REVIEW

Review: Seven Impale - Contrapasso (CD)

Eric de Boer | 26 september 2016 | Fotografie Fabrikant

Twee jaar geleden verraste het uit Noorwegen afkomstige Seven Impale met een overweldigend debuutalbum, waarmee ze de lat voor zichzelf hoog wisten te leggen. Nu, twee jaar later, zag ik de aankondiging voor het tweede album van het sextet uit Bergen. Een e-mail naar Karisma Records en een Noors postpakketje later speelt Contrapasso al een week lang in huize De Boer.

Een tweede album is en blijft moeilijk, zeker wanneer je je op muzikaal gebied in min of meer een nichemarkt begeeft. De overweldigende, drukke manier van musiceren op de voorganger City Of The Sun was van dermate hoog niveau dat de plaat zelfs mijn Jaarlijst wist te halen (zie Jaarboek 2014/2015). Ouderwets klinkende progressieve jazzrock met daarin invloeden van jaren ’70 jazz en metal, met een verslavend karakter.

Op Contrapasso laat Seven Impale horen dat de muur van geluid die de band uniek maakt verder uitgediept is. De eclectische manier van musiceren met veel ruimte voor keyboards, saxofoon en metal-achtige gitaarriffs, zorgen ervoor dat de luisteraar tijdens de eerste of tweede luisterbeurt wat overweldigd kan zijn. Nog meer dan op zijn voorganger laat Contrapasso de tempo’s wisselen, ronken zowel de bassen als het Hammondorgel dat het een lieve lust is en zijn er zelfs duidelijke invloeden van funk en elektronische muziek in de langgerekte composities te herkennen.

Contrapasso leunt daarnaast - nog meer dan City Of The Sun - flink op metal. Luister maar naar de track Languor, dat zelfs knipoogt naar space rock met heavy metal riffs als basis voor de track. Veel zang is er op het album niet te horen, maar afgezien van de van veel reverb voorziene klaagzang à la Brendan Perry is Stian Økland in staat om de luisteraar geboeid te houden. Het instrumentale aspect van Contrapasso tilt de muziek echter naar een hoger niveau, waarin de saxofoon toch wel een van de belangrijkste bestanddelen van het recept dat Seven Impale heet in mag nemen.

Er zijn duidelijke invloeden van oudere proghelden in de muziek van Seven Impale verwerkt, waaronder natuurlijk weer King Crimson en Beardfish. Vrijwel alle tracks zijn voorzien van vele intrigerende verkenningen, waarvan de afsluiter op Contrapasso nog wel de meest opmerkelijke is. Want het lijvige Phoenix start niet meteen met de uitgekiende muzikale eruptie die op de rest van het album heerst (met de rustige track Ascension als uitzondering op de spreekwoordelijke regel), maar baant zich langzaam een weg naar een muzikaal hoogtepunt dat bol staat van alle invloeden die Seven Impale zo uniek maken. Groovy baslijnen in combinatie met een wild samenspel van vervormde gitaren, puik drumwerk en heftig toetsenwerk. De wat simpele elektronische klanken aan het begin van die track vloeien mooi over in Hammondklanken en de toegevoegde samples maken het intro compleet, terwijl de percussie overgaat in een heuse beat. Innovatief.

Seven Impale weet met hun tweede langspeler de moderne progliefhebber te imponeren, hoewel ik me voor kan stellen dat het kwartje pas na enkele luisterbeurten valt. De muziek is complex, de melodielijnen uitgestrekt en de klank uniek. De muur van geluid kan voor liefhebbers van ouderwetse progressieve rock wat te overweldigend zijn, terwijl de audiopurist -terecht- vragen mag stellen bij het moedwillig vervormen van sommige delen van de muziek, waaronder de zang. Toch heeft de Noorse band wat mij betreft een juiste weg bewandeld met Contrapasso, wat veel goeds voor de toekomst zou kunnen betekenen. Een warme aanbeveling waardig!

Muziek: 8 ½
Klank: 7
Label: Karisma
Speelduur: 67:35 minuten
Website: http://www.soundcloud.com/sevenimpale


EDITORS' CHOICE