Yarland FV34BSA versterker


René van Es | 03 september 2009 | Fotografie René van Es | Yarland

Op de dag dat mijn drie weken vakantiewerk mij 165 gulden had opgeleverd, Anno Domini 1968, reed mijn vader mij naar RTV Kontakt in de Wagenstraat te Den Haag. Ik kocht van mijn geld (in een slagerij van Simon de Wit verdiend) een Kontakt KT-7 buizenversterker, waar ik jaren mee zou doen. De meest luxe versterker die ik in die tijd kon verzinnen en betalen, met gescheiden toonregelingen, gescheiden volumeregelingen, bijna dubbel mono uitgevoerd. Hij leverde 2 x 7 Watt als ik mij dat goed herinner.

Ik ben geen rekenwonder of bankier, maar zo op de gok durf ik het wel aan om de 165 gulden van 1968 te vergelijken met 499 Euro in 2009. Waarbij ik de Yarland FV34BSA buizenversterker in het huidige tijdskader plaats als een begeerlijk apparaat voor een instapprijs. Zou ik opnieuw 15 jaar zijn, dan stond ik mij vast voor een etalage aan de Yarland te vergapen.

Inmiddels ben ik “wat ouder” en heel wat versterkers verder, maar toch kan een eenvoudig product mij nog steeds bekoren als de prijs en kwaliteit maar goed zijn.

Eerst muziek

De eerste de beste cd voldoet om een apparaat in te spelen. In dit geval gaat het om een Roksan Kandy K2 cd-speler, die deze week binnenkwam en direct is aangesloten op de onderhanden Yarland versterker. Met als gevolg dat ik van een verzamel cd als eerste wordt getrakteerd op Lisa Stansfield, daarna Beverly Craven en nu Cathy Dennis met To Many Walls. Niet bepaald hoogstaande opnames die hier geperst staan. Het leuke is, dat de Yarland dat ook volledig laat horen. Net als het verschil tussen de Roksan cd-speler en mijn eigen PrimaLuna PL8. Na aardig wat heen en weer geluister besluit ik dat de PrimaLuna net wat prettiger weergeeft aan de Yarland, waarmee het pleit is beslecht. Met de set zoals die nu speelt, ga ik verder. Met als luidsprekers mijn onvolprezen Ruark Sabre III monitors. Die laatste zijn wellicht de meest constante factor geworden in huis. Passen erg goed bij de Yarland, zelfs in uiterlijk vormen ze een aardige eenheid met de houten ornamentjes van de FV34BSA versterker.

Echt mooi werk

De verzamelaar gaat snel terzijde en een echt mooi werk draait ervoor in de plaats. The Weavers met hun Reunion At Carnegie Hall – 1963. Die opname toont aan, waarom de Yarland de afgelopen weken uitstekend is bevallen. Mooi breed stereobeeld, waarin goed te horen is dat de technicus destijds drie microfoons heeft gebruikt. Achter de zangers zingt de zaal uit volle borst mee. Stemmen zijn volop gedefinieerd en staan stevig op hun plaats. De klankkleur van de Yarland is niet geheel neutraal, maar als er kleuring te horen is, dan is die absoluut niet storend te noemen. Slechts af en toe een tikje te enthousiast in het middengebied, wat trouwens een eigenschap is van een EL34 buis. Het fundament gaat dieper dan ik verwachtte voor deze aanschafprijs. De weergave van de hoge tonen is rustig.

Wordt de muziek erg druk, dan heeft de Yarland het lastiger, neemt de scheiding tussen stem en instrument af, maar blijft de weergave zó beheerst dat nooit de neiging ontstaat de volumeregelaar dicht te draaien. Vooralsnog is het enige dat je op de Yarland kunt aanmerken het feit dat het een “kleine versterker” is. Yarland zoekt het eerder in verfijning dan in overweldigende kracht. Een aardig vergelijk vormden twee recent aan de importeur retour gezonden mono buizenblokken met per kant een viertal EL34 buizen. Ik liet ze inspelen in dezelfde kamer, aan dezelfde cd speler en luidsprekers. Die set, in prijs het 10-voudige, bezat naast verfijning ook kracht en autoriteit. Het is het ontbreken van de autoriteit die de Yarland “klein” houdt. Tja, alles heeft zijn prijs.

Naarmate het volume stijgt, neemt ruwheid in de weergave toe. Iets dat zich voornamelijk openbaart met stemmen. In de vele klassieke opnames die de revue passeerden, kwam dat niet naar voren. Dat waren veelal barokuitvoeringen van Handel, Bach en Vivaldi voor orkest. Of zoals nu: er speelt een cd van Pieter Wispelwey met werken van Bach, uitgevoerd op cello, klavecimbel en orgel. Het orgel draagt mooi en de cello heeft zijn specifieke, haast treurige klank. Op momenten van wonderlijke schoonheid houd ik de adem in, terwijl Pieter juist heel hoorbaar lucht in de longen zuigt. Het neemt wat weg van de schoonheid van zijn spel, voegt aan de andere kant een zekere emotie toe. Eigenlijk verdient de cd een veel kostbaarder opstelling dan ik gerealiseerd heb. Des te meer verwondert het mij, dat ik met veel plezier zit te luisteren. In het achterhoofd weet ik, dat als ik naar mijn andere kamer loop, waar een high end set staat met dito prijskaart, het allemaal beter en dichter bij het origineel afgespeeld kan worden.

Nu verplaats ik mij in die schooljongen van 15 die ik ooit was, met een beperkter budget, maar wel graag veel muziek om van te genieten. Of ik ga een hele stap verder naar een volwassene die een buizenversterker wil, graag zonder omkijken spelend, zonder veel geld uit te willen of kunnen geven. In dat geval is de overweging heel anders. De keuze ligt tussen een transistorversterker van een willekeurig betrouwbaar merk of een buizenbak als die van Yarland. Met mijn voorkeur voor buizen in de weergaveketen is mijn keuze snel gemaakt. Want zelfs zonder die voorliefde heeft de Yarland een streepje voor op een transistorproduct. Namelijk levendigheid, openheid en dynamiek.

De meeste transistorversterkers (en zeker receivers) in de lagere prijsklassen hebben de neiging om mooi maar saai te klinken. Vaak strak in het laag, gebalanceerd in het midden en licht afvallend in het hoog om scherpte weg te houden. Ze worden daardoor langzaam maar zeker saai. Hun voeding is met regelmaat niet in staat tot grote dynamieksprongen en/of het stereobeeld is kleiner en met veel minder diepte of hoogte-afbeelding. Ik vermoed dat die beperking alles te maken heeft met (naast de voeding) het feit dat een transistor op veel lagere spanningen werkt. De buis heeft altijd het voordeel van hoogspanning, waarmee forse stijgingen in volume eenvoudiger te realiseren zijn. Waar het bij de buizenversterkers op aan komt, is de onderdelenkeuze. Met name de uitgangstransformatoren zijn bepalend voor de uiteindelijke geluidskwaliteit. De schakelingen zijn bekend, die tekenden ze tientallen jaren geleden al net zo. Yarland laat mij op het gehoor helemaal niet in de steek met trafo- en onderdelenkeuze. Levendigheid en speelsheid voeren de boventoon en maken klassieke muziek tot een groot genoegen om te beluisteren. De snelheid en het vasthouden van ritme zijn twee andere steunpilaren. Dynamiek lijkt haast vanzelfsprekend, zoals de cello en het klavecimbel voortdurend bewijzen.

Nog wat lastiger

Maak het de Yarland echt lastig. Ik speel van Stacey Kent haar cd Stacey Kent Collection. Dezelfde cd speelde ik gisteren op een andere set. Lekkere vocale jazz, waarbij de man van Stacey zich weet te bewijzen op tenorsaxofoon. Het is een goede doorsnede van het werk van haar en haar man. Heel levendig en speels. Je hoort het plezier van samen muziek maken er goed van af. Eigenlijk is het een herhaling van het voorgaande stuk. De Yarland zet zich met heel veel enthousiasme in. Zoveel, dat kleine onvolmaaktheden niet eens opvallen. Swingend, helder, speels en dynamisch. Echt wonderlijk, dat 499 Euro even genoeg blijkt te zijn om van muziek te kunnen genieten op een dergelijk niveau. Een tweede song heeft niet dat uptempo, is beheerst en teder. Liefde spreekt uit de tekst, eenvoud en het vermogen de tekst correct te interpreteren uit de Yarland.

Een veel kleinere bezetting van de band blijft boeien en de aandacht vasthouden. Gitaar goed, piano krachtig, stem precies zoals ik gewend ben van Miss Kent. Zuiver, warm, licht kinderlijk, emotioneel. Haar uitspraak van de Engelse taal is een voorbeeld voor anderen. Luister eens naar They All Laughed en probeer te genieten van de speelsheid die ik ervaar. Lekkere piano, zachte bas, lichte percussie. Mensenlief, veel meer heb je toch niet nodig om de middag door te komen. Oh ja, toch, de sax, die miste ik even in het geheel. Hij springt naar voren, neemt de taak van de stem over, is doorzichtig en rijk aan tonen. Ik kan nog uren doorgaan, misschien kan ik maar beter gewoon stellen dat de Yarland FV34BSA een versterker is, die zóveel muziek schenkt in mijn opstelling, dat hij wegvalt in het plezier. Ruim voldoende vermogen om de kamer te vullen, subtiel genoeg om ook zachtjes spelend de aandacht vast te houden. "Jaag hem niet over de kling, waardoor vervorming de overhand krijgt" is de enige wijze raad die nodig is met dit fijne beestje.

Bouw

Het uiterlijk van de Yarland is verzorgd en netjes. Zwart gemoffeld staal, houten ornamenten, aluminium front en knoppen. Men heeft geprobeerd de Yarland versterker een eigen gezicht mee te geven. Wel doet de aan/uitschakelaar een beetje iel aan. Een signaallampje dat aangeeft wanneer de netspanning is ingeschakeld ontbreekt; gelukkig geven de buizen licht. Onder de kap vinden we de eigenlijke versterker. Het eerste dat opvalt zijn de zes Clarity Cap koppelcondensatoren die prominent aanwezig zijn. Te zien zijn verder de drie geschakelde ingangen met relais op een kleine print, twee smoorspoelen, een eenvoudige potmeter en een grote printplaat. Veel onderdelen vinden een plekje op de print, daarmee is de Yarland geen hard-wired versterker geworden. Op de print mij onbekende onderdelen die goed gesoldeerd zijn, maar de opbouw doet wat minder netjes aan. Iets dat zeker te maken heeft met de prijs. Je kunt niet voor een dubbeltje op de eerste rang zitten. De buisvoeten vastgesoldeerd aan printplaat, zonder nog ergens aan vastgeschroefd te zijn, dus wees voorzichtig met buizen wisselen. Niet teveel kracht zetten en de buis verwijderen door hem zachtjes heen en weer te bewegen. Ik durf te stellen, dat een wat minder nette opbouw niet hoeft te leiden tot onbetrouwbaarheid. Bovendien, niets is zo makkelijk te reparen als een buizenversterker, mocht u ooit met een defect te maken krijgen.

Het eerste deel van schakeling is opgebouwd rond een drietal 6N3 buisjes. Twee daarvan vormen de voorversterker, de derde is ingezet in de voeding voor de hoogspanning. De kracht van twee maal 30 Watt wordt geleverd door twee paar EL34B buizen in een push-pull schakeling. De buizen staan ingesteld in klasse A, maar het is geen klasse A versterker zoals wordt gesuggereerd, want dan zou het geen push-pull schakeling kunnen zijn. De bias staat vast ingesteld en is van buitenaf na te regelen. Alle buizen zijn van Chinese makelij en, gezien de luisterresultaten, uitstekend in staat hun werk te doen.

Aan de achterzijde van de versterker vinden we drie cinch ingangen, de luidsprekeraansluitingen met een 4 en een 8 Ohm tap en de entree voor de netspanning. Kortom, eenvoudig, doeltreffend en op die manier betaalbaar gehouden. Volgens Yarland heeft de FV34BSA een frequentiebereik van 10 Hz tot 37 kHz binnen -1.0 dB. Met een signaal-ruisafstand van 89 dB. Het uit het lichtnet opgenomen vermogen blijft onder de 150 Watt. De versterker is bescheiden van afmeting, 32 x 15 x 28 cm en weegt 17 kilo. Het merendeel van het gewicht zit uiteraard in de voeding en uitgangstransformatoren.

Happy

Geen mens is zonder vooroordeel en toen ik hoorde dat ik een versterker van 499 Euro ging recenseren schoten twee dingen door het hoofd. “Het kan nooit veel zijn” en “wie weet is het een koopje”. Gelukkig kan ik het eerste vooroordeel met een flinke zwiep overboord gooien. De Yarland FV34BSA heb ik leren kennen als een uitermate fijne versterker, waar met plezier naar te luisteren valt. Hij heeft me op meerdere punten weten te verbazen. Denk aan stereobeeld, compleetheid in weergave, luistergenoegen en vooral de muzikaliteit. Punten waar de score ver boven de verwachting en ver boven de prijsklasse ligt. Daarmee is de Yarland inderdaad een koopje.

Iets minder ben ik te spreken over de bouwkwaliteit, die niet zo netjes oogt. De concurrent doet dat wat beter, kost daarom helaas het 3 tot 4-voudige. In de weken dat de Yarland hier speelde, heeft hij geen seconde gehaperd, werd niet al te warm en deed zijn werk dag in dag uit. Voor 499 Euro koopt u een heel knuffelbaar apparaat, dat het uitstekend zal doen in een wat kleinere ruimte, maar dat met de juiste luidsprekers ook een huiskamer kan vullen. Mogelijk vormt de Yarland uw eerste kennismaking met buizen. Ik heb zomaar het idee, dat hij zó goed gaat bevallen, dat u nog heel lang met buizen blijft draaien. Er zijn betere (buizen) versterkers te koop dan de FV34BSA, maar dan zult u heel wat dieper in de buidel moeten tasten. Ik kan helaas niet alles houden wat mijn oren horen. Want persoonlijk vind ik het zo’n schatje, dat ik hem het liefste zou houden voor toekomstige recensies van budgetklasse apparatuur. Zelfs nu ik niet meer met vakantiebaantjes het geld bij elkaar hoef te sprokkelen. Chapeau Yarland!

Prijs:

Yarland FV34BSA geïntegreerde buizenversterker 499 Euro

Importeur:

Crafty, Caps & Coils
Groningen
Tel. 050 3643399
info@capsandcoils.com
www.yarland.eu

Gebruikte apparatuur:

Digitaal:

PrimaLuna ProLogue Eight CD-speler Roksan Kandy K2 CD-speler

Radio:

Carat T57 tuner Magnum Dynalab ST-2 FM antenne

Versterking:

Yarland FV34BSA versterker PrimaLuna ProLogue Two versterker (EL34 buizen)

Luidsprekers:

Ruark Sabre III Dynaudio Sub 250 actieve subwoofer

Stroomvoorziening:

Netsnoeren: Läpp (DIY), Supra LoRad (DIY) Netfilter: SEEC HQSN-4U

Kabels:

Interlinks analoog: Inakustik Rhodos Silver Interlink subwoofer: TAF Next 1 LS-kabels: Chord Company Odyssey 4, Chord Company Epic Super Twin

Accessoires:

Meubel: Ikea Ivar LS-stands: Target MR60 Overig: Target SpikeShoes, Oehlbach Phaser