Review Bowers & Wilkins 801 D4 Signature: perfectie geperfectioneerd

SAMENVATTING

De Bowers & Wilkins 801 D4 Signature leverde snel en moeiteloos het overtuigende bewijs dat perfectie wel degelijk te perfectioneren is.

PLUSPUNTEN

  • De Signature upgrades maken écht verschil
  • Nóg transparantere en ruimtelijkere full-range
  • Sublieme afwerkingsgraad
  • Fraaie nieuwe kleurstellingen
  • Relatief eenvoudig aan te sturen

MINPUNTEN

  • De meerprijs is alsnog behoorlijk hoog
  • Het uitgesproken design is niet ieders smaak
  • De kwaliteit van versterking en bronnen moet vergelijkbaar hoog zijn

Toen ik de vraag kreeg of ik de nieuwe Bowers & Wilkins 801 D4 Signature luidsprekers wilde recenseren zat daar meteen de uitnodiging bij om de luistersessie te laten plaatsvinden op het Nederlandse hoofdkwartier van Bowers & Wilkins in mijn woonplaats. Vanwege het vooruitzicht om andermaal te mogen plaatsnemen in de unieke en legendarische luisterruimte van de ons helaas te vroeg ontvallen Ken Ishiwata stemde ik snel in met een review op locatie. De mogelijkheid om de nieuwe Signature versie ter plekke met de ‘gewone’ 801 D4 te kunnen vergelijken was de kers op de reeds verrukkelijke taart.

Bowers & Wilkins 801 D4 Signature

Als de engineers van Bowers & Wilkins een Signature versie van een bepaalde luidspreker mogen maken betekent dat eigenlijk ‘alsof John Bowers zélf zijn handtekening erop heeft gezet’. John Bowers (1922-1987) investeerde als oprichter van het luidsprekermerk dat zijn naam droeg fors in de nieuwste technologische ontwikkelingen.

Zijn bedrijf behoorde tot de eerste ter wereld die luidsprekers ontwierpen met behulp van de computer, en tot de dag van vandaag kan de R&D afdeling in Worthing, West-Sussex gebruikmaken van de nieuwste technologische snufjes, zoals geavanceerde Finite Element Method (FEM) meetapparatuur.

Vóór de luistersessie begon kreeg ik een interessante presentatie over een aantal verbeteringen die in deze nieuwe luidsprekers zijn toegepast. De opdracht voor de 801 D4 Signature (en de 805 D4 Signature, want van beide werd in juni een Signature-uitvoering geïntroduceerd) was: maak wat perfect is nóg perfecter. Dat klinkt tegenstrijdig, ‘perfect’ is immers een absoluut begrip, maar de technologische stand van zaken is nu eenmaal niet in steen gebeiteld. Wat op enig moment het hoogst haalbare is kan door voortschrijdende technische inzichten en betere meetmethodes wel degelijk nog worden verbeterd.

Daarbij moet weliswaar rekening gehouden worden met de ‘law of diminishing returns’, oftewel met aanzienlijke investeringen voor een relatief gering resultaat, maar dat is natuurlijk al decennialang zo in de hifi. En met ‘relatief gering’ bedoel ik dat je in deze kwaliteitsklasse sowieso niet gauw van je stoel zal vallen van een verbetering. De kans dat je ernaast ligt is namelijk al best groot, zó hoog is het niveau waar we het hier over hebben.

Van buiten is eigenlijk maar aan twee dingen te zien dat je met een Signature versie van de 801 D4 te maken hebt: de nieuwe kleuren Midnight Blue Metallic en California Burl Gloss zijn exclusief voorbehouden aan de Signature modellen, en het metalen beschermroostertje dat de kwetsbare dome van de vierde generatie diamanten tweeter beschermt heeft een iets andere ‘mesh’ structuur gekregen.

Dit is een goed voorbeeld van dat paradoxale ‘maak perfectie perfecter’, want over het vorige rooster zei Bowers & Wilkins dat het ‘akoestisch transparant’ was. Ook ‘transparant’ is natuurlijk een absoluut begrip. Maar kennelijk kon het met nieuwe meetmethodes en computermodellen nóg transparanter. Je zíét het zelfs vrij duidelijk als je de losse roostertjes naast elkaar op een witte ondergrond legt. De nieuwe laat méér wit doorschijnen, vooral wanneer je van opzij kijkt.

Alle andere aanpassingen zitten onderhuids. Zo kreeg de redelijk massieve, uit aluminium gegoten topplaat van de wooferbehuizing waar de druppelvormige massief metalen middentonerbehuizing en tweeter bovenop staan  een met behulp van FEM berekend patroon van gaten, waardoor het gewicht afnam maar demping van resonanties beter werd. Ook werd tussen de ingegoten ribben die deze topplaat stijver maken op strategische plaatsen een aantal driehoekjes van een hoogwaardig dempingsmateriaal aangebracht. De ‘matrix’ bracing die de kast stijver en minder gevoelig voor resonanties maakt werd met behulp van FEM modellering geoptimaliseerd, en de in de bodem geplaatste baspoort is in de Signature van gegoten aluminum in plaats van kunststof.

Verdere verbeteringen zitten in de drivers. Zo kregen de 10-inch woofers in de Signature versie een nieuwe constructie van de magneetaandrijving, waarmee inductie en vervorming verder worden gereduceerd.

Bowers & Wilkins is om voor de hand liggende redenen niet erg scheutig met precieze technische details, maar de drivers voor de Signature versie zijn in elk geval zodanig verbeterd dat de gietmetalen korven een andere kleur moesten krijgen, om verwisseling tijdens het productieproces uit te sluiten. De gewone 801 D4 serie blijft immers parallel aan de Signature versie in productie.

Ook het wisselfilter is aangepakt, met méér en betere bypass-condensatoren. Deze extreem transparant klinkende condensatoren met een zeer lage capacitieve waarde (in picofarad, in plaats van microfarad) worden parallel aan de grote Mundorf condensatoren in de signaalweg geplaatst. Het wonderlijke is namelijk dat bypass-condensatoren hun klankkarakter ‘toevoegen’ aan de grote condensatoren. Op deze manier kun je zónder de waarde van de grote condensatoren significant te veranderen wél de transparantie van de weergave verbeteren.

Het lijken kleine verbeteringen, maar zie ze op dit niveau überhaupt maar eens te bereiken en tel ze dan bij elkaar op. Dit is niet tijdens een vrolijke vrijdagmiddagborrel op de achterkant van een bierviltje uitgetekend; een groot team van specialisten is hier lang en intensief mee bezig geweest. Die investering in manuren, betere meetapparatuur en toegepaste materialen leidt onvermijdelijk óók tot een hoger prijskaartje voor de Signature versies. En dan hebben we het niet over wisselgeld.

Of ze het waard zijn? Het was inmiddels hoog tijd geworden om dat eens met eigen oren te gaan vaststellen.

Luisteren naar de Bowers & Wilkins 801 D4 Signature

Dat ik thuis niet met twee paar zeer kostbare luidsprekers hoefde te sjouwen was een enorm logistiek voordeel, maar een veel gehoord bezwaar tegen recensies op locatie is dat de recensent dan met méér veranderde parameters te maken krijgt dan bij een recensie vanuit de eigen luisterruimte. Ander audiosysteem, andere akoestiek… Dat klopt, maar ik ken de luisterruimte in het souterrain van Bowers & Wilkins goed, en als je een vergelijkende review van twee luidsprekers gaat doen wordt het onderlinge verschil de belangrijkste parameter, en dan maakt het opeens veel minder uit waar de luistersessie plaatsvindt. Sterker nog, er zijn voor zo’n klus sterke argumenten te bedenken vóór een op pure neutraliteit ingerichte luisterruimte. Het is niet voor niets dat de ontwikkelaars van Bowers & Wilkins nog steeds dáár hun luistersessies plannen.

Enfin, de set waarmee de 801 D4 en 801 D4 Signature zouden worden aangestuurd bestond uit de nieuwe top-voorversterker van Classé, de Delta Pre, en de bijpassende Delta Mono monoblokken. Een Mac mini diende als Roon Core, via de da-converter in de Marantz SA-KI Ruby cd-speler, voor het mijns inziens zeer muzikale ‘vleugje Ken’ in de weergave. Classé en Marantz zijn zustermerken uit de stal van Masimo Consumer, de eigenaar van Bowers & Wilkins. Een AudioQuest Niagara 5000 leverde schone stroom, en de gebruikte kabels waren van diverse merken uit de nog steeds intensief gebruikte ‘Ishiwata selectie’.

De luistersessie begon met een acclimatiserings-rondje via de gewone D4 (ik zet dat ‘gewone’ vanaf nu niet meer tussen haakjes), met voortreffelijk opgenomen jazz, singer-songwriter, big band soul en vocaal klassiek. Omdat de ruimte waarin we zaten zo weinig invloed heeft op de weergave ging het vooral om de gewenning aan de soepele en stressvrije klanksignatuur van de Canadese versterkers en de da-converter in de Marantz. We hadden het dus meer over ruimtelijkheid en klankkleur dan over brute kracht en ultieme dynamiek en resolutie. Een sound die in eerste instantie misschien een tikje beleefd overkomt, maar die je wél heel snel laat ontspannen en die de focus op de muziek legt. En dat lág hij. Tsjonge jonge, wat zat ik er snel helemaal in.

Het laag was diep maar uitermate lichtvoetig en snel. En zeer schoon. De ruimtelijkheid was verbluffend. Het beeld stond helemaal los, ongeveer een meter vóór de luidsprekers, in een bubbel van geluid die zich een aardig eind tot voor en achter de set uitstrekte, maar vooral ook tot náást en bóven de luidsprekers.

Sinds Bowers & Wilkins het door hen ontwikkelde Continuum materiaal gebruikt voor de rolrandloze FST™ middentoners in hun driewegsystemen en de wél van een rolrand voorziene bas/middentoners in tweewegsystemen vind ik dat de kwaliteit en de neutraliteit van met name stemmen en akoestische instrumenten een grote sprong voorwaarts heeft gemaakt. Het klinkt neutraler en schoner dan de gele aramide-vezel (waarvan we de merknaam niet mogen noemen omdat Bowers & Wilkins het van een andere fabrikant dan DuPont betrok), waardoor de totale klankkleur van de luidsprekers levensechter en transparanter is geworden.

Om het verschil tussen de 801 D4 en de 801 D4 Signature te beluisteren had ik vooraf drie tracks gekozen uit de brede selectie muziek die ik had meegenomen. Drie tracks die de verschillende aspecten van de weergave moeiteloos kunnen blootleggen. Allereerst het big band nummer Moten Swing (No. 1) van Count Basie and His Atomic Band, in 1958 live opgenomen in The Crescendo Club in Hollywood, en in 2016 schitterend geremastered. Met de gewone 801 D4 was de ruimtelijke sfeer al zeer goed hoorbaar, het gevoel van ‘erbij zijn’ was groot. Deze track begint gemoedelijk, de staande bas van Eddie Jones begeleidt het quasi nonchalante pianospel van The Count, en tussen het geroezemoes van het publiek door hoor je mensen een beetje spottend meezingen met de melodieuze loopjes die Basie uit de toetsen tovert. Maar dan, na precies 53 seconden, knallen de blazers er een ‘stab’ doorheen waar de kalk van uit het plafond dwarrelt. De reactie van één van de hevig geschrokken roezemoezers was dan ook een bijna ademloos “Wow!”. De 801 D4 nam deze extreme dynamische horde zonder een krimp te geven.

Met de Bowers & Wilkins 801 D4 Signature op exact dezelfde plek, bij identiek volume, was er vanaf de luisterplek méér dynamiek te horen, de crescendo’s in de muziek rolden nog vrijer en moeitelozer uit de luidsprekers. Ook was de ambiance in de opname beter hoorbaar. Het geroezemoes van het publiek was ruimtelijker en beter los van de muziek te onderscheiden. Het meest in het oor springende detail was echter het laag. Dat leek bij de Signature dieper te gaan en klonk krachtiger en kleurrijker. Ook was in het geluid van de blazers meer textuur te horen, en het hoog klonk gedetailleerder zonder fel te worden. Transparanter dus. Ik vond het een aanzienlijke verbetering, en de eerlijkheid gebood te zeggen dat ik de impact ervan kleiner had ingeschat.

De tweede track die ik ter vergelijk op de gewone 801 D4 draaide was I Heard It Through The Grapevine, in een fantastische live-uitvoering van Bill Frisell op het album East/West. De opname is subliem, met extreem veel ruimtelijke informatie. De hoeveelheid textuur die ik hoorde was overweldigend.

Het plan om alleen de eerste paar minuten te draaien en daarna over te schakelen naar de Signature verdween als bij toverslag, ik WILDE de volle 8 minuten horen.

Toch was het na overschakelen naar de Signature onmiddellijk duidelijk dat je daarmee echt op een hoger niveau zit. De weergave werd holografisch, met meer diepte-staffeling en met meer ruimte tussen de instrumenten. Het klonk een stuk intenser, want zowel de klankkleur als de textuur waren nóg natuurlijker en meeslepender.

De breedte van het beeld was zó veel groter dat het leek alsof ik naar een high-end hoofdtelefoon luisterde, maar met een heus dieptebeeld. Het was met gesloten ogen volstrekt onmogelijk om de luidsprekers te lokaliseren, er hing een wolk van heerlijk geluid in de luisterruimte waar ik doorheen mocht dwalen. Héél opwindend!

De derde track die ik had uitgekozen voor het vergelijk was een korte maar bijzondere, namelijk Mont Boron van Keith Freund, op het album Constant Comments. Op dit album lardeert Freund zijn dromerige en ietwat folky muziek met zeer ruimtelijke field recordings. In Mont Boron zit zo’n soundscape, en de 801 D4 maakte er een intens schouwspel van. Eerst hoor je ravottende kinderen en een claxonnerende auto die van rechtsachter naar linksvoor door het geluidsbeeld rijdt. Het wat aarzelende gitaarspel van Freund wordt daarna begeleid door het geluid van spelende kinderen, en ik hoorde zeer duidelijk een plastic voetbal door het beeld stuiteren.

De Signature liet echt een veel groter beeld horen, dat was bij deze track nóg duidelijker. Vooral de hóógte van het beeld viel enorm op, het was net of ik naar een Dolby Atmos opname zat te luisteren, maar dan met maar twee luidsprekers. Alles was beter te onderscheiden, het balspel van de kinderen was veel duidelijker te volgen en de weergave als geheel was exceptioneel plastisch en geloofwaardig. Zelfs de kleinste tokkeltjes op de gitaar werden met dezelfde overtuigende energie weergegeven als de grotere dynamische elementen in de mix.

Het beluisteren van nog meer meegebrachte muziek had iets hedonistisch, maar het klonk ook gewoon zó lekker… Of het nu de warme akoestisch/elektronische ambient van Neil Cowley was (album: Hall Of Mirrors), de complexe en quirky elektrofolk van Tunng (album: Songs You Make At Night), de opwindende funky elektrojazz van Bandler Ching (album: Coaxial) of de moderne Chinese opera van Tan Dun (album: Bitter Love), de Bowers & Wilkins 801 D4 Signature overtuigde met een kleurrijke doch ongekleurde full-range weergave, vol dynamiek en detaillering, zonder ook maar een moment zijn geweldige transparantie en ruimtelijkheid te verliezen.

Conclusie 

De Bowers & Wilkins 801 D4 Signature leverde snel en moeiteloos het overtuigende bewijs dat perfectie wel degelijk te perfectioneren is. De meerprijs van de Signature versie ten opzichte van de gewone 801 D4 is fors. Sommige mensen geven dat bedrag niet eens uit aan hun hele hifi-systeem. Maar als ik even genadeloos eerlijk mag zijn vind ik eigenlijk dat je daar in deze prijsklasse niet zo over kunt spreken. Wie de vraag stelt of een Signature versie überhaupt zoveel meer mág kosten begrijpt mijns inziens niet hoeveel moeite en tijd (en dús geld) het heeft gekost om het bestaande topmodel te overtreffen. Als ik het mag zeggen is het antwoord dus ja.

De Bowers & Wilkins 801 D4 Signature overtreft de Bowers & Wilkins 801 D4 écht op álle punten. Nou ja, op bijna alle punten moet ik eerlijkheidshalve zeggen, want de sublieme afwerkingsgraad van het ‘gewone’ model (toch nog een keer aanhalingstekens…) is op de kleur na identiek.

Bowers & Wilkins 801 D4 Signature
50.000 euro per paar | 
Bowers & Wilkins
Beoordeling 5 / 5

MERK

EDITORS' CHOICE