Sony Bravia VPL-VW200


Garmt van der Zel | 29 mei 2008 | Fotografie Garmt van der Zel

Onderstaande recensie is geschreven door Garmt van der Zel en Bjorn Mateijsen van de firma Beter Beeld & Geluid in Hilversum, en is dus geen test van de HiFi.nl redactie. Voor zover wij kunnen beoordelen is deze test wel volledig onafhankelijk tot stand gekomen en mag u de conclusies uit deze test als objectief beschouwen (redactie HiFi.nl)

Is it a Space Ship? No, it’s a Sony!

Sony is in de professionele beeldwereld zo’n beetje een standaard als het gaat om gebruikte camera’s en broadcast monitoren. Maar ook in de consumentenwereld kun je niet om het merk heen. Zo waren de Trinitron beeldbuizen een absolute referentie voor velen en zijn ook de LCD-toestellen van nu marktleidend.

Op projectorgebied kwam Sony al meer dan 10 jaar geleden met de allereerste 16:9 projector: de VPL-VW400HQ. Hierna volgden vele modellen, zoals de VPL-VW10HT, 11HT en 12HT, allen gebaseerd op LCD-technologie.

Met de Qualia 004 introduceerde Sony een nieuwe technologie op projectorgebied voor het merk - SXRD (Silicon X-tal Reflective Display) - tezamen met een ‘full HD’ resolutie van 1920x1080 beeldpunten.

De Pearl en Ruby projectoren waren hier doorontwikkelingen van in een betaalbaardere klasse. Nu is er een nieuw model: de Sony Bravia VPL-VW200, een groots - zowel in prestaties als afmetingen - product dat moet wedijveren met het beste van het beste wat er op projectorgebied op dit moment op de markt is.

Uiterlijk en techniek

Zoals eerder gezegd, is de VPL-VW200 nogal fors van formaat. De afwerking bevindt zich echter op een erg hoog niveau: het toestel ziet er werkelijk chique uit. Bij het aanzetten van de projector blijkt deze bovendien fluisterstil te zijn (22 dB volgens opgaaf). Ook de iris-functie werkt volledig geruisloos.

De zoom en focus gaan elektrisch en de convergentie (het over het elkaar heen liggen van de 3 kleuren pixels) kan extreem nauwkeurig – zelfs in verschillende zones verdeeld over het scherm - worden bijgesteld. De verticale, met de afstandsbediening regelbare lens shift van 65% is ruim, maar er is geen horizontale lens shift, dus er moet bij het monteren goed op worden gelet of de projector goed in het midden voor het scherm hangt om onscherpte en trapeziumvervorming te voorkomen.

Wat betreft ingangen is de VW200 goed bedeeld met twee HDMI poorten en een VGA, Component, S-Video en composite ingang. Ook een netwerkaansluiting is aanwezig, waarmee de projector via een browser kan worden bediend, evenals een trigger en RS-232C poort.

De afstandsbediening is verlicht, net zo luxe afgewerkt als de projector zelf en met een groot bedieningsgemak. Verder een CD met extra software om de Gamma perfect af te kunnen stellen en een plug om het netsnoer aan de projector te borgen: een nuttige accessoire, omdat - zoals bij alle projectoren - plotselinge uitval zonder nakoelen ernstige beschadigingen kan veroorzaken. Een andere noviteit is ‘Motionflow’, bestaande uit de functies ‘Film Projection’ en ‘Motion Enhancer’. Door extra frames (beeldjes) te berekenen tussen de bestaande frames in, hoopt Sony de bewegingen in het beeld soepeler te laten verlopen. Meer hierover in de beeldtest.

Metingen

Om te weten te komen wat de projector technisch gezien in huis heeft, zijn er verschillende metingen uitgevoerd. Bron hierbij was een Sony Playstation 3 en het gebruikte scherm een Stewart Studiotek 1.3 vast frame-scherm in een volledig verduisterde ruimte. Begonnen werd met de lichtopbrengst, die 10,7 fL bedroeg. Na kalibratie (en het contrast op ‘Max’, wat bij deze projector geen zichtbare of meetbare fouten in het beeld oplevert), werd dit nog iets meer: 11,5 fL. Dit is ongeveer evenveel als een JVC DLA-HD100 onder dezelfde omstandigheden.

Volgende meting was van het contrast, zowel mét als zónder ingeschakelde iris. Hieronder een overzicht:

Iris instelling Vóór kalibratie Ná kalibratie
Iris Auto 1 36.452:1 45.749:1
Iris Auto 2 29.842:1 34.995:1
Iris Off 5.421:1 5.794:1
Iris Manual (50%) 6.421:1 6.878:1


De waardes zijn in absolute zin erg hoog en boven verwachting. Hier is goed te zien wat een iris kan doen voor de contrastverhouding. Deze zal de hoeveelheid licht knijpen bij een wat donkerder beeld en open gaan bij een licht beeld, om zodoende de contrastbeleving te verbeteren. Het ‘native’ contrast (dus zonder iris), is echter nog steeds indrukwekkend te noemen. Ten opzichte van de JVC projectoren die zonder iris werken, zijn deze ‘native’ waardes echter minder indrukwekkend. Laatstgenoemden halen makkelijk een contrast van 15.000:1 tot 30.000:1 zonder ‘trucs’. Dit blijft zo ongeacht de beeldinformatie, wat vooral in donkere scènes kan zorgen voor een dynamischer plaatje.

De projector is uitgerust met 4 gamma standen. Hieronder de metingen van deze gamma-standen:

Gamma Setting Gamma waarde
Gamma 1 1,93
Gamma 2 1,63
Gamma 3 2,32
Gamma off 2,12


Voor de beeldbeoordeling werd de setting ‘Gamma off’ genomen. Wordt er gekeken in een zeer goed verduisterde ruimte, voldoet ook de ‘Gamma 3’ setting. De standaard ingestelde ‘Gamma 1’ stand geeft in de meeste redelijk verduisterde ruimtes ook een prima resultaat.

De ‘gray scale’ van de projector was uit de doos (op stand ‘Middle’) zeer dicht bij het ideaal (recht, 6500K). Na een kalibratie was deze nog beter, maar de projector behoeft op dit punt eigenlijk amper correctie. Zo zien we het steeds vaker bij projectoren uit de wat hogere klasse. Mooi!

De lampen

Bij de meting van het kleurbereik van de projector werden we weer verrast: met ‘Color Space’ op de ‘Normal’ stand komen de primaire en secondaire kleuren zeer goed overeen met de HDTV standaard. In de ‘Wide’ stand zien we een kleurbereik dat vooral rood en groen oververzadigd doet overkomen.



Zo nauwkeurig als in de ‘Normal’ stand zien we het eigenlijk vrijwel nooit bij een projector. Dit zal zich in combinatie met een rechte gray scale vertalen in een mooi neutrale kleurweergave.

Ook belangrijk voor een rijk kleurenpalet is het spectrum van de gebruikte lamp. Deze dient geen voorkeur te hebben voor een van de primaire kleuren en liefst een zo recht mogelijk verloop hebben voor alle kleuren. De door Sony gebruikte Xenon lamp blijkt hier een uitblinker. Vergeleken met bijvoorbeeld UHP lampen is er een mooi recht verloop en een goed aandeel groen in het totale spectrum.


Sony Xenon lamp


UHP lamp

Subjectieve beeldbeoordeling

Al bij de eerste beelden uit de Sony PS3 wordt duidelijk dat de VW200 nieuwe maatstaven zet in zijn prijsklasse wat betreft scherpte. Het beeld is werkelijk gestoken en helder, zonder ook maar één moment hard over te komen. Sterker nog, het beeld heeft een heel filmische look. HD videobeelden van de Blu-Ray ‘Earth’ in 1080p resolutie komen extreem levensecht over. Ook filmbeelden in 1080p/24 bezitten een mooie dynamiek en de kleuren zijn zeer natuurlijk.

Vele verschillende blu-ray discs en DVD’s zijn bekeken, waarbij nauwlettend is gelet op het totale beeld. De Blu-Ray van de laatste Coen Brothers film ‘No Country for Old Men’ laat duidelijk zien hoe nauwlettend de produktie is geweest van deze film. De regie van de Coen Brothers is bitter, maar vanuit een fotografisch en cinematografisch standpunt is de film een absolute parel. De film heeft veel scènes waarbij schaduwdetaillering van groot belang is en de VW200 geeft dit op een prachtige manier weer. De doortekening van de donkerste gedeeltes is uitstekend: alle details, die bij vele projectoren in een grijze waas verdwijnen, blijven zichtbaar. Ook is het absolute zwartniveau erg goed: zwart is echt zwart. Wel is in nachtscènes te zien dat een projector als de JVC DLA-HD100 meer dynamiek behoudt, doordat deze niet hoeft te steunen op de hulp van een iris om het zwart echt zwart te laten overkomen.

De scherpte en met name ook de scherptediepte was de grootste verfijning die we hebben gezien t.o.v. de JVC DLA-HD100. De Carl Zeiss lens die wordt gebruikt in de VW200 zorgt voor veel realisme, waardoor scherptediepte duidelijk toeneemt en de filmbeleving meer 3D wordt.

Motion Enhancer

Bij inschakelen van de ‘Motion Enhancer’ is te zien dat vooral bij ‘pans’ een bepaalde onscherpte en schokkerigheid plaatsmaakt voor haarscherpe contouren en heel vloeiende bewegingen. In de ‘High’ stand zijn echter foutjes te zien, die zich bij snel bewegende objecten vertalen in een bepaalde grofheid/blokkerigheid. In de ‘Low’ stand wordt dit minder zichtbaar, maar zijn de pans nog steeds duidelijk scherper. Bij het kijken naar filmmateriaal vallen de negatieve effecten minder op dan bij videomateriaal en biedt de Motion Enhancer tezamen met liefst een 1080p/24 Blu-Ray zeer vloeiende bewegingen.



Veelal is gekeken met de Color Space op ‘Normal’. Dit geeft een perfect gesatureerde beeldindruk, zonder overgesatureerd over te komen. Wordt er overgeschakeld naar de ‘Wide’ stand, worden groen en rood overdreven fel weergegeven. Het hangt echter van de film af of dit storend wordt ervaren of niet. Onze keuze viel over het algemeen op de ‘Normal’ stand.

Al met al een beeld waar bitter weinig kritiek op is te leveren, zelfs voor kritische kijkers zoals wij.

Conclusie

Sony heeft met de VPL-VW200 een topproduct afgeleverd. De toegegeven hoge prijs (10.912,30 euro incl. BTW) wordt echter wel deels waargemaakt. De projector werkt probleemloos, is zeer fraai afgewerkt, bedient prettig en heeft een beeld om te smullen, zelfs voor de meest verwende kijker. Eigenlijk is het enige nadeel dat wij kunnen verzinnen de matige lichtopbrengst.

Zolang er niet extreem grote schermen worden gebruikt, is het beeld echter absoluut dynamisch, natuurlijk en scherp, met een extreem hoog contrast en een zeer goede kleurweergave. De concurrentie in de vorm van de JVC projector DLA-HD100, die 6999 euro kost, is echter moordend.


Prijs:
VPL-VW200: 9170 euro (ex. BTW)