Pioneer in Hifi


Eric de Boer | 23 mei 2007 | Fotografie Eric de Boer | Pioneer

Oude tijden herleven

Pioneer Versterkers A-A6-J en A-A9-J en Super Audio CD-speler PD-D6-J

Al sinds het begin van de reproductie van muziek zijn er een aantal spelers op de markt geweest die zich op de grote consumentenmarkt richtten. Vele merken –vaak van Aziatische afkomst- zagen brood in het ontwikkelen en produceren van hifi apparatuur van diverse kwaliteiten, in vele prijsklassen en afwerkingen. Eén van die spelers is Pioneer, een merk met een grote wereldwijde naamsbekendheid.

Vele producenten van hifi hebben de afgelopen jaren gemerkt dat er reeds verzadiging heerst op de home cinema markt. De afzet van de bekende home theatersetjes loopt weliswaar gestaag door, maar is al meer een vervangingsmarkt geworden. Zoals ik al eerder heb vermeld op deze website, maakt “gewone” stereo hifi een heuse comeback. Dus waarom zouden de “grote” merken daar niet op inspelen? Verkoop blijft per slot van rekening commercieel en wat de klant vraagt wordt hem waar mogelijk ook niet ontzegd. Dus is het logisch dat Pioneer na jaren in de onderklasse van stereo te hebben bediend een hogere kwaliteit aanbiedt tegen concurrerende prijzen. Waarvan akte, de importeur heeft me voorzien van een nieuwe line up van Pioneer: de Pure Stereo Line.


High End USB?

De bezetting van deze hogere klasse stereo apparatuur van Pioneer bestaat uit een drietal apparaten. Als eerste een sacd speler, de PD-D6-j. Mooi van vorm met een simpel front met een mooie curve, het loopwerk rechts en verder een stevige indruk. De speler is aan de achterzijde voorzien van twee digitale uitgangen voor gebruikers van een externe dac, een analoge aansluiting voor tulpstekkers en een euro av netsnoer aansluiting. Een eventuele koper kan dus nog altijd kiezen voor upgrades aan netkabels. Intern maakt Pioneer gebruik van een “Quick response” voedingscirquit om alle stroom zo snel mogelijk te geleiden, maar dan zonder “feedback” wat resulteert in een schoner geluid. Een hoogwaardige klok en een dubbele Burr Brown digitaal- analoogomzetter zorgen voor een minimum aan jitter en een groot dynamisch bereik. De speler kan dan ook bij sacd weergave frequenties leveren tot 50 kHz (!) De signaal- ruisverhouding ligt bij cd op 118 dB en bij sacd op 110 dB. Verder heeft de speler de mogelijkheid om het display en de digitale uitgangen uit te schakelen, Pioneer noemt dit Pure Audio. Vermeldenswaardig is de functie om “Legato Link” in te schakelen, hiermee activeert de luisteraar een chip die omrekent welke signalen boven 20 kHz er tijdens het digitale opnameproces verloren zijn gegaan en zet dit weer om zodat de ontbrekende dynamiek bij hoge frequenties hersteld worden en ieder detail van de oorspronkelijke uitvoering volledig tot zijn recht komt. Wees gerust, beste lezer, boven 20 kHz horen u en ik écht niets meer, maar ervaren de uitwerking hiervan als een grotere stage en meer spreiding.

De twee versterkers zien er op het eerste gezicht gelijk uit, al valt de A-A9-J op door een klein beetje meer hoogte. De versterkers hebben een symmetrisch gescheiden opbouw en zijn voorzien van een certificering van de Air Studio’s uit de Verenigde Staten. Het gewicht ligt op 10 kilo voor de A-A6-J, de A9 is anderhalve kilo zwaarder. Beide versterkers hebben net als het loopwerk de mogelijkheid om het display uit te zetten en te dimmen, evenals een direct schakelaar. Alle toonregelingen en het display worden dan gedeactiveerd om de bron zo zuiver mogelijk weer te geven. Er zijn vier normale tulpingangen, een phono-aansluiting een hoofdtelefoon aansluiting en een netvoedingskabel aansluiting aanwezig, die overigens in prima standaard vorm worden meegeleverd door de fabrikant. Aan de achterkant van de A9 valt wel meteen op dat er gebruik is gemaakt van veel steviger en hoogwaardiger luidspreker aansluitingen. Tevens heeft de A9 een schakelaar om de ingebouwde phonovoortrap de mogelijkheid te geven om ook MC elementen te versterken, de A6 moet het met MM/ MD elementen doen. Maar wat je niet direct zou verwachten op een wat mooier opgebouwde versterker is een USB-aansluiting. Het gaat hier wel om de USB-B aansluiting, wat inhoudt dat alleen de PC of notebook kan worden verbonden met de A9. Niet erg audiofiel, hoor ik u denken? Mis! Voor díegenen die wel gecomprimeerd willen luisteren heeft Pioneer deze versterker voorzien van een zogeheten Sound Retriever Analogue, een chip die erg digitaal en gecomprimeerd klinkend geluid weer tracht op te halen naar normale kwaliteiten. Verder heeft de A9 met twee keer 55 Watt bij 8 Ohm zo’n tien Watt’s meer dan de A6, een toroïdaaltransformer, een extra rigide basisplaat onder de versterker, een extra uitgang voor bezitters van een eindversterker en niet te vergeten een motorgestuurde volumeknop om de tachtig procent hogere aanschafprijs meer dan goed te maken. Alle componenten worden geleverd met een fraaie, platte afstandsbediening.

Wisselen

Ik laat de beide versterkers na binnenkomst een kleine week inspelen en geef de cd speler ook genoeg software te eten voordat ik echt ga luisteren. Uiteindelijk staat de set aangesloten op mijn Monitor Audio Monitor 3 speakers met een Weber & Maurer LS-01 speakerkabel met banaanstekkers, hun eigen voedingskabels op een met Kemp gefilterd stekkerblok en onderling verbonden middels een AudioSelectief L100 cinchkabel. De A9 krijgt ook nog eens een directe verbinding met mijn Bluenote Piccolo met de B5 arm en mijn Goldring Eroica LX MC-element. Ik hou me aan een vast schema van wisselen van de luidsprekerkabel en interlink en zorg dat beide volumes gelijk staan. Na ieder nummer zal ik dan ruilen en dezelfde track nogmaals afspelen om een zo direct mogelijk vergelijk te kunnen leveren. Voor de verdere hardware verwijs ik u naar de laatste pagina van deze recensie.

Als eerste verdwijnt de cd “Peace… back by populair demand” van Keb’ Mo’ in de lade van de D6. Gespeeld wordt de Buffalo Springfield cover For what it’s worth. De A6 heeft de aftrap en toont een volwassen sound. De zang blijft midden tussen de luidsprekers hangen en lijkt zelfs af en toe iets achter de speakers te staan. Waar het de muziek een fijne ritmiek vertoont, bemerk ik wel dat het laag wat rommelig en druk wordt gepresenteerd en er wel stage is, maar diepte minder. Ook het hoog klinkt wat minder gedefinieerd dan ik gewend ben. Nu zijn mijn speakers niet zo heel erg makkelijk aan te sturen en vragen nogal wat stroom van de eindversterkers, dus ik zet de direct schakelaar aan en merk een tikje meer rust in het geluidsbeeld. Meer verschil maakt de cd-speler met de functie Legato en Pure Audio samen aan, er is duidelijk sprake van een verfijning in het hoog. De A9 laat dit een stuk beter horen, er is sprake van diepte en breedte, naast grip op mijn speakers. Dit resulteert in een stemgeluid dat verder naar de luisteraar toekomt en een verfijning in het geluidsbeeld wat rust met zich meebrengt en dus de kans op luistermoeheid erg vermindert. Ook de bassen en het middengebied wordt veel mooier vertolkt.

Terwijl buiten de zon voor deze tijd van het jaar veel warmte afgeeft, krijg ik binnen ook zin in de zomer! Wie ondersteunt dit beter dan de Braziliaanse schone Bebel Gilberto? Tijd om het jongste album in de lade te leggen en te genieten van haar zwoele stemgeluid. De titelsong Momento krijgt met de A9 veel warmte mee, een wederom breed geluidsbeeld spreid zich voor en naast me uit. De gebruikte gitaren tokkelen duidelijk met Bebel mee, maar staan volledig op zichzelf. De gehele muzikale compositie klopt als een bus en hoewel ik me haar stemgeluid iets minder warm kan herinneren is het geheel meer dan prettig om te beluisteren. Overschakelen, dan maar. Wat een verschil! De A6 geeft een wat holler en platter geluid dan zijn grotere broer, met wederom het eerdergenoemde rommelige laag. Daarbij blijft de muziek nogal kleven aan de speakers en mis ik de homogeniteit in het geluid. Ik vermoed dat de match met mijn speakers minder is, hoewel de Europese website van Pioneer toch meldt dat vrijwel iedere speaker kan worden aangestuurd. Dit geeft maar weer eens aan dat het belangrijk is om goed te luisteren naar een component voordat u hem aanschaft!

Door met de muziek; het beroemde Take Five van de cd “Time Out” van het legandarische Dave Brubeck Quartet is zo’n nummer waar je soms ineens zin in krijgt. Langzaam opzwepend en heerlijk saxofoonspel, ondersteund door piano en bas met een drumsolo om de vingers bij af te likken. Dynamiek in een vijfkwartsmaat. Het pianospel is duidelijk plaatsbaar en “hangt” iets om de speakers heen, evenals de bas. De saxen staan helder naar voren en neigen iets naar de linkerzijde van het midden, helder omgeven door zwevende hi-hats. De drumsolo staat bol van dynamiek en snelheid en is een genot om naar te luisteren over de A9. Weer ietsje kleuring in het middengebied, wat op zich als prettig ervaren kan worden. Ik schakel terug naar de A6 en hoor genoeg. Met andere woorden, ik laat de A9 maar aangesloten staan. Niet dat de A6 nu vervelend klinkt, maar de match van mijn weergevers met de A9 is zoveel beter dat ik de A6 geen recht aan zou doen.

Als laatste het melancholieke Bløf met De mooiste verliezers van de sacd “Omarm”. Het inlezen van sacd duurt bij de D6 langer dan bij mijn eigen loopwerk, en geeft ook meer lawaai tijdens het uitlezen van de media. De super audio laag van het zilveren schijfje is er één die in mijn optiek onderschat wordt als medium, dus hiervoor hulde aan de designers van Pioneer. Het toestel heeft een erg goede dac voor zijn prijsklasse en komt gooit aardig richting het geluid van mijn eigen DVD 2900 multispeler. De stem van zanger Paskal Jakobsen heeft dat karakteristieke geluid dat de band zoveel bekendheid heeft gegeven en als verderop in de track de gitaren losbarsten, is het een feest voor het oor. Het was me al eerder opgevallen dat de versterker erg goed te combineren valt met onder andere rockmuziek. Ik leg de pen weg, pak een koud glas bier en trakteer mezelf de rest van de middag op een mix van Anathema, Pearl Jam, Rammstein en ga zo maar door.

Het oordeel

Pioneer had vroeger een vrij hoge reputatie op het gebied van (high-end) audio, en hoewel de aureool boven het hoofd nog lang niet in ere hersteld zal zijn, doen ze met deze drie componenten een hele aardige gooi. Alle drie, spelend in hun eigen klasse, waarbij de PD-D6-J speler toch wel erg goed naar voren komt. Wie een stel makkelijk aan te sturen speakers heeft en een redelijk goedkope versterker zoekt, zal met de A-A6-J goed uit de voeten kunnen komen.

Mijn voorkeur gaat uit naar zijn grotere broer, al was het alleen al om het feit dat de afwerking een stuk beter is en er een MC compatibele phono voortrap in zit. Pioneer is in stereo in ieder geval het luisteren weer waard, en speelt goed in op de markt. Het uiterlijk valt bij mij ook in de smaak, evenals de goede afwerking.
Luistertip!


Aanvullende informatie:
www.pioneer.nl

Prijzen:
Pioneer A-A6-J:   499 euro
Pioneer A-A9-J:   899 euro
Pioneer PD-D6-J:  499euro

 

Gebruikte Hardware:

Analoog

Bluenote Piccolo mkII Bluenote B5 mkII Titanium arm Goldring Eroica LX Moving Coil element Bluenote Phono1 mkII

Digitaal

Denon DCD725 cd-loopwerk Pioneer PD-D6-J multispeler Denon DVD2900 DVD-Video/ Audio/ SaCD loopwerk Sony RDR-GX3s Dvd-recorder Samsung DCB-9401R DVB-tuner

Versterker

Denon AVR-3803 Pioneer A-A6-J en A-A9-J Rotel RB-1070

Luidsprekers

Monitor Audio Monitor3 Rosewood afgevuld met loden korrels (voorluidsprekers) Monitor Audio Monitor3 Cherrywood (achterluidsprekers) Infinity HCS-center (centerluidspreker)

Subwoofer

JBL LX-2000 subwoofer

Stroom, kabels en accessoires

Kemp Power Source netfilter DIY stekkerblok Audio Selectief L100, Monster M-850i, M-600 en ProfiGold PGV Interlinks Qed Sub-cable Weber und Maurer LS-01, Qed en Tasker luidsprekerkabels Vibrapods, Masterbase en Nutters Audio dempers/schotels DIY “Vlechtsneek” stroomkabel Empire meubel