REVIEW

Club Zeus

Jan Luijsterburg | 02 oktober 2011

David Verbeek maakte een film over het in Japan en China erg populaire fenomeen ‘hostboy’. Jonge mannen maken het in speciale clubs de vrouwelijke bezoekers tegen betaling zo gezellig mogelijk. Het zijn ware acteurs, continu in concurrentie met elkaar bij het verwerven van klandizie. Zoals het verschijnsel op zich al veel zegt over een samenleving, doet het werk ook het nodige met de manier waarop de jongens in het leven staan. Liefde en intimiteit is iets geworden wat je moet kopen.

Leonardo is in het werk gekomen via Sly, zijn iets oudere vriend – ze noemen elkaar broer. Sly staat te boek als een absolute meester in het ambacht. Hij is al een tijdje weg uit Sjanghai, waar het verhaal zich afspeelt. Hij komt terug om Leonardo ervan te overtuigen dat hij beter ook met het werk kan stoppen. Sly wordt bedolven onder smsjes van zijn klanten – hij heeft zijn mobieltje duidelijk een hele tijd niet aangehad. Het leidt tot een soort ‘afscheidstournee’, om nog even flink geld te verdienen en er dan samen echt uit te stappen.

In de club betalen de klanten door het bestellen van dure champagne. Dat betekent stevig doordrinken om omzet te maken, tot kotsen aan toe. Naast de amoureuze vervreemding die uit het werk van gigolo’s voortvloeit is het dus ook fysiek een ware opgave. De terloopse vaststelling dat de meeste klanten zelf als gastvrouw in vergelijkbare huizen voor de andere sekse werkzaam zijn geeft het gegeven nog een extra bizar tintje.

Regisseur David Verbeek maakte in Japan kennis met de populariteit van de clubs en zag het verschijnsel meteen als een metafoor voor de morele situatie van de hedendaagse mens, zeker in snel ontwikkelende steden als Sjanghai. Hij had geen zin in een jarenlange voorbereiding en wilde meteen aan de slag. Met een schetsmatig script en een budget waarmee amper een korte film gemaakt kon worden ging hij aan de slag. In slechts tien amper voorbereide opnamedagen werd de kern van Club Zeus vastgelegd. Aan de afronding kwam Verbeek pas toe toen hij eerst zijn film R U There gemaakt had.

Op een erg interessant commentaarkanaal legt de regisseur op ontspannen wijze onder meer uit hoe de film in de montagefase sterk veranderde. Door niet gebruikt restmateriaal uit zijn film Shanghai Trance in te voegen kreeg de stad een centrale rol in het verhaal. Verder werd een essentiële voice-over ingezet.

Een “bromance”, noemt Verbeek zijn film, die er ondanks het ontbreken van financiële middelen fantastisch uitziet en klinkt. De relatie tussen de ‘broers’ blijft ambigu, maar vriendschap staat op de voorgrond, cumulerend in een betoverend mooi, bijna idyllisch eindshot. Na alle ontluisterende eenzaamheid geeft het op volkomen terloopse wijze een glimpje hoop, zonder klef te worden.

Dat Verbeek een talent is was bekend, en hij blijkt uitgegroeid tot een zelfverzekerde chroniqueur van het moderne stadsleven, die trefzeker vingers op zere plekken legt. Door de teugels los te laten oogt Club Zeus spontaner en krachtiger dan zijn veel strakker geconstrueerde eerdere films.

Aanvullende informatie:
Nederland, 2011
Speelduur: 71 minuten
Regie en scenario: David Verbeek
Camera: Chou Shu-Hao
Geluid: Ranko Paukovic
Montage: Sander Vos, David Verbeek
Productie: Raymond van der Kaaij, Revolver film
Met: Ray Zhao, Zheng Qi, Yan Li Ping, Fu Ran
Extra: audiocommentaar door de regisseur
Beeld: 2,35:1, anamorf
Geluid: DD 5.1 Chinees gesproken
Uitgave: Cinema Delicatessen
Distributie: de Filmfreak
Website


EDITORS' CHOICE