Urika


Kilian Bakker | 05 november 2009 | Linn

Sinds de introductie van het Sondek LP12 platenspelerloopwerk (begin jaren `70) heeft het eigenwijze Schotse merk Linn haar eerste platenspelerconcept doorontwikkeld op praktisch elk denkbaar punt. Naast de doorlopende verfijningen introduceert Linn om de zoveel jaar een mijlpaalverbetering. Het unieke aan de Sondek is altijd geweest, dat deze analoge klassieker qua prestatieniveau blijft groeien terwijl aan het basisconcept al die jaren niet of nauwelijks wordt getornd.eee

Tot nu, want Linn heeft met een van de twee nieuwe SE producten voor de LP12 een fikse AC/DC ommezwaai gemaakt. De nieuwe DC motor en diens motoraansturing heeft dan ook de toepasselijke naam Radikal meegekregen. Volgens Linniaanse traditie is bij de productnaam een c in een k veranderd maar dat is niets vergeleken bij de naam van de tweede nieuwe LP12SE uitbreiding. Dat heeft namelijk de onnavolgbaar kromme benaming Urika meegekregen.

De k was er al, dus waarom de eerste e gewist en de tweede e in een i veranderen? Gelukkig hebben ze meer verstand van muziekweergave daar in Eaglesham. De Urika is een hoogwaardige Phono-voorversterker die zich binnenin de Sondek behuizing bevindt. Heel dicht bij de toonarm dus maar ook dicht bij de motor. Dat laatste is geen probleem meer dankzij de afgeschermde DC motor en bekabeling.


Radikale koerswijziging

Linn leek zich door de introductie van de Lingo voeding (bijna 20 jaar geleden) voor eeuwig te hebben gecommitteerd aan de synchroonmotor. Achteraf blijkt dat zelfs dat facet van het aloude Sondek-concept niet onveranderlijk is. Toch is dit niet de eerste keer dat Linn een radikale koerswijziging doorvoert. Jarenlang dacht men dat de merknaam Linn synoniem was met analoog, toen plotseling de zeer geavanceerde Karik/Numerik CD-speler werd geentroduceerd waarmee Linn zich meteen in het hogere digitale segment nestelde. Zo verrassen ze de audiowereld nu weer met een onverwachte technologie in de vorm van een DC motorsysteem.

Muziekliefhebbers die Linn langer volgen, weten dat de suggestie "ze zijn bij Linn van hun geloof gevallen" zinloos is. Voor technische innovaties hebben ze in Glasgow vaak opmerkelijk nuchtere redenen. Het zou te ver voeren om te zeggen dat volgens Linn het concept van DC motor aandrijving (en het rotsvast regelen van een stabiel toerental) plotseling volwassen is geworden. Toch zal men bij Linn heel zeker moeten zijn van het nieuwe aandrijfsysteem om na bijna vier decennia op dit punt het roer om te gooien.

Linn Radikal

Het Linn Radikal productpakket bestaat uit een hoogwaardige DC motor en een externe voeding die meteen als voeding voor de Urika fungeert. De ongewenste elektromagnetische invloeden van de traditionele AC synchroonmotor hadden de ontwikkeling van een interne Linn Phonotrap tot dusver ontmoedigd, aldus de fabrikant. Dankzij de toegenomen beschikbaarheid van werkelijk stille DC motoren en Linn`s recente ontwikkeling van nieuwe electronica (gedeeltelijk gebaseerd op het Linn DS klok-systeem) konden er twee vliegen in een klap worden geslagen: een nog rustigere aandrijving van het plateau en een interne, dual-mono Phonotrap met een extreem korte toonarmkabel.

De Radikal DC motor heeft edelmetaal borstels en Neodymium magneten. Linn voegt daar hun eigen loepzuiver gefreesde aluminium polie en een speciale behuizing aan toe. De dubbelwandige behuizing is vervaardigd uit Acetal en Poron cillinders en een aluminium bodemplaat wat respectievelijk mechanische demping en ontkoppeling biedt, plus extra rigiditeit. Het Radikal aandrijfsysteem heeft een `speed management` circuit wat bij iedere inschakeling een automatische calibratie uitvoert. Een optische sensor die zich op de positie van de oude snaargeleider bevindt, ziet eens per rotatie een zwarte viltmarkering langskomen die aan de binnenzijde van het buitenplateau is aangebracht. Linn fans die gesteld zijn op de ontspannen weergave die wordt verkregen met het niet corrigerende Lingo systeem kunnen wat dat betreft gerust zijn; slechts drieendertig-en-nog-wat maal per minuut wordt er een puls teruggestuurd naar de voeding, alwaar de voedingsspanning (na vergelijking van de feedback puls met een referentieklok puls) eventueel wordt gecorrigeerd. De DC Sondek blijft een Sondek, moeten de ontwerpers van de Radikal hebben gedacht. Met die feedback informatie kan er voor lange-termijn afwijkingen van de omloopsnelheid worden gecompenseerd (een inherent minpunt van klassieke DC aandrijfsystemen). Dat correctiesysteem heeft nog een aantal voordelen: het maakt het opbouwen en afregelen van een Sondek LP12 eenvoudiger en kan zelfs tot op zekere hoogte voor snaar- en motorsltijtage compenseren. Een echte bonus voor zeer actieve vinylisten want het regelmatig controleren van de snaar (iets wat veel Sondek eigenaren doen) is met de Radikal in feite niet meer nodig (om het jaar zal voldoen). Ook het continue laten draaien van het loopwerk is met de Radikal geheel onnodig en het wordt zelfs afgeraden door Linn; waarom de motor en het milieu belasten wanneer er geen LP wordt afgetast? De Radikal voeding is verkrijgbaar met het standaard Linn chassis (in zilver of zwart) of een uit massief aluminium gefreesde behuizing wat optisch aansluit bij een Linn Klimax systeem. De kostbare aluminium versie brengt geen auditieve verbetering met zich mee, aldus Linn.e

Bij het Urika versterkercircuit wat als twee gestapelde mono printplaten is uitgevoerd heeft men vooral geprobeerd om signaalverlies en stoorniveau`s tot een absoluut minimum terug te brengen. Signaalverlies wordt onder andere beperkt door een nieuwe, zeer korte T-Kable toonarmkabel (met Din-plug aan de toonarmzijde) die direct is verbonden met de twee printplaten. De korte en directe verbinding verbetert de signaal/ruisverhouding terwijl de uiterst flexibele kabel voor een vrijere vering zorgt. Een bijkomend voordeel is dat de tamelijk kritische verankering van de conventionele (lange) T-Kable met het Urika systeem kan worden overgeslagen, wat zorgt voor een snellere installatie. De uitgangen zijn dubbel uitgevoerd; als ongebalanceerde cinchbussen of als trafogekoppelde gebalanceerde XLR bussen. Dat de Urika is geoptimaliseerd voor gebruik met het Linn Akiva Moving Coil element zal niemand verbazen. Toch hoeft men deze fijngevoelige voorversterker niet uitsluitend in te zetten voor Linn MC`s. Het is ook compatibel met menig non-Linn aftaster waaronder verschillende low-output modellen van bijvoorbeeld Lyra, Ortofon, Dynavector, ZYX en Benz Micro (Lyra is overigens de fabrikant van het Linn Akiva MC element). Daarnaast is Linn`s nieuwe Phonotrap ook zeer geschikt voor klassieke groefspeurneuzen zoals de Linn Troika en de fameuze Supex SD lijn. Een nieuwe zilverkleurige aluminium Trampolin bodemplaat houdt de Urika op de juiste plaats (zo dicht mogelijk bij de toonarm zonder de vering in de weg te zitten). De herziene Trampolin heeft een ruimere kabeluitgang voor de interlinks en de XLR kabel waarmee de motor en de Urika met de Radikal voeding worden verbonden. De kabelpoorten van bestaande (of nieuwe) hardhouten consoles hoeven dus niet te worden gemodificeerd.

Urika dual-mono

Alhoewel de Urika dual-mono versterkercircuits ongetwijfeld de onverdeelde aandacht van de Linn ontwerpers zullen hebben gekregen, maakt de behuizing helaas een wat karige indruk. Het uit plaatmetaal gevouwen doosje mag dan van XLR uitgangen zijn voorzien (waar veel Linnies geen gebruik van zullen maken), het astronomische prijsverschil met een blank aluminium Alecto Phono-doosje laat zich uit het exterieur niet opmaken. Het naar binnen gevouwen gedeelte van de topplaat moet ruimte bieden aan de voorste armboard-veer.

De daardoor ontstane spleten kunnen op de lange duur een ingang voor stof worden (een kunststof afdekking zou dat kunnen voorkomen). Het betreft een apparaat wat in feite verstopt zit maar de constructie en afwerking van de Urika staan in schril contrast met de schitterend afgewerkte behuizing van de Radikal motor. De prestaties zullen des te meer voor zich moeten spreken om de hoge prijs waar te maken.


Happy Feweeeeee

En daar zit hem uiteindelijk de kneep bij alle Linn SE opwaarderingen voor de LP12. De prestaties of meerwaarde van producten als de Radikal en Urika daargelaten, katapulteert Linn hun platenspeler daarmee wel in een steeds hoger prijssegment, zeg maar gerust het High-End audionirvana. De audioevolutie van langlevende legendarische producten zorgt van nature voor een trapsgewijze prijsverhoging. Wanneer zo`n evolutionaire stap vervolgens een vast onderdeel van de standaard uitvoering wordt, zal de prijs meestal met een bepaald percentage worden verhoogd of zelfs gelijk blijven. Dat laatste gebeurde nadat Linn de Cirkus Kit had geentroduceerd; het werd als het ware geabsobeerd in de standaard LP12 productie.

Een Linn SE product brengt een aanzienlijke investering met zich mee, vaak groter dan dat van het loopwerk zelf. Het gevolg is dat de huidige complete LP12SE platenspeler niet circa vijf keer zoveel kost als een los LP12 loopwerk (zoals de Lingo/Ekos/Troika versie van begin jaren `90) maar bijna negen of zelfs tien keer zoveel, afhankelijk van de behuizing van de Radikal (een Sondek LP12 kost kaal 2285,- Euro). Met een gematigdere prijsstelling van opwaarderingen zou Linn ongetwijfeld meer nieuwe klanten werven. De huidige Linn Sondek LP12SE is een zeer fraai en bijzonder product wat echter puur is gericht op een bepaalde groep liefhebbers die het zich kunnen veroorloven. Enfin, we hebben hier te maken met een product voor de happy few.


Vergelijk

Om een duidelijk beeld te krijgen van de Radikal en Urika moesten ze als onderdeel van een complete LP12SE platenspeler worden beluisterd, naast een tweede LP12SE met Lingo voeding en Linto Phonovoorversterker (de SE uitvoering, oftewel met Keel subchassis, Ekos SE toonarm en aluminium Trampolin is in een eerder artikel besproken door Rene van Es. De Majik Sondek LP12 recensie van ondergetekende bevat specifieke technische details van het standaard LP12 loopwerk). Het vergelijk vond plaats bij Linn dealer Audio Excellence waar doorgaans verschillende uitvoeringen van de Schotse veteraan staan opgesteld. Dat is van belang voor het verkrijgen van een duidelijk idee van de contrasten tussen het eerdere 2007 SE pakket en de huidige, verder doorontwikkelde LP12SE platenspeler.e

Luisteren

Eerst werd de standaard SE uitvoerig beluisterd waarbij al gauw duidelijk werd dat de SE componenten (Keel, Ekos SE, aluminium Trampolin) voor een zeer overzichtelijke en gearticuleerde weergave zorgen. Dat kwam goed naar voren bij de track Your Ghost van het Kristin Hersh album Hips And Makers; er was een weldadige rust merkbaar, gekoppeld aan een inktzwarte achtergrond en een tamelijk scherp dynamisch contrast. De grote framedrum die dit verder zeer filigraan aandoende muziekstuk van de juiste aardig voorziet, zette niet alleen flink door maar werd bij elke stoot van een behoorlijke hoeveelheid lucht vergezeld. Bij de samenzang van Kristin Hersch en Michael Stipe (REM) werden de twee stemmen met een bovengemiddelde ruimtelijke differentiering afgebeeld, iets wat ook de afbeelding van Linn DS spelers kenmerkt. De zang van Kristin Hersch kwam wat tekort aan emotionele content; het klonk helder maar kwam minder bewogen over dan met de residentiele (Cirkus/Orbit/Akito) LP12. Het meest opvallende was toch wel dat er vrijwel geen sprake meer was van intermodulatie vervorming tussen het teutonische laag en het breekbare midden.

Volgens de heren van Audio Excellence (Jan Verlegh en Kees-Jan Lankhaar) is met name het Keel subchassis daar debet aan. Zowel de push als de diepgang in het laag gaan er ten opzichte van het Cirkus subchassis op vooruit en intermodulatie artefacten moeten door de uiterst rigide Keel sterk gereduceerd worden. Tijd voor de Radikal/Urika versie van de LP12SE die natuurlijk van hetzelfde Akiva MC element was voorzien en op een vergelijkbaar Ikea (Klubbo) tafel stond. Your Ghost werd nogmaals afgetast. Toen de radikale Linn platenspeler de zang van Miss Hersch en haar gitaarspel vertolkte werden de wenkbrouwen even hoog opgetrokken. Een beduidend schoner en rustiger hoog, geen spoortje meer van de aan deze LP haast inherente sibillance die nog goed hoorbaar was met de standaard LP12 SE.

Van veel groter belang is het feit, dat Kristin`s zang ook verleidelijker -zeg maar gerust sexier- klonk. Het gitaarspel kwam niet alleen opener maar ook verfijnder naar voren, met beter te volgen greepwisselingen. De zware percussiestoten zorgden voor een lach van genot en verbazing; niet alleen een gebalde stoot lucht maar de indruk van een fysiek instrument wat zich in een bepaalde opnameakoestiek bevindt. Ook was de vertikale slag goed hoorbaar, het was geen richtingsloze uitbarsting meer. Heel fraai. Bij de samenzang waren de beide zangstemmen en de individuele teksten nog beter te volgen. De rust en zelfverzekerdheid, gekoppeld aan een meer sonoor en compleet aandoende tonale weergave maakte dat deze LP in bepaalde opzichten opnieuw werd ontdekt.

Whippersnapper

Terug naar de standaard SE LP12, waar de Whippersnapper LP Fortune zijn rondes deed om de track John Here, Jab Hurt te laten aftasten. Deze muziek is voor schrijver dezes de ultieme PRaT-reference (Pace, Rhythm & Timing) dankzij het syncopische karakter van de muziek, gekoppeld aan een uiterst meeslepende swing en de met stuiterend staccato gespeelde gitaar. Dat klonk lekker snappy en het vliegensvlugge snarenspel kwam beduidend strakker en puntiger over dan we gewend zijn van de residentiele LP12 terwijl de zang van Martin Jenkins met een goede presence en body werd gepresenteerd. Het geheel kreeg een ruim stereobeeld mee wat ver buiten de behuizingen van de Wilson Benesh weergevers doorliep.

De PRaT-factor was als vanouds aanwezig, met een uiterst precieze ritmische punctuering maar helaas was de fun-factor minder groot als gewend; alles klonk heel schoon maar minder humoristisch. Meer aanschouwend dan meeslepend. Met de Whippernapper schijf onder de naaldtip van de Radikal/Urika LP12SE kwam het stuiterende karakter van Kevin Dempsey`s meesterlijke snarenspel beter tot uiting, alsmede de elasticiteit en het uitklinken van de snaren. Ook het fiddlespel kwam  organischer en beweeglijker over, waarbij het instrument zelf op meer plastische wijze werd neergzet. De samenzang was zelfs een klasse beter; nog opener, meer ontspannenen en prachtig los afgebeeld. En... de humor was terug. Deze enthousiaste folk-sessie werd door ondergetekende nog niet zo royaal, energiek en meeslepend gehoord. Er werd daarom met een tevreden grijns en gesloten ogen geluisterd.

Van de Dave Brubeck klassieker Take Five werd de gelijknamige track afgetast door de LP12SE. Dat werd met spot-on timing weergegeven, waarop met meetikkende voeten werd gereageerd. Deze muziek staat vooral bekend als vloeiend en lichtvoetig en zo werd het ook gepresenteerd. Daarnaast was er een bewonderenswaardige soliditeit en stabiliteit hoorbaar in het laag. Met name de piano was goed als een groot en zwaar instrument merkbaar, niet enkel als een kundig bespeeld toetsenbord. Bij de drumsolo van Joe Morello klonken de rake tikken tegen de bekkens zeer helder en direct terwijl de drumroffels met een prettige `bite` en flinke dynamische sprongen werden weergegeven. De kracht waarmee de daarop volgende klappen naar voren kwamen was indrukwekkend, af en toe zelfs opschrikkend. Via de opper-SE (Radikal/Urika) kwamen de bekkens, roffels en kickdrum organischer over, met verfijndere zuchten en meer geaarde stompen. Niet gek.

Het saxsspel klonk vooral energieker en directer, met een moeiteloos te volgen speeltechniek. Voor Linn liefhebbers zal van eminent belang zijn dat de swing en spanning een orde van grootte beter werden gecommuniceerd. Bij Morello`s solo kwamen de roffels niet alleen knallender over, ze kregen meer urgentie mee waardoor er een sterker gevoel van muzikaal drama ontstond. De kundige tikken tegen de trommelvellen klonken meer levensecht, bijna tastbaar. Er werd zowaar met ingehouden adem geluisterd naar deze overbekende drumsolo. En dan... uitademen. De aangename warmte van Dave Brubeck`s sensibele toetsenspel was sterker aanwezig, wat voor een grotere muzikale betrokkenheid zorgde maar ook het kenmerkende velourszachte en rijke saxspel van paul desmond was een genot om naar te luisteren. Een 62 jarige meeluisteraar voor wie dit puur jeugdsentiment is, merkte op dat voor hem voor het eerst en in alle finesses het raffinement van deze stukgedraaide hit geheel tot zijn recht kwam. Overzicht, stilte, rust en stabiliteit worden door de Radikal en Urika zeker op een hoger plan getild. Maar het was de nog grotere muzikale betrokkenheid en zeer directe overdracht van onderliggende emoties zoals humor en drama die werden verkregen met de nieuwe LP12 aandrijving en phonotrap, wat schrijver dezes het meest raakte.

Conclusie

Ten opzichte van de vroegere analoge Linn-referentie, de Lingo/Linto/Cirkus/Ekos LP12, verhoogt de technologisch ver geavanceerde LP12SE de resolutie, vergroot controle en zorgt voor een meer gearticuleerd, solide fundament. In contrast met de Cirkus-LP12 geeft de Keel-versie voorrang aan duidelijkheid en grip. De Radikal/Urika LP12SE gaat op alle punten verder dan de `oude` SE maar laat daarbij de fun-factor sterker naar voren komen. De Radikal en Urika vormen een ware symbiose met de LP12 en mogen daarom als twee delen van een grote opwaardering worden gezien (vandaar dat ze als zodanig zijn besproken). Het Radikal/Urika LP12SE pakket is zowel de meest extreme als de meest complete en uitgewogen Sondek LP12 tot nog toe. Wat vooral opvalt is het steeds verder op de achtergrond raken van bijgeluiden, sibillance-uitschieters en hardheid. Om kort te gaan: het beter beheersen van ongewenste energie en neveneffecten. Deze vinylveteraan is tegelijk blij verrast met - en bedroeft over Linn`s nieuwste analoge statement. Zoveel muzikaal genot en luisterplezier maar helaas voor velen (inclusief yours truly) onbereikbaar vanwege de prijs. Jammer dat dergelijk plaatplezier zo kostbaar moet uitvallen. Desondanks is de Radikal/Urika LP12SE platenspeler een analoge mijlpaal die moet worden beluisterd om geheel te worden begrepen. Listen at your own risk; de ontwenningsverschijnselen kunnen heftig zijn maar dat is nu eenmaal het risico van totale vinylverslaving.

Aanvullende informatie:

Fabrikant: Linn Products;

RADIKAL met massief volaluminium# behuizing: 5.890 Euro
RADIKAL met standaard* Linn chassis: 3.273 Euro
URIKA: 2.945 Euro
RADIKAL# & URIKA combipakket: 8.122 Euro
RADIKAL* & URIKA combipakket: 5.504 Euro

(Prijzen van bepaalde LP12 toevoegingen zoals toonarmen en dergelijke kunnen worden opgevraagd bij een LINN dealer).

e

Toegepaste apparatuur bij Audio Excellence:

Audio Research Reference 5 voorversterker Audio Research Referenc 110 eindversterker AudioQuest WEL Signature powercords & interconnects AudioQuest K2 luidsprekerkabels Finite Elemente Pagode Master Reference HiFi meubel Wilson Benesch A.C.T. C60 luidsprekers