Eddie Henderson
Eddie Henderson - So What
Vanaf dat moment verloopt zijn leven langs twee lijnen. Enerzijds richt hij zich, onder invloed van zijn stiefvader, op een carrière in de geneeskunde en bouwt hij anderzijds, onder invloed van ‘The Prince of Darkness’, aan een loopbaan in de muziek. De medicijnstudie voert hem achtereenvolgens naar de University of California en Howard University, gevolgd door een specialisatie in psychiatrie. In diezelfde tijd volgt hij lessen aan het San Francisco Conservatory of Music. Later gaat hij spelen bij Herbie Hancock en Art Blakey. In zijn stijl van spelen blijft de invloed van Miles onmiskenbaar. In de zeventiger jaren leidt hij een rock georienteerde groep waarna hij in de negentiger jaren terugkeert naar akoestische hard bop.
Het album is op 13 en 14 maart 2002 in de New Yorkse Avatar Studio opgenomen (DSD) op een wijze die doet denken aan de Amerikaanse jazz opnames uit de vijftiger en zestiger jaren; producer ‘88’ Itoh laat de band gewoon lopen en maakt geen gebruik van overdubs. Het resultaat is een mooi opgenomen ‘All Star Tribute’ aan de man die zo’n grote invloed gehad heeft op Eddie Henderson; Miles Davis. Eddie bespeelt hier trompet en flügelhorn – beiden van het prachtige Franse merk Selmer - in gezelschap van tenor saxofonist Bob Berg, - die zelf ooit deel uitmaakte van Miles Davis’ band en kort na de opname van deze CD tragisch verongelukte – pianist David Kikoski, bassist Ed Howard en de beide drummers Billy Hart (te horen in de nummers 1,5,8 en 9) en Victor Lewis. (in 2,3,4,6 en 7)
Het eerste nummer refereert aan Miles’ bijnaam ‘Prince of Darkness’ en wordt op een unieke wijze gepresenteerd; als een soort prelude voor de rest van de CD. Er wordt een aanzet
gegeven tot de melodie zonder dat deze ook echt begint of zich verder ontwikkelt. Het zet de toon voor een CD waarop elk nummer in de Henderson stijl net even anders klinkt dan de voor velen zo vertrouwde Miles uitvoering. ‘On Green Dolphin Street’, door Eddie gespeeld met gebruikmaking van een Harmon mute, wordt daarmee een rustiger nummer dan verwacht. In ‘Footprints’ valt de sterke melodische lijn op. Excelleren doet Henderson voor mijn gevoel nog het meest in ‘Well, you needn’t’. Ook al zal ik als echte Miles Davis fan de uitspraak niet over mijn lippen krijgen dat ik deze uitvoering prefereer boven die van de meester zelf. ‘So What’ en ‘All Blues’ komen voor op het mijns inziens mooiste en meest invloedrijke jazz album aller tijden - ‘Kind of Blue’ - en ik vind het moedig dat ervoor gekozen is om ze deel uit te laten maken van deze selectie. Waardering heb ik vervolgens voor de manier waarop deze twee Davis composities uitgevoerd worden waarbij mij met name de baspartij in het titelnummer opvalt. ‘Old Folks’ laat een fraaie drumsolo van Victor Lewis horen. In ‘Someday My Prince Will Come’ harmonieren piano en trompet heerlijk met elkaar. ‘Round Midnight’ kom ik de laatste tijd op iedere CD tegen die ik recenseer. Het blijft natuurlijk ook een mooi, in deze uitvoering rustig, nummer en het kwintet bewijst hier andermaal haar klasse. Uiteraard een album voor de Eddie Henderson fan, maar veeleer nog een album voor de Miles liefhebber die de onsterfelijke uitvoeringen uit zijn collectie eens af wil zetten tegen interpretaties van deze nummers – stammend uit zowel de cool als de bebop en hard bop – die telkens opnieuw vertrouwd lijken om vervolgens toch weer verrassend anders te klinken.
Eddie Henderson
So What
Eighty-Eights / Columbia 510887 2
www.columbiarecords.com