De Bocama LA-224B revisited


Rudy van Stratum | 16 juli 2001 | Fotografie Rudy van Stratum

(HiFi.nl wil benadrukken dat het bouwen of modificeren van apparatuur e.d. altijd op eigen risico gebeurt. De informatie op HiFi.nl wordt dubbel gecontroleerd, maar fouten en wijzigingen kunnen nooit voor 100% voorkomen worden. Daarom raden wij ten strengste aan nooit zelf te modificeren als u hiervoor niet ter zake doende bent. U kunt daarom altijd het beste voor modificatie etc. contact opnemen met een professionele winkel of bedrijf.)

Dit is een laatste (?) hommage aan de Bocama of Lafayette LA-224-B buizenversterker en de daarin gebruikte eindbuis EL84. Omdat niet iedereen bekend is met deze inmiddels roemruchte versterker zal ik beginnen met een stukje geschiedenis. Eerstens: buizenversterkers zijn niet per definitie beter dan transistorversterkers en binnen de buizenwereld is de ene buis niet de andere. Zelfs de meest doorgewinterde buizenliefhebbers, die zich inmiddels omhoog hebben gewerkt naar de 300B-triodes, zijn overtuigd van de kwaliteiten van de nederige EL84-pentode. Die buis heeft een eigen frisse, heldere en open klank. En dat terwijl het een goedkope armelui-buis is die vooral is ontworpen, ergens eind jaren veertig begin jaren vijftig, om in tafelradio`s gebruikt te worden en die bedoeld was voor de mensen die de duurdere EL34 niet konden betalen. De buis kostte destijds al een tientje per stuk (vergeleken met de toenmalige inkomens enorm veel geld) en is nu nog voor die prijs volop te koop. De versterkers die in de handel zijn geweest vanaf de jaren vijftig met de EL84 als eindbuis zijn werkelijk ontelbaar.

Ik begin mijn verhaal eigenlijk vanaf het begin van de buizenrevival vanaf de jaren tachtig en beperk me vooral tot de Nederlandse situatie. De eerste melding van een zelfbouwversterker met EL84`s in de Nederlandse bladen tijdens de tweede golf is, zover ik me kan herinneren, afkomstig van de hand van Menno van der Veen (ja, ja ingenieur Menno van der Veen). In 1985 schreef hij voor het blad Radio Bulletin een verhaal met de mooie (maar naar achteraf bleek onterechte) titel: de laatste der mohikanen. Het idee achter dit verhaal was om de karakteristieke sound van de EL84 (met name indien gebruikt in gitaar-versterkers) naar voren te laten komen. Daarom werd gekozen voor een klasse-B instelling waarbij maximaal vermogen voorop stond. Een jaar later, in 1986, stond er een uitgebreid verhaal over een EL84-zelfbouwversterker met een innovatief schema in het Franse l` Audiophile. We hebben het te danken aan Menno Spijker en Audio en Techniek dat dit schema in Nederland volop is nagebouwd. Menno vertrok vanuit het l`Audiophile schema en herbouwde de uit de jaren zestig afkomstige Philips HF-309 monoblokjes met zeer goede resultaten. Het succes van de `MS-tube` (drie keer raden waar de letters MS voor staan) zorgde voor een ware run op de vele tientallen HF309`s die nog bij opa`s en oma`s ergens op zolder stonden. De HF309 bleek zeer goede uitgangstransformatoren te hebben waardoor de prijs voor tweedehandse 309`s met sprongen steeg (in een korte tijd van 25 gulden naar tussen de 500 en 1000 gulden voor twee monoblokjes). Ik herinner me nog dat ik tijdens een show van Audio en Techniek in het Rotterdamse Atlanta-hotel de bakjes van Menno Spijker gedemonstreerd kreeg naast een Conrad-Johnson MV-50 versterker (was toen top of the bill). Jongen, wat klonken die bakjes ongelooflijk goed.

De HF309`s waren inmiddels niet meer verkrijgbaar en/of betaalbaar (dat er nog volop liefhebbers met deze versterker aan de gang zijn bewijst de enthousiaste site van Fons de Boeck, zie www.zeelandnet.nl/sparoub). Op een rommelmarkt kocht ik een voor mij onbekende versterker met de al even anonieme naam Bocama of Lafayette LA-224B. Na een kleine reparatie bleek het ding eigenlijk heel goed te klinken, zo maar in originele ongemodificeerde staat. De Bocama bleek al heel snel een waardig alternatief voor de HF309. Om de eenvoudige reden dat er van die Bocama honderden of misschien wel duizenden verkocht zijn in Nederland. Ik heb nog oude electronica-bladen op zolder liggen waarin de Bocama wordt geadverteerd voor een prijs van f 299,-, ergens in de nadagen van de buis, gebroederlijk naast veel duurdere transistorversterkert met hetzelfde lage uitgangsvermogen maar met een hogere prijs. De versterker is van Japanse origine en komt niet zoals veel mensen denken uit Amerika. Ook nu spelen nog steeds veel mensen met dit versterkertje en denk dus goed na of je hem opoffert aan de sloop. Maar eerlijk is eerlijk: deze versterker leent zich heel goed voor het maken van een goedkope en goede moderne EL84-versterker. In 1993 heb ik voor Audio en Techniek het originele Bocama-schema opgetekend met een verhaal rondom de moderne herbouw. Ik vertrok toen vanuit het originele schema simpelweg omdat de Bocama van zichzelf al zo goed klonk. Ik gebruikte zelf overigens 6V6-buizen in plaats van de originele EL84. Hieronder volgt voor de mensen die dit tijdperk van Audio en Techniek niet actief hebben meegemaakt het schema.


Dit schema is nog steeds prima geschikt om na te bouwen. Bijna alle schema`s uit de jaren vijftig en zestig gaan uit van dit schema of een variant hierop. Met de 6V6 en de originele Bocama-trafo`s was het resultaat heel bijzonder. De 6V6 klinkt anders dan de EL84 maar heeft absoluut zijn eigen unieke kwaliteiten. De 6V6 klinkt voller en warmer in het middengebied, stemmen worden door deze versterker zeer natuurgetrouw gereproduceerd. De 6V6 mist iets van de frisheid en levendigheid van de EL84. Uiteraard ontstond er nu ook een run op de Bocama-versterkers en een prijsstijging kon ook hier niet uitblijven. Nog steeds zie ik op bijvoorbeeld marktplaats.nl regelmatig een Bocama-staan voor acceptabel prijzen tussen de 200-400 gulden.


(Bijbehorende voeding)

De Bocama LA-224B revisited

Daarna werd het een tijdje stil. Tot Peter van Willenswaard in 1996 een artikel schreef onder de titel `De HF309 revisited`. Peter heeft in dat artikel geprobeerd al zijn kennis en inzichten die hij had opgedaan tijdens het repareren en beluisteren van honderden buizenversterkers te combineren in dit ontwerp. Bovendien had Peter door zijn werk voor DeJong-Systems een kijkje in de keuken gehad bij het (toen) succesvolle Audio Innovations. Peter vertrok vanuit de trafo van de 309 en een paartje EL84`s als eindbuizen. Hij probeerde schema zus en schema zo, component x en component y. Uiteindelijk eindigde hij met een schakeling die verdacht veel leek op de schakeling van Menno Spijker/l `Audiophile. Hij had het schema alleen wat vereenvoudigd. En verdomd: zowat alle Audio Innovations versterkers gebruikten dit schema. De AI500, de AI400, de AI300, de AI200, de First en de Second, ze waren allemaal herkenbaar vanuit deze opzet ontworpen. Zo wordt het wiel steeds opnieuw uitgevonden. Maar wat belangrijker is: er scheen zich een zekere consensus af te tekenen hoe je een simpel push-pull paartje eindbuizen (in dit geval EL84`s) gemakkelijk en goed kon aansturen. Peter maakte ook bij zijn keuze van onderdelen gebruik van zijn kennis van de Audio Innovations stal en uiteindelijk was zijn conclusie dat deze schakeling zeer muzikaal was en hem deed denken aan eerdere ervaringen met de multidollar Ongaku en andere single-ended triode-versterkers.

Ook dat is allemaal al weer wat jaartjes geleden. Maar toen ik op marktplaats.nl een Bocama-trafosetje geadverteerd zag staan (voor 150 gulden drie trafo`s) zag ik mijn kans schoon: de Bocama 224B revisited moest er komen. Inmiddels had ik ook goed naar het binnenwerk van een mij ter beschikking staande Audio Innovations 200 gekeken. Uiteindelijk ben ook ik na wat omzwervingen uitgekomen op een mix van Bocama, Van Willenswaard en Audio Innovations 200/400. Hier volgt het schema.


Eenvoudiger kan het eigenlijk niet. Ik noem als eigenschappen:

Een paraphase-fasedraaier en ingangstrap met ECC88. Een triode-geschakelde push-pull eindtrap met EL84`s en Bocama-trafo`s. Geen overall tegenkoppeling (dat kan als je de versterker in triode schakelt). Een buizenvoeding met de GZ34. Alle gloeidraden ouderwets op wisselspanning. Onderdelen gebaseerd op AI/PvW traditie: Jensen papier-in-olie koppel condensatoren, Beyschlag 1 Watt metaalfilm-weerstanden, Philips elco`s. Uitgangsvermogen: 4,5 Watt per kanaal (in triode-stand). Frequentiebereik: 13 Hz-43 kHz. Ruis en brom: 70 dB ten opzichte van 1 Watt. ECC88: gold-pin Philips SQ. EL84`s: onbekende Russische makelij (Sovtek werkt ook prima).

Ik moet natuurlijk ook iets over de klank en de bouwprijs zeggen. Om met het laatste te beginnen, het hele spul heeft me ongeveer 500 gulden gekost. Maar dat komt ook omdat ik her en der nog wat spulletjes had liggen. Het lijkt met dat voor 750 gulden en een hoop geduld en tijd iedereen dit resultaat moet kunnen reproduceren. De klank? Ik ben het met Peter van Willenswaard eens, dit doet inderdaad denken aan goede triode-versterkers. De klank zit ergens tussen de AI200 en The First van Audio Innovations in. Het klinkt als een (omstreden) cliché, maar een transistorversterker hoef je hier echt niet naast te zetten, dat heeft geen enkele zin. De belangrijkste verschillen met de AI200 zijn dat ik de eindbuizen in triode heb gezet, gebruik maak van olie-in-papier condensatoren en een buis in de voeding heb staan. De First is een echte triode-versterker (die gebruik maakt van push-pull 2A3`s) maar die heeft een complexere schakeling met meerdere versterkende trappen en mist bovendien een buizenvoeding. De AI200 klinkt wat dunner en blikkeriger dan deze 224B-revisited. De kwaliteit van de First wordt niet helemaal gehaald, die heeft nog meer autoriteit, een mooier midden en laag en vooral een groter ruimtebeeld. Ik heb het idee dat met een paartje EL84`s de grenzen wel zo`n beetje bereikt zijn, veel beter dan dit kan gewoon niet (maar: dat hebben er wel meer gezegd, gewoon blijven proberen). Van Peter van Willenswaard begrijp ik dat ook hij ten opzichte van zijn eerdere artikel de EL84`s inmiddels in triode heeft gezet en ook de tegenkoppeling heeft verwijderd. Daarmee zijn de schakelingen van Peter en mij identiek, zij het dat ik een ECC88 gebruik en Peter een ECC83 en we gebruik maken van andere uitgangstrafo`s (waarbij we denken dat de Philipsen het net zullen winnen van de Bocama`s).