REVIEWT+A

Pagina 2: luisteren en conclusie

Max Delissen | 14 september 2016 | Fotografie Fabrikant | T+A

Filters

We maken met z’n allen echter nog steeds vooral gebruik van PCM bestanden, en de echte smaakmakers in de DAC 8 DSD zijn daarom de vier filters die door de middelste twee knopjes worden bediend. Deze filters worden gebruikt tijdens de upsampling naar 352.8kHz, die T+A op alle PCM-signalen toepast voor ze naar de d/a-converter worden gestuurd. De eerste twee filters zijn bestaande FIR types (Finite response) die op zich prima werken, maar die als nadeel hebben dat ze een lichte mate van pre- en postringing vertonen. Bij signalen met een sterke impuls ontstaan door deze filters ongewenste voor- en naslingeringen, die in werkelijkheid geen deel uitmaken van het signaal en dus een bepaalde mate van versmering veroorzaken. De meeste digitale apparaten die oversampling gebruiken passen het standaard ‘Linear Phase’ filter toe, hier FIR1 genoemd. Een verbetering daarvan vinden we bij de ‘Impulse Optimised’ variant van dit type filter (FIR2), dat weliswaar nog een vergelijkbare pre- en postringing vertoont maar dan korter, waardoor het geluid schoner wordt. Persoonlijk vind ik het ‘analoger’ klinken, voor zover je wat aan die beschrijving hebt.

T+A doet echter al meer dan 20 jaar onderzoek naar het gedrag van dit soort filters, en heeft een eigen variant ontwikkeld; de zogenoemde Bezier Interpolator. En hier wordt het echt interessant. Filter 3 (BEZ1) heeft naast deze eigen interpolator nog een IIR filter (Infinite response) wat de pre-ringing vrijwel geheel verwijdert en een vrij korte postringing geeft. Klankmatig lijkt dit filter meer op FIR1 dan op FIR2, met dien verstande dat het geheel schoner en bijzonder ‘analoog’ klinkt. Bij opnames die van zichzelf wat ‘wit’ klinken is dit filter een zegen, maar bij warme opnames kan het een beetje té laidback worden. Maar dan is er nog filter 4 (BEZ2), een ‘zuiver’ Bezier interpolatiefilter, dat de pre- en postringing vrijwel geheel elimineert. Het verschil met de andere filters (die overigens allemaal hun eigen en duidelijk herkenbare signatuur hebben) is zo groot dat ik heb overwogen om hier het woord ‘enorm’ voor te gebruiken. Wat dit filter doet grenst aan magie. Het signaal wordt zeer schoon, de ruimtelijkheid neemt met sprongen toe, het hele beeld komt veel verder de kamer in en strekt zich verder naar achteren uit, de plaatsing wordt bijna 3D en de afbeelding rotsvast. De dynamiek wordt ook groter en dat komt de levendigheid van de weergave zeer ten goede. Ik vind het geweldig, maar het zorgt er ook voor dat je anders naar muziek gaat luisteren. Veel actiever, je wordt er echt ingezogen. Bier en borrelnootjes tegenover pijp en slippers. Het is een smaakkwestie, maar ik heb de BEZ4 filterstand gedurende de recensieperiode niet meer uitgezet.

Luisteren

De DAC 8 DSD bleek dus, met enig voorbereidend luisterwerk, een opwindende partner te zijn die de weergave van mijn grote set tot grote hoogte wist op te stuwen. De DAC 8 DSD werd middels een AudioQuest Yosemite aangesloten op mijn Naim Supernait2, die zoals altijd via AudioQuest Castle Rock luidsprekerkabel mijn Kharma prototypes aanstuurde. Als bron diende een als streamer ingerichte Mac mini met Roon als player-software en de digitale verbinding kwam tot stand via een AudioQuest Carbon USB kabel. Ik heb ook korte tijd geluisterd naar mijn Bluesound Node2, via een AudioQuest Vodka optische kabel, maar de verschillen met de Mac/USB bron waren door de interne behandeling van het digitale signaal in de T+A érg klein. De DAC 8 DSD is dus absoluut niet kieskeurig qua bron.

Een recent album dat ik, vanaf de eerste keer dat ik ernaar luisterde, graag gebruik om te kijken hoe een apparaat met complexe, volle muziek omgaat is Nachtlicht van Eefje de Visser. Haar charmante stem zit relatief diep in de mix verstopt en dat komt op mindere installaties de verstaanbaarheid niet ten goede. Met de DAC 8 DSD had ik echter geen enkele moeite om haar licht bizarre tekst in het openingsnummer ‘Scheef’ te volgen, terwijl ik heerlijk kon zwelgen in het putdiepe laag en de brede synthesizerpartijen. De DAC 8 DSD ontpopte zich met het gekozen filter ook als een hele snelle D/A-converter. Dynamische klappen op drums knallen echt vanuit het zwarte niets de luisterruimte in. Bruut als het bruut moet (en de track ‘Ghosst’ van het album Ask The Dust van Lorn is BRUUT), maar ook uiterst subtiel en zéér organisch.

Een prachtig album om te horen hoe ontzettend goed een 16/44.1 opname kan klinken is Winter Songs van Terje Isungset. Geen enge verzameling kerstliederen, maar een verbluffende verzameling minimale songs waarop de meeste instrumenten die je hoort van ijs of glas zijn gemaakt. De weidsheid van een Scandinavisch winterlandschap is wat mij betreft nog nooit zo prachtig op muziek gezet. Het is gewoon eng hoe realistisch dit klinkt, en daarvoor moet toch echt de DAC 8 DSD als ‘hoofdschuldige’ worden aangewezen. Mijn eigen NAD M51, die weliswaar zo’n 1.000 euro minder kost, doet dit gewoon niet zo fraai. DSD klinkt eveneens geweldig, dat blijkt als ik ‘Aerial Boundaries’ van Michael Hedges draai. Enorm analoog (daar is dat woord weer) en mooi neutraal, met de juiste hoeveelheid warmte die - als hij in de opname zit - heel realistisch wordt weergegeven. Maar hoe mooi DSD ook klonk, de weergave van HiRes PCM met het BEZ2 filter (de verpletterend goede progressieve rock van Steven Wilsons stiekeme meesterwerk 4½, of de subtiele pracht van 50 Words For Snow van Kate Bush) kwam daar zó dicht bij in de buurt dat ik eigenlijk geen voorkeur meer kon uitspreken. Het was ‘einfach alles nur Musik’, zonder mitsen en maren.

Conclusie

De T+A DAC 8 DSD heeft indruk op me gemaakt. Niet alleen door zijn fraaie uiterlijk en de uitgebreide functionaliteit, maar vooral door de muziekweergave. Uiterst transparant, snel, kleurrijk en met een - dat had ik nog niet vermeld - ijzersterke ritmiek. Door zijn prijs van 2.795 euro is het geen goedkope da-converter, maar als je de (in deze prijsklasse) unieke dubbel uitgevoerde conversie, dubbele galvanisch gescheiden voeding en de uitgebreide functies voor het bewaken én verbeteren van de geluidskwaliteit optelt bij het zeer muzikale klankmatige resultaat, dan kun je niet anders dan concluderen dat hij elke cent waard is. Heerlijk apparaat.

MERK

EDITORS' CHOICE