NIEUWS

Frans Bromet: Leren van de meester

Philip P. Kruijer | 05 april 2015

Midden in het landelijke Ilpendam staat het voormalige gemeentehuis van dit dorp. Befaamd documentairemaker Frans Bromet is er ooit getrouwd. Vandaag is er naast de voordeur een geheel ander bordje bevestigd. In verticale leesrichting staat er ‘Bromet & Dochters’ op vermeld. Het is tegenwoordig dan ook het bedrijfsonderkomen van Frans Bromet waarbij inmiddels echter ‘&Bromet’ de naam van het huidige productiebedrijf is. Het pand dient als uitvalsbasis, zowel voor de filmische werkzaamheden van Frans zelf als voor diverse cursussen. Want wie wil kan er de fijne kneepjes van het filmvak van de meester zelf leren.



De naam van Frans Bromet is onverbrekelijk verbonden aan tal van filmdocumentaires die veelal ook hun weg naar de televisie hebben gevonden. Bromet is een geëngageerd documentairemaker die vooral vanuit zijn gevoel werkt. Na de ervaring van enkele decennia heeft hij besloten de opgedane kennis niet alleen voor zichzelf te houden maar te vervatten in een aantal cursussen en workshops. Vandaag kunnen geïnteresseerden kiezen uit een tamelijk breed aanbod waarin echter altijd de visie van Bromet centraal staat. Het maken van speelfilms staat daarbij bijvoorbeeld niet op het programma. Wat de cursisten wél voorgeschoteld krijgen zijn alle ‘ins & outs’ van het maken van reportages en/of documentaires. Vanaf het allereerste idee tot en met de eindmontage.



Geen enscenering
Gezeten aan het hoofd van de grote tafel, waaraan ook regelmatig cursisten aan de lunch zitten, blijkt Frans Bromet een bedachtzame prater. Rustig geeft hij antwoord op de vragen en zet hij zijn werkwijze uiteen. “In het midden van de jaren zestig ben ik met filmen begonnen en in 1970 heb ik mijn eerste film uitgebracht,” vertelt Frans. “Al die tijd is mijn werkwijze in feite niet veranderd. En zo’n jaar of vijftien, zestien terug ben ik begonnen met het opzetten van enkele cursussen. Dat is uitgegroeid tot een tamelijk compleet aanbod van zowel meerdaagse cursussen als eendaagse workshops. In zo’n workshop komt doorgaans één afgerond onderwerp aan bod maar de cursussen zijn veelomvattender. Daarin leren de deelnemers een gehele productie van A tot Z uit te voeren. Daarbij richten we ons alleen op reportages en documentaires waarbij spontaniteit en echtheid een leidende rol vervullen. Het gaat ook echt om de inhoudelijke kant. In mijn eigen werk hou ik niet van ensceneringen en regie-aanwijzingen, daar doe ik niet aan. Ik maak vooraf nooit een draaiboek en zeg tijdens de opnamen nooit waar iemand moet gaan staan of wat hij moet gaan doen. Eigenlijk registreer ik alleen wat zich zoal voordoet. Het komt vaak neer op veel improviseren. Het maakt het eindproduct wat ongewisser maar je krijgt er veel spontaniteit voor terug en dat vind ik belangrijk. Daarnaast probeer ik met minimale middelen te werken. De techniek is een hulpmiddel, het gaat altijd om de inhoud.”



“In speelfilms is alles in scène gezet en vooraf bedacht. Dat is niet mijn stijl: ik maak alleen reportages en documentaires want daarin kan ik precies zo werken als ik wil. Wanneer ik een film maak heb ik natuurlijk wel een plan en is het onderwerp bekend. De hier werkzame researchers hebben voor allerlei achtergrondinformatie gezorgd. Ik kom dus best goed beslagen ten ijs maar daarna laat ik veel aan het toeval over. Het is wellicht een tamelijk riskante werkwijze maar dát is nu eenmaal de manier waarop ik opereer. En de ervaring heeft me intussen wel zover gebracht dat ik adequaat op alle situaties kan inspelen. Omdat ik bij een productie - ook op locatie - met een minimum aan medewerkers werk kan ik ook vrij gemakkelijk improviseren. Uiteindelijk krijgt de film dan in de montage zijn definitieve vorm.”
“Voor mij is dat de enige juiste manier van werken omdat ik geloof dat zo een zo eerlijk mogelijk product tot stand komt. Die eerlijkheid probeer ik ook op de cursisten over te brengen. Natuurlijk is kennis van de apparatuur en technieken daarbij onontbeerlijk maar dat zijn alleen de gereedschappen waarmee dit vak wordt uitgeoefend. In de cursussen ligt de nadruk dan ook sterk op het inhoudelijke aspect, op de praktijk; de cursisten worden vrijwel meteen ‘in het diepe gegooid’. Alles in de praktijk zelf doen, daar leer je het meeste van.”


EDITORS' CHOICE