REVIEW

Lee Ritenour

Jan de Jeu | 17 oktober 2003

Lee Ritenour - The Best Of Lee Ritenour

Lee Ritenour - The Best Of Lee RitenourHet zou me niet verbazen wanneer er lezers zijn die nu denken; wat raar dat deze CD, die ik inmiddels alweer jaren in mijn bezit heb, nu pas besproken wordt. Eigenlijk is die opmerking zeer terecht. De sticker met de tekst ‘Brand New Compilation Of 11 Stunning Tracks!’ doet anders vermoeden maar het gaat om dezelfde nummers. Met dien verstande dat de nummers op deze vrij recent door Sony op de markt gebrachte CD opnieuw, maar ditmaal 24 bit, digitaal gemasterd zijn. Andere verschillen met de in 1995 verschenen CD zijn het nieuwe artwork en andere liner notes; ditmaal van de hand van ‘Captain Fingers’ Lee Ritenour himself. U kunt zich echter afvragen wat de meerwaarde is van deze re-release. Temeer daar er, sedert de periode waarin deze werken opgenomen zijn, al weer zo’n vijfentwintig jaar verstreken is waarin Lee Ritenour niet stilgezeten heeft. Ten bewijze waarvan GRP, de platenmaatschappij die de afgelopen decennia verreweg de meeste van Lee`s CD`s’ uitgebracht heeft, kortgeleden de CD “The Very Best Of Lee Ritenour’ het licht heeft doen zien.  

De Ritenour die op de ‘Best of ‘ CD te horen is, is de jonge, enthousiaste, gedreven gitarist die op drieentwintigjarige leeftijd zijn materiaal aanbiedt aan de platenmaatschappij in een periode dat er nog nauwelijks een markt is voor de ‘West Coast Sound Of Contemporary Jazz’, later ook wel ‘West Coast Cool Fusion’ genoemd, die Lee tezamen met mensen als Dave Grusin, George Duke, Harvey Mason en Ernie Watts aan het creeren is. Met name op zijn eerste CD’s is in het spel van Ritenour erg goed de invloed te horen die de grote Wes Montgomery op hem gehad heeft. Niet voor niets neemt hij in 1992 een tribuut CD op getiteld ‘Wes Bound’. Voordat hij zijn eerste album uitbrengt is hij al een veelgevraagd studio muzikant die perfect in de achtergrond op kan gaan. Hij gaat in 1973 op tournee met Sergio Mendes’ Brasil 77 en in zijn latere werk zijn onmiskenbaar invloeden van Braziliaanse muziek te herkennen. Ook na het uitbrengen van zijn eerste twee solo CD’s blijft hij een veelgevraagd sessiemuzikant. Hij werkt mee aan pop, jazz en fusion opnamen waarbij grote namen als Quincy Jones, Herbie Hancock en Natalie Cole, maar ook Frank Sinatra, Barbara Streisand, Steely Dan en Pink Floyd in het imposante rijtje niet ontbreken. 

Lee RitenourDe in totaal elf nummers zijn afkomstig van zijn eerste twee CD’s getiteld ‘First Course’ en ‘Captain Fingers’ waarbij de laatst genoemde het meest sterke album is. De eerste twee komen van ‘Captain Fingers’. ‘Sun Song’ begint subtiel met akoestische gitaar waarna het geluid geleidelijk veranderd in meer elektrisch getinte muziek. De violen op de achtergrond geven het geheel een zoet laagje en de cellosolo gaat voor mijn gevoel wat verloren in het totale klanktapijt. ‘Captain Fingers’ klinkt energieker en het is duidelijk dat Ritenour op gitaar een echte virtuoos is. Maar zelfs in dit nummer is het allemaal wat glad. Luisterend naar de beide daarop volgende nummers ‘Caterpillar’ en ‘Fly By Night’ dringt zich toch weer het beeld op van de sessie muzikant. Clean, smaakvol, technisch zeer vaardig en fraai harmonierend met de rest van de groep maar voor mijn gevoel ontstijgt het nergens het niveau van op beschaafd gepassioneerde wijze gebrachte achtergrond muziek. Mogelijk is het zijn bedoeling om met behulp van synthesizers het geluid van de gitaar een grotere emotionele impact te geven. In de praktijk gebeurt echter het tegendeel en haalt hij voor mijn gevoel alleen maar de kracht uit zijn instrument. De wijze waarop het gebeurt doet me sterk denken aan de manier waarop Kenny G vorm geeft aan het geluid van zijn instrument. Deze indruk blijft gedurende de rest van de CD hangen. Zelfs gedurende een nummer als ‘A Little Bit Of This And A little Bit Of That’ waarin het nodige blazerpotentieel ingezet wordt. Ernie Watts lijkt in niets op de solist die ik ken van bijvoorbeeld zijn CD ‘Reaching Up’ waarin zijn tenorsax rauw en scheurend kan klinken.

Lee RitenourOok de stem van Bill Champlin in het enige nummer van de CD waarin gezongen wordt, ‘Isn’t She Lovely’, breekt er niet echt uit. Het maakt de aan het begin van deze recensie al gestelde vraag nog relevanter; wat is de meerwaarde van deze heruitgave? De liefhebber van het eerste uur heeft naar alle waarschijnlijkheid de eerdere compilatie en / of de originele albums al in zijn bezit en ik vraag me af of hij geïnteresseerd zal zijn in een geremasterde uitgave. De echte jazz-fusion fanaat zie ik deze schijf echter ook nog niet aanschaffen. Daarvoor zijn er te veel goede alternatieven op de markt. Voor wie hij dan wel bedoeld is? Waarschijnlijk alleen voor de diehard Lee Ritenour fan die nu eenmaal al het werk van de gitarist in zijn bezit wil hebben. 

Over de CD :
Lee Ritenour
‘The Best Of Lee Ritenour’
2003 Sony Music Entertainment Inc.
Epic/Legacy 508492 2
www.legacyrecordings.com 
www.sonymusic.com  

 

     

 

 


EDITORS' CHOICE