REVIEW

Chord Dac 64 d/a converter

René van Es | 10 juni 2003 | Chord Electronics

Presenteer meer!

Chord Dac 64 d/a converterThe proof of the pudding is in the eating dus mag Chord Electronics mij heel veel informatie geven maar moet luisteren uitsluitsel geven of Chord, alle inspanningen te spijt, er in slaagt een high end d/a converter op de markt te zetten. Voor de niet onaanzienlijke prijs van 3250 euro. Het is mij een genoegen voor u te beschrijven welke prestatie de Dac 64 haalt, met in het achterhoofd de Apogee PSX-100SE die (ondanks dat de prijs fors is gezakt) 5400 euro moet kosten en de spotgoedkope M-Audio. Laat ik eerlijk zijn vanaf het eerste moment. De Dac 64 is geen tegenstander voor mijn M-Audio Superdac 2496. Zodra de Dac 64 warm is en wordt aangesloten maakt hij op elk gebied gehakt van de M-Audio. Soundstage, detaillering, rust, frequentiebereik en natuurlijkheid. Heen en weer schakelen van de ene dac naar de andere maakt je geen blij mens. Dat wordt nog lastig als de Chord retour eigenaar gaat. In veel opzichten doet de Chord mij denken aan de Apogee, terwijl er toch duidelijke verschillen aanwijsbaar zijn in de signatuur. Ik ga proberen het voor u te beschrijven wat ik hoor en wat ik ervaar. De eerste cd is van Méav. Stemmige en sfeervolle muziek uit een Ierse traditie. Een heel fraai ruimtelijk beeld staat in de luisterruimte dat zeer afgewogen en vol detail is. De plaatsing is opvallend goed. De weergegeven muziek wordt speels vertaald en levert geen zware druk. Het eerste wat in mij opkomt, is het vergelijk met elektrostaten. Vanwege de bereikte transparantie. Er is een natuurlijke rust in het geluid. Stembuigingen worden subtiel gevolgd. Ik luister met de RAM buffer in de middenstand. Als ik een grotere buffer gebruik is de muziek afstandelijker en verder weg. Minder direct. De toch al zachte S-klanken ronden meer af. Het is erg mooi, warm en rijk. Duidelijk anders dan met een korte buffer. Geen buffer maakt het geluid ijler en kaler. De stem van Méav is nu dunner alsof haar longinhoud is afgenomen. S-klanken zijn harder, in mijn opinie de minst fraaie stand van de Dac 64.

Chord Dac 64 d/a converterDoor met Dee Dee Bridgewater die live zingt in “Yoshi’s bar”. Ook hier is goed waar te nemen welke invloed de RAM buffer heeft. Het geregistreerde live optreden laat het beste van Dee Dee horen. Haar stem in de instrumenten zijn explosief en snel. De bas is terughoudend met de Chord als d/a converter. Haar stem heeft de nodige impact op de luisteraar. Het is moeilijk kiezen welke stand de voorkeur heeft. De lange stand doet de schelheid van de stem wat afnemen en houdt Dee Dee enigszins in toom. Hier kun je beslist makkelijker en langer naar luisteren zonder moe te worden. Omschakelen naar de korte buffer geeft een verandering van klank, geen aanpassing van detail of transparantie. Dee Dee is in een oogwenk rauwer, directer en harder. Dat doet de live opname misschien wel meer tot zijn recht komen. Je swingt eerder mee, je bent betrokkener, maar aan de andere kant vergt het meer van de luisteraar om de cd in zijn geheel te draaien. Van “Love over gold” bezit ik de cd en de lp. Een aardig vergelijk is te maken. De cd versie heeft in het gitaarwerk niet de snelheid van de lp. Is wel wat voller en stralender. Vooral het slagwerk maakt een behoorlijk diepe indruk als de Chord dac aan de beurt is. De grote trom hakt er flink in op een hoog geluidsniveau. Wow, zo mag ik het graag horen. Dat de lp en de cd elkaar heel dicht naderen is een compliment aan Chord. Een echte voorkeur heb ik in dit geval niet voor een enkel medium. Het is anders maar niet in de categorie mooier of minder te stoppen.

Chord Dac 64 d/a converterDead Can Dance is zo’n groep die met speelsheid de instrumenten laagje voor laagje laat opbouwen. Daaroverheen de stemmen en het geheel gelardeerd met effecten die her en der in de luisterruimte tot verrassingen leiden. Met deze cd groeit een lichte voorkeur voor de lange buffer. De percussie komt nog meer tot zijn recht. Met meer precisie zo u wilt. Aan de andere kant lever ik wat speelsheid en ruimte daarvoor in. De midden stand maakt het beeld breder en sprankelender. Het heen en weer schakelen zat houd ik het voor dit werk op de lange stand. Voor een eerdere recensie heb ik Jane Monheit met “Come dance with me” te vaak gedraaid. Inmiddels ben ik afgekickt en hoor ik haar graag weer. Met de Chord dac staat Jane weer eens los van de piano, niet er tegen aan of erger nog erin, maar een paar meter ervoor. Dat is heel erg goed en op het referentie niveau van Apogee en CEC. Een schitterend geluidsbeeld is mijn deel. Al wat ik mis is een laatste stap naar gedrevenheid en warmte. Een eigenschap die ook de Linn apparatuur ontbeert en een vermoeden groeit dat de oorzaak daarvan wel eens een schakelende voeding zou kunnen zijn. Je mist dan het rijke en vette van een grote dikke trafo met ouderwetse gelijkrichters en condensatoren. Wat er voor deze onvolkomenheid in de plaats komt is een enorm schoon geluid. Helderwit naar diepzwart met vele schakeringen. Een veel, heel veel detail. Luister ik naar de moeilijke stempassages op deze cd dan verbaasd het mij dat de stem zo in de rails blijft. Mindere converters zijn her en der niet om aan te horen met deze dame. Ook dat is heel knap en bewijst dat de Dac 64 een topper is. Met de lange buffer stand wordt het beeld platter en staat Jane dichter bij de piano. De piano op zich krijgt een meer natuurlijker klank maar het heeft toch niet echt de voorkeur. De middenstand geeft meer drive en meer power. Beter en losser. Als of de stijgtijd toe neemt.

Chord Dac 64 d/a converterIk stap over op klassiek werk. Antony Michaelson van Musical Fidelity leverde een paar jaar geleden wat fraaie klarinet concerten af van Mozart. Ik draai ze graag en luister steeds met veel plezier. De lange of korte buffer geeft een verschil alsof je een paar rijen naar het podium opschuift of juist wat verder naar achteren gaat. In elk van de twee standen is de weergegeven muziek harmonieus. De klarinet laat zich versmelten met het orkest of ontpopt zich als solist. De plaatsing is voorbeeldig en het stereobeeld groot en breed. Als een cd op zijn mooist speelt, lijken twee kanalen toch nog altijd ruimschoots te voldoen. Dat scheelt drie speakers en de nodige apparatuur zullen we maar denken. Alles staat volmaakt los van de speakers en projecteert in de ruimte. Genieten van muziek is volkomen aan de orde. De meeslependheid van het geheel doet je vergeten waarom je luistert, niet langer hoor je techniek maar onderga je muziek. Hetzelfde gevoel met Jaap van Zweden als hij werken van Locatelli speelt. Ongekende klasse die zich laat weergeven op zeer goede componenten. Er spreekt gevoel, drama en passie. De Chord is zo ongelofelijk subtiel in de weergave. Zo heerlijk speels en lichtvoetig. Je kunt spreken van een klankpalet waarmee een klankschildering voor de luisteraar geschetst wordt. Wat ik al eerder opmerkte doet zich ook hier voor. De reinheid van de Dac 64 gaat ten koste van de betrokkenheid. Het is haast te mooi en te zuiver. Het ontbreekt aan “The kick in the ass” wat een Apogee wel kan bieden. Ook de buffer standen helpen niet daarbij.

Chord Dac 64 d/a converterGeen buffer gebruiken is zonde, een korte buffer maakt het eindresultaat snel, betrokken en dichtbij, een lange buffer gaat meer richting easy listening, staat verder weg en is wat voller en rijker. Al met al denk ik dat over de gehele testperiode gezien ik de middelste stand prefereer, een korte buffer. Behalve met DVD. Het geluid vertraagt door de buffer en loopt dan niet meer synchroon met het beeld. Bij DVD moet de buffer uit staan. Lastig is in het begin dat je verwacht dat een cd start als je de knop indrukt. Met de lange buffer duurt dat seconden meer. Ik had de neiging de startknop steeds weer in te drukken omdat het lijkt of de afstandbediening tijdelijk weigert. Maar dat went wel.

MERK

EDITORS' CHOICE