Review: ELAC EA101EQ-G


Jamie Biesemans | 01 oktober 2017 | Fotografie Redactie Hifi.nl | Elac

SAMENVATTING

De Element is een versterker die zich niet laat vatten in één woord. Moet het toch echt? Dan wordt het ‘innovatief’. Klankmatig is de Element vrij neutraal, en ondanks zijn kleine formaat goed in staat om ook grotere of ongevoelige speakers aan te sturen.

PLUSPUNTEN

  • Zeer flexibel inzetbaar
  • Handige kleine functies
  • AutoEQ
  • Uitstekende app
  • Bluetooth met aptX
  • Ook prima tv-geluidoplossing

MINPUNTEN

  • Beetje een love it or hate-design
  • AutoBlend levert niet altijd een consequent resultaat op
  • Geen phono-ingang
  • Chromecast was een mooie geweest

Je zou de Elac EA101EQ-G heel snel kunnen omschrijven als ‘een betaalbare geïntegreerde versterker’. Maar daarmee zou je dit toestel met heel wat ongewone eigenschappen toch wel tekort doen.

Bij ELAC is er al een tijdje sprake van een heuse revival. De Duitsers uit Kiel draaien al lange tijd mee in de hifi-wereld – 90 jaar of zo – maar waren de voorbije decennia vooral bezig met luidsprekers. Daar zitten heel mooie dingen bij, onder andere gebouwd rond de JET-tweeter. Het is de recente opening van een Amerikaans filiaal en de aanwerving van Andrew Jones (de audiogoeroe van TAD en Pioneer eertijds) die nu voor een nieuwe impuls zorgt.

Geleidelijk aan worden weer productsegmenten opgezocht die het al lang had verlaten. En met een zeker succes, zoals de EISA Award voor beste draaitafel en de vele lovende reviews voor de Miracord 90-draaitafel aantonen. En nu is er ook de ELAC EA101EQ-G (voorheen: Element), de eerste versterker in lange tijd bij het Duitse merk. Net zoals bij de Debut- en Uni-Fi-speakers wordt er voor de eerste stappen in versterking eerder top-up dan top-down gewerkt.

De EA101EQ-G is daarom een betaalbare versterker die door zijn compacte bouw subtiel in een interieur kan geplaatst worden. Bovendien bezit het een aantal functies dat vrij uniek is aan dit prijspunt. Zo kun je de EA101EQ-G vlot inzetten voor tv-geluid. Dit alles maakt de ELAC een vrij aparte versterker, die misschien wel muziekliefhebbers kan overtuigen die anders weg zouden blijven van een losse versterker met speakers.

Compact en modern

Dat de EA101EQ-G anders is wordt al meteen duidelijk gemaakt door het design. Het toestel oogt heel compact, al komt dat vooral door de bescheiden hoogte en breedte. Het toestel blijft min of meer even diep als een typisch hifi-component. Maar toch, de afmetingen laten toe om het onopvallend in een tv-meubel te verwerken.

Visueel krijgt de EA101EQ-G zijn uitstraling van de blinkend metalen voorkant die afgerond naar de zijkanten vloeit. Het oogt zeker niet goedkoop, integendeel, maar we vermoeden wel dat veel mensen verdeeld zullen reageren op het design. Het is zeker niet klassiek hifi, maar ook niet echt verfijnd. Aan de voorkant vind je een grote metalen volumeknop, een hoofdtelefooningang en twee (overdreven) grote knoppen: aan/uit en de ingangselectie. Daartussen zit een kleine display waarop je de naam van de geselecteerde ingang ziet verschijnen. Handig, maar nog praktischer is dat je via een app die naam kunt aanpassen. ‘Digital 1’ aanpassen naar ‘Chromecast’ bijvoorbeeld, is een nuttig iets. Het is meteen een van de eerste unieke eigenschappen van de EA101EQ-G die we in deze test tegenkomen. Maar er zijn er nog meer.

De bovenkant is merkwaardig genoeg bekleed in een soort rubber. Een vreemde keuze qua koeling (maar er zijn ventilatieroosters aan de zijkant). Misschien dacht ELAC aan mensen die hun smartphone of afstandsbedieningen op de versterker zouden leggen.

Aansluitingen

Ondanks het compacte formaat heeft ELAC heel wat aansluitingen aan de achterzijde geplaatst: twee analoge cinch-ingangen, twee optische digitale ingangen, één coax in, een USB klasse B-ingang (voor de DAC-functie voor een pc, PCM tot 192 KHz / 24-bit is welkom), een sub-uitgang, terminals voor één paar luidsprekers en dan nog een USB-poortje voor firmware-updates. Oh ja, en natuurlijk de stroomaansluiting. De poorten staan dicht op elkaar en als je echt alle aansluitingen zou gebruiken, wordt het wel wat lastiger om kabels in te steken. Maar het gaat wel. Voorgaande lijstje maakt wel duidelijk dat de EA101EQ-G heel breed kan worden ingezet – en dan is de opsomming nog niet compleet. Je kunt ook streamen via Bluetooth (aptX wordt ondersteund) én de EA101EQ-G kan Dolby Digital-streams verwerken.

Kortom, dit compact ding kan je nagenoeg voor elke audiotoepassing inzetten. Hi-res-muziek beluisteren vanaf je pc, analoog of digitaal van een hifi-component (zoals een cd-speler) en/of als oplossing voor beter tv-geluid, allemaal geen probleem. Kon het nog completer? Tja, een moderne geïntegreerde versterker dat mikt op een breed publiek moet volgens ons een phono-ingang bezitten. Dat kun je in dit geval opvangen met een phono-preamp. Duur hoeft dat niet te zijn. Rega, Pro-Ject, NAD en Arcam hebben betaalbare kastjes, om maar enkele namen te noemen. Maar wie een alles-in-één-oplossing zoekt, wil misschien niet zo graag nog een extra doosje aan de opstelling toevoegen. ELAC heeft wellicht wel redenen om het niet te doen. Mogelijk was een phono-preamp niet meer te integreren in de overvolle Element en zou het prijskaartje er door gestegen zijn.

Het was ook mooi geweest als de klasse A USB-poort voor updates iets meer stroom leverde. Dan kon je een Chromecast Audio direct van stroom voorzien. Een dealbreaker is dit natuurlijk niet.

Interessant voor tv

Dat de EA101EQ-G wel eens voor tv-audio ingezet zou worden blijkt niet enkel uit de Dolby Digital-ondersteuning. Aansluiten op een televisie zou je wellicht via een optische kabel doen. Maar deze levert een fixed-level signaal, zodat je met het kastje van de tv geen volume meer kunt regelen. Omdat meer remotes op de koffietafel niemand gelukkig maakt, heeft ELAC een leerfunctie voorzien zodat je de versterker kunt bedienen met knoppen van je tv-afstandsbediening. Een slimme zet van ELAC is dat je elke functie kunt verbinden met een knop, niet enkel de power-toets en de volumeregeling. Je kan op je tv-kastje bijvoorbeeld een knopje toewijzen aan het selecteren van de optische ingang die gekoppeld is aan je televisie, handig als je daarvoor via een andere ingang luisterde.

De EA101EQ-G heeft geen HDMI-ingangen of aansluitingen voor surroundspeakers. Een AV-receiver mag je het niet noemen. Tegelijkertijd biedt het wel een mooi alternatief, niet voor videobronnen (maar die kun je ook rechtstreeks op je tv aansluiten) maar wel om met één toestel alle audiowensen te vervullen. Je tv-geluid via een paar losse stereospeakers sturen is sowieso al een hele upgrade, ook ten opzichte van heel wat gelijkgeprijsde soundbars. En je kunt bij de EA101EQ-G een subwoofer toevoegen, wat voor films nog relevanter is dan bij muziek.

Hier komen we bij wellicht het meest unieke aan deze versterker. Waar wel meer stereoversterkers een sub-out bieden, gaat ELAC veel verder. Dit toestel is echt wel ontworpen om een 2.1-opstelling goed te laten klinken, zoals je merkt als je de bijhorende (en bijzonder onsexy genaamde) EA101EQ-G-app opent. Er is overigens ook een slanke remote meegeleverd.

Does it blend?

Subwoofers zomaar in een kamer plaatsen is zelden een goed idee. Omdat ze krachtig in lage frequenties duiken, veroorzaken ze snel akoestische problemen. Zeker als de plaatsing niet optimaal is, en dat is vaak in een doorsnee woonkamer het geval. Dit kan de luisterervaring zo aantasten dat het niet meer leuk wordt. Daar komt bij dat het integreren van een subwoofer met speakers iets meer kennis vraagt. Vooral bij het luisteren naar muziek wil je niet dat de subwoofer slecht afgestemd is op de stereospeakers, bijvoorbeeld door een faseprobleem of een te hoog ingestelde low-passfilter. Langs de andere kant kun je door een subwoofer te combineren met kleinere boekenplankspeakers een mooier en voller eindresultaat krijgen.

Om die valkuilen uit de weg te gaan, heeft ELAC de EA101EQ-G uitgerust met twee interessante DSP-functies: AutoBlend en AutoEQ. Het eerste gebruik je enkel als je een subwoofer inzet. Het zorgt er voor dat je luidsprekers zo naadloos mogelijk samenwerken met de sub. AutoEQ is een vorm van kamercorrectie die je altijd kunt gebruiken, ook als je enkel voor twee luidsprekers opteert.

Over kamermetingen en corrigerende software kun je een boek schrijven. We bekeken bijvoorbeeld onlangs het geavanceerde Dirac-systeem. Maar de EA101EQ-G is niet bedoeld voor mensen die met losse meetmicrofoons meerdere metingen doorheen de luisterruimte maken. AutoEQ en AutoBlend doen hun metingen via de microfoon van je smartphone en tablet. Dat impliceert dat er wordt gemikt op een ‘good enough’-resultaat. Kamereffecten worden vastgesteld aan de hand van het verschil tussen de near-field meting en die op de luisterpositie.

Er zijn daarbij zeker bedenkingen mogelijk, want de microfoons in mobiele toestellen zijn niet altijd full-range en de kwaliteit wisselt sterk van merk tot merk. Andere audiofabrikanten met gelijkaardige functies, zoals Sonos met Trueplay, werken daarom enkel met Apple-toestellen. Apple is immers is heel consistent en de karakteristieken van de iPhone-microfoons zijn bekend. De ELAC-app werkt echter met eender welke Android- of iOS-toestel. Dit is allemaal niet acceptabel als je streeft naar een ultieme accurate weergave, maar dan mis je het punt wel een beetje. Streven naar een ‘good enough’-resultaat zal bij mensen die anders helemaal geen kamercorrectie zouden uitvoeren – wegens te duur, te complex – toch al wat problemen oplossen.

Handige app

De EA101EQ-app mag geen coole naam dragen, het zit wel redelijk goed in elkaar. Het verbindt over Bluetooth met de EA101EQ-G, aangezien de versterker geen netwerkverbinding bezit. In het hoofdscherm bedien je het volume en – ongewoner - kun je per ingang een offset-volume instellen. Kan handig zijn als je bronnen hebt met sterk verschillende uitgangsniveaus.

De verschillende ingangen zitten in een balkje bovenaan. Door te swipen en te tikken wissel je naar de gewenste bron. Tik je op het tandwiel-icoon om de instellingen te openen, dan vind je hier meer mogelijkheden dan je zou verwachten. Dat je de namen van de invoeren kunt aanpassen, hadden we al vermeld. Naamsveranderingen worden onmiddellijk doorgevoerd op het scherm van de EA101EQ-G en in de app. Andere instellingen laten toe om zaken als de balance, schermhelderheid en dergelijke te veranderen. Je vindt in het lijstje ook aan/uit-knoppen voor AutoBlend en AutoEQ, handig om een vergelijking te maken. Je gaat dat zeker willen doen.

AutoBlend en AutoEQ vereisen een aantal metingen. Je doorloopt daarvoor een stappenplan dat helder wordt uitgelegd in de app. Moeilijk is het niet. Eerst de telefoon dicht bij een speaker houden en testtonen afspelen, dan hetzelfde doen in de luisterpositie. Heb je een subwoofer, dan duurt het langer omdat er in de zetel aanzienlijk meer testtonen moeten aanhoord worden.

Wat we spijtig vinden is dat je enkel net na de meting de grafieken te zien krijgt van wat er gemeten en aangepast wordt. Het was leuk geweest als je de resultaten later nog kon bekijken. Achteraf zelfs wat aanpassingen uitvoeren hadden we ook fijn gevonden. Misschien komt dat via in een app-update.

Testen

Onze test van de EA101EQ-G verliep in twee fases. Voor de zomer gingen we aan de slag met de versterker verbonden met een paar Rubicon 6-speakers van Dali, recent gingen we opnieuw aan de slag met een set Opticon LCR’s aan de muur gemonteerd en een Monitor Audio Silver W12 als subwoofer (zonder de ingebouwde kamercorrectie van de W12 ingeschakeld, met de EQ Profile 2 Music). Ten slotte stoften we nog een set Boston M25-boekenplankspeakers af om de impact van de AutoBlend-functie nog eens goed te beluisteren.

De EA101EQ-G bevat een BASH-versterker, een techniek die we vooral kennen van subwoofers en in-car. Je kunt het zien als een hybridevorm van klasse AB waarbij de voeding geschakeld is als klasse D. Hierdoor is het efficiënt, wat ook de reden is waarom BASH vaak opdook bij subs met hoge vermogens en in-carversterkers die voor een hoog rendement gaan. De EA101EQ-G is geen superkrachtige versterker. Bij 8 ohm speakers kun je rekenen op 2 x 40 watt, bij 4 ohm op 2 x 80 watt. Dat zou voldoende moeten zijn voor de meeste luidsprekers in een redelijke kamer.

De reden dat we met de EA101EQ-G ook wat meer speakers uitgeprobeerd hebben, heeft vooral te maken met de AutoBlend-functie. Uiteindelijk zullen we ongeveer tien keer gemeten hebben. Algemeen genomen leverde AutoBlend een relatief goede integratie tussen de sub en speakers. Na één meting hoorden we wel een ‘gat’ was tussen waar de speakers stopten en de subwoofer begon, maar bij een tweede poging met dezelfde opstelling was het resultaat beter. De app consequent de neiging om na een meting het sub-volume naar het absolute minimum te brengen (-12). En dat was toch veel te laag. Naar persoonlijke smaak regelden we de sub daarna meestal rond -4 of -3 af.

Muziek

Bij het afspelen van bijvoorbeeld ‘Cross Bones Style’ van Cat Power, maar ook elektronische albums zoals ‘Twentyears’ van Air en ‘Music has the Right to Children’ van Boards of Canada, was het verschil met AutoBlend aan of uit zeer merkbaar. Bassen werden minder ‘booming’ en nagalmend. Veelal waren we vaker onder de indruk van de AutoEQ-functie, in het bijzonder bij de Bostons. Zo was de klank bij Becks ‘Guero’-album veel nasaler met AutoEQ uitgeschakeld. Dan liever met de functie ingeschakeld.

Een veel vollere klank ervoeren we ook bij de ‘Festival Overture on the Danish National Hymn’, in de uitvoering van Gergiev en het Mariinsky Orchestra. Dat was zeker het geval als we bij dit bombastische werk het volume stevig opdraaiden. Het evenwicht tussen speakers en subwoofer werd dan ook stukken beter. In de luisterruimte is er een probleem met een piekend basfrequentie rond 70 Hz, dat bleek ook uit eerdere metingen. AutoEQ identificeerde dat probleem goed en compenseerde het vrij effectief.

Kortom, AutoBlend en AutoEQ kunnen echt een verbetering opleveren – maar succes is niet altijd 100 procent gegarandeerd en de meting lijkt wel vrij gevoelig aan hoe je het uitvoert. We beseffen dat het niet past bij het doelpubliek, maar er waren momenten waarop we graag die DSP-functies zelf wat getweakt hadden.

Luisterend naar al die muziek, met allerlei DSP-bewerkingen er bovenop, is het uitdagend om een ‘karakter’ toe te schrijven aan de Element. Het is niet echt een warme versterker die veel kleuring toevoegt, maar eerder te omschrijven als relatief neutraal. Op zich een positieve eigenschap, want zo laat je jouw luidsprekers hun stem goed weergeven. Al vroegen we ons soms niet af of die voicing niet door AutoEQ wat werd aangetast. 

Conclusie

Zoals we al in de inleiding aangeven is de EA101EQ-G een versterker die zich niet laat vatten in één woord. Moet het toch echt? Dan wordt het ‘innovatief’. De AutoBlend- en AutoEQ-functies zijn slimme toevoegingen die er voor zorgen dat je met deze versterker in jouw woonkamer potentieel een beter klank kunt krijgen. We vonden zelf dat deze functie meestal redelijk goed werkte, soms schakelden we het toch liever uit. Maar toch, de kamer/subcorrectie en nog andere functies geven aan dat ELAC goed heeft nagedacht over hoe een versterker tegenwoordig zou worden ingezet.

Er zijn wel meer nieuwe betaalbare versterkers waarvan gesteld wordt dat je ze met de tv kunt koppelen. Maar de EA101EQ-G gaat op dit vlak veel verder, ook qua gebruiksvriendelijkheid. Op vlak van features zouden ingebouwde Chromecast en een phono-ingang de EA101EQ-G helemaal compleet hebben gemaakt, maar er zijn oplossingen om die (eventuele) tekortkomingen aan te pakken. Klankmatig is de EA101EQ-G vrij neutraal, en ondanks zijn kleine formaat goed in staat om ook grotere of ongevoelige speakers aan te sturen. 

ELAC EA101EQ-G Element
€ 699 euro www.servi-q.nl
Beoordeling 4,5 op 5