Luisteren

Bert Dekker | 21 februari 2007 | L´Art du Son

Cd 1 verdwijnt in de cd-speler. Pini di Roma, het –in mijn beleving- mooiste werk van Ottorino Respighi, uitgevoerd door het Pittsburgh Symphomy Orchestra (Sony Music, 1996). Het bijzondere aan deze opname is de keuze gebruik te maken van slechts enkele microfoons.  Een gematcht paar Bruël en Kjaer 4009 microfoons is ongeveer 3 meter achter de dirigent geplaatst en ongeveer 5 meter boven het orkest. Een paar Neumann TLM microfoons is gebruikt om het koper zo optimaal mogelijk te registreren.
De bijzonder opnametechniek maakt de opname veel natuurlijker dan bij de meeste klassieke opnames die ik ken. Ook de afbeelding van de orkestzaal is fenomenaal.
Hier valt na vergelijk een duidelijk verschil waar te nemen tussen de behandelde en niet-behandelde cd. Daar waar bij de onbehandelde cd het koper je bij vlagen door merg en been snijdt valt direct te horen dat de weergave op de behandelde cd vriendelijker is. Minder scherp, de warme tinten van het koper ontwikkelen zich nu veel natuurlijker als bij de niet-behandelde opname. Ook goed waarneembaar: de concertzaal wordt veel beter uitgetekend, zowel en diepte als in breedte lijkt de ruimte veel groter weergegeven als bij de onbehandelde cd te horen is. Overall lijkt het in eerste instantie dat het hoog minder adequaat wordt weergegeven maar dit blijkt slechts schijn. Snel wordt het duidelijk dat de scherpe randjes van het koper zijn afgehaald en op veel natuurlijker wijze deel uitmaakt van de weergave. Het tonale karakter wordt nu wat, natuurlijker, organischer weergegeven. “Warm” is niet het juiste begrip maar het totaalbeeld wint aan echtheid.

Dezelfde indruk bij Keith Jarret op de cd The Cure (ECM Records GmbH –1991). Een bijzonder mooie live-opname gemaakt in de Town Hall in New York. In het midden van het cd-boekje is een mooie foto te vinden waarin duidelijk zichtbaar is welke plek de drie musici, Keith, Jack en Gary, op het podium hebben ingenomen. Het mooie van de opname is dat, als je die foto bekijkt, deze exact in de opname is terug te horen. Je krijgt daadwerkelijk het gevoel de drie musici te zien.

Zat ik echter bij de niet-behandelde cd op de 5e rij, zit ik een paar rijen meer naar voren als ik de behandelde cd beluister. De ruimte wordt nog preciezer uitgetekend, ook hier zowel in diepte als ook breedte. De boventonen van de hogere octaven van het pianospel worden natuurlijker, transparanter weergegeven. Daar waar eerst vooral “snaar” te horen was, maakt nu opeens het “hout” deel uit van het instrument, waardoor de weergave van de vleugel meer in balans is, natuurlijker klinkt. Het fijne percussiewerk van Jack DeJohnette wordt meer uitgetekend. Met name het klankkarakter van de bekkens wint aan natuurlijkheid. De behandelde cd laat op een veel natuurlijker wijze de warme gloed van het metaal doorschijnen dan op de niet-behandelde cd.

Het Rosenberg Trio maakt er een feest van op de cd “Caravan” (Polydor, 1994). Een feest dat danig verstoord kan worden als de transiënt-weergave van de set danig te wensen over laat. Gitaren worden dan cirkelzagen die met het grootste gemak trommelvliezen opensnijden. In ieder geval stelt de muziek de nodige eisen aan de weergavekwaliteit van de set.
Gelukkig vind ik nergens cirkelzagen en kan er volop van muziek genoten worden. Ik kan plaatsnemen bij het haardvuur in het zigeunerkamp, ruik zowat het brandend hout als op de achtergrond Stochelo, Nous’sche en Nonnie in een stevige dialoog met elkaar en hun gitaar verwikkeld zijn.
Ook hier weer wint de weergave op de behandelde cd aan natuurlijkheid. De scherpe kantjes aan het bij vlagen felle gitaarspel gaan er nu duidelijk vanaf. Ook hier weer dezelfde indruk: eerst lijkt het alsof het hoog wat lijkt weg te vallen, plots daarna ervaar ik dat het hoog veel transparanter en natuurlijker wordt weergegeven. Briljant wordt zijdezacht zogezegd. Het resultaat is dat de gitaren veel levensechter klinken en meer zijn dan een plank waar snaren op gemonteerd zijn. De betere weergave van het hout en de klankkast maakt dat het instrument levensechter gereproduceerd wordt.


De conclusie

Keer op keer krijg ik dezelfde indruk bij elke cd die ik behandel. De klankverbetering is dan wel niet zo enorm groot, wel wint de weergave telkens aan iets aan natuurlijkheid. “Organisch” is misschien een beter woord. Het hoog wordt transparanter, stemmen worden vloeiender, de ruimteafbeelding wordt beter. Allemaal kleine stapjes die weliswaar niet enorm zijn, echter wel duidelijk waarneembaar. Ik betwijfel echter of de effecten in een niet uitgewogen set waarneembaar zijn. Voor iedereen met een uitgewogen set van goede kwaliteit en die zijn set nog wat meer wilt fijn-tunen beveel ik de  L’Art du Son cd/dvd reinigingsvloeistof van harte aan.

Prijs:
L’Art du Son cd/dvd reinigingsmiddel: 49 euro (goed voor 300 cd’s)

 

Gebruikte Hardware: 

Componenten

  • Densen B410 CD-speler
  • Densen B-200 voorversterker
  • Densen B-300 eindversterker
  • ProAc Studio 150 luidsprekers

Netsnoeren

  • Siltech SPX 30 Classic (2x) voor de versterkers
  • Siltech Ruby Hill voor de CD-speler

Interlinks

  • Siltech SQ-88
  • Harmonic Tech Pro Silway II

Luidsprekerkabel

  • MIT 2 BiAmp modificatie.

Overig

  • Target Stand met natuursteen/houten plateaus
  • Vibrapod dempers


EDITORS' CHOICE