ARTIKEL

Verschillende stijlen

Burial & elektronika
Michel Bourgonje houdt een warm pleidooi voor Burial van Burial. “Geschocked was ik toen ik Burial voor het eerst hoorde; de ritmes, de melodieën, de baslijnen, en vooral het holle lege geluid. Maar ook zeker het gevoel, de emotie en de lading wat verstopt zit achter een filter van mist draagt bij aan een bijna religieuze beleving die ik ervaar bij dit album. Ik wil dan ook tegen iedereen zeggen; stel je open voor deze plaat want makkelijk is ie niet, maar als het kwartje valt, dan valt hij ook echt en ga je er denk ik de rest van je leven van genieten. Voor deze verkiezing heb ik opzettelijk gekozen voor een elektronische plaat, want de meeste ‘audiofielen’ weten helemaal niets van deze stroming. Heel jammer, want er komt heel veel mooie en goede elektronica uit om gewoon naar te luisteren vanuit je luie stoel en wat op een goede stereo een waar genot kan zijn.”


Foto: deel van albumhoes Burial 

Audiofiele opnames
Natuurlijk werden er ook audiofiele opname genoemd, zoals In Blue van Karrin Allyson. Marco Schroor schreef: “Dit is gewoon de best plaat aller tijden. 2 x 180 gram (blauw vinyl) van het label Pure Audiophile Records. ‘Half speed mastered by Stan Ricker’, kan bijna niet beter. Een aanrader als je hem nog op vinyl kan vinden, de cd klinkt ook geweldig."

I. de Klein noemt The Oxnard Sessions vol.1 van Mike Garson. “Combinatie van dynamiek, melodie en ritme is uniek.  Energiek en geweldig met timing uitgevoerd. Het raakt je hart. Op natuurlijke fullrange systemen met tijdcompensatie beste resultaat. Minder goede systemen vallen door de mand."

Nederlands product
Opvallend veel Nederlandse producten werden genoemd. Zoals Kilo van The Nits, waarvan meer albums langskwamen: de meest audiofiele band van de lage landen? J. Raven schrijft: “Zowel de EP Kilo als later cd Henk/Kilo (de nummers van Kilo), zijn altijd mijn referentie bij het luisteren van apparatuur. Fantastisch natuurlijk klinkende piano en ongeëvenaarde bas!"

Ook de Twee Meter Sessies kwamen verschillende keren langs. “Alsof je er live bij bent in de studio”, schreef WM Harmsen. “Wat een heerlijke muziek en wat een prachtopnames. Met name Bruce Cockburn met If I had a Rocket Launcher vind ik een juweeltje. Duidelijk te horen dat dit in de oude kleine 2-meter-studio is opgenomen. Laat ontzettend intiem horen hoe Bruce volkomen één is met zijn gitaar. Jan Douwe verdient een award voor deze cadeautjes”, vindt Ronald van der Kraan.


Foto: Jan Douwe Kroeske

Arthur de Boer noemt Mo van The Mo uit 1980. “Geweldige dynamiek zonder enige compressie. Aan vocalen van Heidie Helder is ook totaal niet geknoeid. Het lijkt er op alsof de opnames direct gesneden zijn. Ik draai deze plaat al bijna dertig jaar en ben elke weer verbaasd over de ‘eenvoud’ van het geluid.” Reinier van Essen gaat voor Walkin’ on eggs van  Nighthawks at the Diner. “Het bewijs van Nederlandse bodem dat audiofiel opgenomen muziek met een geheel eigen jazzy stijl ook gewoon pruimbaar kan zijn.” André Prinsen herinnert ons aan Wilde Bloemen van Frank Boeijen. “Voor zover ik weet het enige NL-album in QSound!" [zie ook winnaar Amused to Death- red]. 

Daan Reestman bejubelt Eldorado van Michiel Borstlap. “Geproduceerd door studiowonder en Earforce-eigenaar Reindert van Zalk. Hij tovert alle mogelijke geluiden tevoorschijn die recht doen aan een goede installatie." Ivo Westerneng gaat voor Eight Miles High van Golden Earring, maar dan eigenlijk alleen nummer 5: Eight Miles High. Duur: 19:00 minuten. “Daar zouden ze een cd of single van moeten maken. Waarom? Je luistert automatisch, je hebt niet door dat je luistert omdat je alleen met de muziek bezig bent en omdat het een Nederlandse band is. Ik luister de laatste tijd alleen Nederlands, pff op cd is dat slecht zeg! Ik heb wel NAD voor- eind versterker + NAD cd speler + hoofdtelefoon versterker + Grado GS-1000i, dus Nederlanders zijn slecht in cd’s opnemen. Opvallend hoog in de lijst (nummer 25) Dear John van Ilse DeLange. Marcel “Ze zit nog net niet bij je op schoot met een geweldige band!”


EDITORS' CHOICE