Linn Linto phono versterker
Realisme uit de groef
Techniek
De Linn Linto is bepaald niet nieuw. Het ontwerp van deze derde generatie phono versterkers van Linn stamt uit 1997. Ontwikkeld destijds om low output MC pick-up elementen aan te kunnen sluiten waarmee de platen en de master discs beoordeeld worden, want Linn maakt sinds jaar en dag zijn eigen vinyl uitgaven (Zie ook: Linn Records).
Laten we eerst een kijken hoe een normale phono amp werkt. Aan de ingang zit een netwerkje van weerstanden en condensatoren om de juiste afsluitweerstand te vormen voor een element. Liefst schakelbaar zodat diverse waarden gekozen kunnen worden. Daarachter een versterker, opgebouwd met buizen, transistoren of op amps. Aan de ingang van de versterker wordt spanning gevraagd en de versterker blijft stabiel door gebruik van terugkoppeling. Het gaat te ver om hier een versterker schakeling helemaal uit te leggen. Als we echter wat rekenwerk toepassen, kunnen we opmerken dat het toch al minieme signaal van een moving coil element ook nog eens wordt aangetast en verkleind door de terugkoppeling en de weerstanden. Je loopt tegen een limiet aan waarmee de signaal ruisafstand en de ruisdrempel is bepaald. Die limiet zinde de Linn ontwerpers niet. Ten koste van flexibiliteit, geen MM elementen aansluitbaar, ontwierpen zij de Linto.
Een element “ziet” aan de ingang van de Linto geen netwerkje. De plus en de min van de spoelen van het element hangen rechtstreeks aan de transistoren aan de ingang. De schakeling is zo opgezet dat aan de ingang geen spanning wordt gevraagd, maar stroom (dus vermogen, ongeveer 25 pico Watt). We hebben het dan over absurd kleine waarden. Maar er kunnen nu geen verliezen optreden door weerstanden. Het signaal blijft “op volle sterkte”. Immers weerstanden zetten vermogen om in warmte en zijn dus verliesgevend. Bovendien geven schakelaars enig verlies, hoe goed gemaakt ook. Linn gebruikt die dan ook niet. Het bovenstaande geheel heeft één groot nadeel, de schakeling werkt uitsluitend voor moving coil elementen die kunnen werken aan 150 Ohm. Dat zijn er velen waaronder Benz, Dynavector, Linn, Koetsu en Clearaudio.De enige concessie aan flexibiliteit die Linn doet is dat door het doorknippen van draadbruggetjes op de print de versterking 10 dB (= 3 maal) afneemt. Achter de eerste transistoren is een schakeling gezet die men bouwde met ‘surface mount technology’. SMD componenten worden gelijmd op de printplaat. Daardoor kunnen ze veel kleiner zijn dan conventionele onderdelen. Met als gevolg dat de printbanen veel korter zijn. SMD heeft ook een betere geleiding in de solderingen. Bijkomend voordeel is dat RF storing van buitenaf minder invloed heeft. De printbanen zijn kort en de capaciteiten laag en werken daardoor veel minder als antennes. De techniek is niet des Linn’s maar komt vooral uit de computer techniek. Tenslotte is de voeding van de schakeling bijzonder. Linn maakt graag gebruik van schakelende voedingen. Heel in het kort werkt een schakelende voeding als volgt. De wisselstroom uit het lichtnet zet men om in een gelijkspanning. Door de gelijkspanning in mootjes te hakken ontstaat weer een wisselspanning op een veel hogere frequentie dan 50 Hz. Die wisselspanning gaat door een trafo en wordt daarna weer omgezet in gelijkspanning voor de voeding. Door de hoge frequentie is het verlies in de trafo veel kleiner en kan de gelijkrichter schakeling veel zuiverder en efficienter zijn werk doen. Linn en anderen die schakelende voedingen gebruiken, maken op die basis hun eigen schone stroombron. In het kort de technische specificaties zoals verstrekt door Linn. Eén enkele input en een dubbel uitgevoerde uitgang. Nominaal ingangssignaal 150 uV respectievelijk 500 uV aan 150 Ohm. Uitgangs impedantie 100 Ohm aan beide uitgangen. Versterking 64 dB (=1600 keer) of 54 dB (=500 keer). Het kastje meet 320 x 320 x 80 mm en weegt slechts 1,5 kilo. Het uit het lichtnet opgenomen vermogen is 6 watt. Altijd aanlaten staan in mijn visie.
Met wat gecombineerd?
Ik mag mij verheugen in het bezit van twee draaitafels, die allebei zijn ingezet. Ten eerste is daar een Garrard 301 loopwerk in een eigen gemaakte plint. De arm is een Pro-ject 9 inch carbon met een Benz-Micro Glider L2. Aangesloten met een Siltech MXT New York op de phono versterker. De andere draaitafel is een Pro-ject Perspective met een 9 inch aluminium arm. Het element een Goldring Eroica LX. Ook hier een Siltech MXT als signaaldraad. De phono versterkers zijn normaal een Transrotor Phono voor de Benz (ingesteld op 100 Ohm) en een Rotel RQ-970BX voor de Goldring. Beide elementen zijn uiteraard low output MC’s. Achter de Transrotor phonotrap weer een Siltech New York, terwijl de Rotel het doet op een Chord Solid 2. De Linto is aan de uitgang alleen met een New York interconnect gebruikt. Versterking op lijnniveau komt van Clearaudio gecombineerd met twee Monarchy Audio SE-100 Delux klasse A mono eindversterkers. Luidsprekers zijn uit de Electra serie van JMLab en worden aangevuld met een actieve subwoofer. Zoals gebruikelijk staat onderaan de test een opsomming van alle componenten en kabels in de set. Rest mij te vermelden dat alle apparatuur is aangesloten op een Kemp Elektroniks Power Source met Kemp kabels. Behalve de Linn Linto. Die is rechtstreeks via een Kemp snoer uit het stopcontact gevoed. Schakelende voedingen houden niet zo heel erg van netfiltering. Het middel is vaak erger dan de kwaal.
Linn Linto phono versterker
Heeft Ed gelijk
Kari Bremnes heeft met ‘Svarta bjorn’ een prachtig stuk werk geleverd. Ik draai onder meer ‘Sangen om fyret ved Tornehamn’ en zit verbijsterd te luisteren naar de grote trom die wordt geslagen. Wat gaat dat diep. Het roffelen ‘roffelt’ ook en gaat niet verloren in de druk van het laag. Kari zelf staat ver naar voren en zoals mijn vrouw opmerkte “ze staat in de kamer”. In deze magische muziek zweven andere stemmen op de achtergrond die heel rustig is. Niet opgevuld met ruis van de groef of de elektronica. Kleine instrumenten die nogal eens verdwijnen in een totaalbeeld hebben met de Linto een eigen plaats en een doel. Veel kracht en veel harmonie zorgen voor een muziekbeleving die verder gaat dan ik thuis gewend ben. Heel opmerkelijk is de transparantie die er is in de lage tonen. De Linto geeft alles weer wat er weer te geven is. Tot aan de rumble van de Garrard aan toe. Waar ik minder gelukkig mee ben trouwens, maar wat we niet aan de kwaliteit van de Linto kunnen wijten. Wel aan de Garrard lagers. Sheffield leverde vroeger “Direct-to-Disc” opnames die ik gretig kocht in de jaren 70 en 80. Eén daarvan is: ‘Discovered again’ van Dave Grusin met de track ‘Keep your eye on the sparrow’. De herkennings melodie van de tv serie Baretta. De weergave is sneller dan snel. Het spettert werkelijk uit de speakers. Puntig, dynamisch, een klapper van jewelste. Drums, gitaar, bas, het is allemaal ultiem realistisch weergegeven. Verderop in de track beluister je een tamboerijn en mijn eega is het volkomen met mij eens dat je niet alleen de belletjes hoort, maar ook de tamboerijn die tegen de hand slaat. De plaat is op tientallen installaties gedraaid in de loop der jaren, maar dit niveau haalde ik nooit eerder. Ook hier groeit de wens het eens met een LP12 te horen om de rumble sporen te wissen.
Om mijn vrouw te overtuigen dat een Linto een nuttige aanschaf kan zijn, mag zij op de luisterplek genieten van de Carpenters. Op ‘Now and then’ staat een track met een kinderkoor. Als ik haar dat laat horen en ik wissel tussen de Rotel, de Transrotor en de Linto gaat ze net zo voor de bijl als ik. Waar de beide phono trappen een koortje laten horen met een stem van Karen en een stem van Richard, laat de Linto een KINDERkoor horen met DE stem van Karen en DE stem van Richard. Elk kind staat naast het andere kind en de stemmetjes zijn echte kinderstemmen. Als in een tv beeld zie je een Kinderen voor Kinderen koor bewegen. Met Dave Grusin en Kari Bremnes is ook zij overtuigd dat het altijd allemaal nog beter schijnt te kunnen dan wij dachten. Samen zijn we het erover eens dat het niet meer gaat om geluidjes “hier” en geluidjes “daar” maar om het wel of niet neerzetten van realisme. Het in meer of in mindere mate overdragen van echte stemmen en instrumenten met echte emotie en expressie. De Linto is er een meester in.
Met twee platenspelers onder handbereik is een experiment altijd leuk. Dus sluit in de Goldring aan op de Linto. Een verhouding die mank loopt als we de prijzen tegen elkaar afzetten. Ten opzichte van de Benz lever je in op gebied van dynamiek en transparantie. Ook is de impact van het geluid een stuk minder. Op het niveau van een element in die prijsklasse. Het speelt allemaal goed, maar ik weet wat een veel beter element kan doen in combinatie met de Linto. Grappig om zo het één en ander te mixen. Ik kom tot de slotsom dat de combinatie Goldring met Linto een beeld oplevert dat in weergave kwaliteit overeenkomt met de Benz en Transrotor. De Linto is als het ware een doorgeefluik die de Goldring naar een hoger plan kan tillen, terwijl de Transrotor niet in staat blijkt alles van de Benz door te geven. Pas als de Benz met de Linto speelt spuit de klasse uit de speakers. Realiseert u zich wel de prijsverschillen (Benz versus Goldring is € 885 tegen € 250 en Linto versus Transrotor is € 1490 tegen € 600). Het zou triest zijn al de verschillen slechts minimaal waren. Wegen we Goldring/Linto tegen Benz/Transrotor dan zien we een plaatje van € 1750 tegen € 1500 en lopen we dus keurig in de pas met de geleverde kwaliteit. Waarbij mijn voorkeur zou uitgaan naar de Benz/Transrotor. De bron gesteld boven een volgend component in de keten.
Linn Linto phono versterker
Realisme
Meer informatie
Malcolm J. Latham
Belsebaan 3
5131 PH Alphen
Tel: 013 508 2411
Fax: 013 508 2617
Email: info@latham-ci.com
Web: www.linn.co.uk en www.latham-ci.com
Gebruikte apparatuur Pro-ject Perspective platenspeler met 9” aluminium armGoldring Eroica low output MC element Garrard 301 motor unit op DIY console met Pro-ject 9” carbon fiber arm Benz-Micro Glider L2 low output MC element Rotel RQ-970 BX phono amp Transrotor Phono amp Linn Linto phono amp Teac VRDS-T1 CD loopwerk met Trichord Clock 2 Monarchy Audio DIP Mk 2 anti jitter box M-Audio Superdac 2496 D/A converter Musical Fidelity Elektra E50 tuner gecombineerd met MF X-10D Marantz DV6200 dvd speler Clearaudio Balance voorversterker Monarchy Audio SE-100 klasse A mono eindversterkers JMlab Electra 926 luidsprekers JMlab Electra SW900 actieve subwoofer Interlinks analoog: VdH The First Ultimate, Puresonic 8010A XLR, Linn Analogue, TAF Next I en II, Gotham GAC-2, Belden, Chord Solid 2, Profigold S-video, Siltech Mxt Professional Series New York Interlinks digital: Apogee Wide-Eye Interlinks digital optisch: Audioquest LS-kabels: Ocos Accessories: Kemp Elektroniks Power Source netfilter, ferriet clamps, Standesign Saturn 5 audio meubels, Target VW1 wandbeugel, Master Base Mbase/1 plaatjes, Kemp, Lapp en rubber netkabels, WBT en Sharkwire steker materiaal, separate audiogroep |